Strandstoel van Je Zusje is geen nieuw en oorspronkelijk ontwerp
Rechtbank Rotterdam 10 april 2020, IEF 19144; ECLI:NL:RBROT:2020:3406 (StrandstoelXXL) Eiser Studio IDM houdt zich bezig met architectuur en interieur- en ruimtelijk ontwerp. Studio IDM verhuurt exemplaren van het ontwerp van de StrandstoelXXL op basis van een licentie aan derden, zoals bijvoorbeeld organisatoren van evenementen en festivals. Verweerder Je Zusje houdt zich onder meer bezig met het organiseren van evenementen. Op een van de festivals, waar Je Zusje organisator van is, is een kopie van het ontwerp van de StrandstoelXXL, waarvoor geen toestemming is verleend, aangetroffen. Studio IDM stelt dat Je Zusje inbreuk heeft gemaakt op de auteursrechten van Studio IDM op het ontwerp van de StrandstoelXXL en/of anderszins onrechtmatig heeft gehandeld jegens Studio IDM. Er wordt geoordeeld dat Studio IDM auteursrechthebbende is en dat de strandstoel XXL van Studio IDM niet ontleend is aan de eerder op de markt gebrachte ‘Giant Deckchairs’. Het ontwerp van de StrandstoelXXL is een ‘werk’ in auteursrechtelijke zin. De strandstoel van Je Zusje kan daarentegen door de herkenbare overname van de auteursrechtelijk beschermde elementen - in het bijzonder de extreem uitgetrokken breedte van het Ontwerp en de verhouding in maatvoering - niet als een zelfstandig nieuw en oorspronkelijk werk worden aangemerkt omdat het totaalbeeld van de beide ontwerpen te weinig verschilt. De strandstoel als vervaardigd voor en gebruikt op het festival is dan ook een ongeoorloofde verveelvoudiging van Strandstoel XXL.
Uitspraak ingezonden door Sjo Anne Hoogcarspel en Josine van den Berg. Mount Law.
Conclusie AG in Stokke tegen Hauck
HR Conclusie A-G 17 april 2020, IEF 19151; ECLI:NL:PHR:2020:384 (Stokke tegen Hauck) In dit stadium van het geding gaat het om de vraag of de vorm van de Tripp Trapp-stoel rechtsgeldig is gedeponeerd als merk voor ‘stoelen, met name kinderstoelen’. Na verwijzing heeft het gerechtshof deze vraag ontkennend beantwoord omdat het gaat om een vorm die door de aard van de waar wordt bepaald. In het principaal cassatieberoep wordt opgekomen tegen dat oordeel. De A-G concludeert dat argumenten voor auteursrechtelijke bescherming van het stoelontwerp niet van doorslaggevend belang zijn voor de vraag of daarnaast ook nog de mogelijkheid van merkrechtelijke bescherming bestaat. De conclusie strekt tot verwerping van het principaal cassatieberoep.
Artikel ingezonden door Thomas van Weeren en Paul Reeskamp, DLA Piper.
Van Weeren en Reeskamp: Italië komt IE-houders tegemoet; ook iets voor ons?
De Italiaanse regering heeft naar aanleiding van de coronacrisis een aantal maatregelen getroffen, waaronder een beperkte verlenging van geregistreerde IE-rechten. Zouden wij – Nederland, de Benelux, of zelfs de EU - ook die kant op moeten? Wellicht niet als de – al dan niet intelligente – lockdown maar een paar maanden duurt, maar wie weet vergt het nog een lange adem.
De Italiaanse maatregelen
In Italië wordt overwogen bepaalde IE-rechten met een aantal maanden te verlengen. Met haar “Decreto Cura Italia” (17 maart 2020, nr. 18, “DCI”) heeft de Italiaanse regering namelijk alle termijnen met betrekking tot administratieve procedures die op 23 februari 2020 zijn ingesteld of na die datum zijn begonnen, geschorst tot 15 april 2020 (artikel 103 lid 1 DCI). Deze termijn is onlangs wederom verlengd tot 15 mei 2020 (Wetsbesluit 8 april 2020, nr. 23).
Artikel 103 lid 2 DCI stelt vervolgens meer specifiek dat alle certificaten, verklaringen, vergunningen, concessies, machtigingen en alle andere machtigingsakten die tussen 31 januari 2020 en 15 april 2020 aflopen, geldig blijven tot 15 juni 2020. Met betrekking tot dit tweede lid heeft het Italiaanse Octrooi- en Merkenbureau een informele mededeling gepubliceerd waarin zij verduidelijkt dat, op grond van dit tweede lid, de tussen 31 januari en 15 april 2020 verstrijkende IE-rechten geldig blijven tot 15 juni 2020. In de mededeling staat verder dat wanneer je als rechthebbende een dergelijke verlenging wil krijgen, je dit zelf zult moeten aanvragen. Ook moet door de rechthebbende worden betaald. Deze betaling dient voor 30 juni 2020 te worden voldaan.
Lees verder.
Artikel ingezonden door Anne-Fleur Filemon en Sezen Sümer, Hogeschool Leiden.
Sezen Sümer: een certificeringsmerk, of toch niet?
Sezen Sümer deed onderzoek naar het nieuw ingevoerde certificeringsmerk en de consequenties die dit nieuwe merk heeft voor huidige merkinschrijvingen. Sümer, alumnus van de Hogeschool Leiden, deed dit in samenwerking met merkenbureau Abcor en het Intellectueel Eigendom LAB van het lectoraat Recht & Rechtvaardigheid van Hogeschool Leiden. Zij zocht uit wat individuele, collectieve en certificeringsmerken zijn op Benelux en Europees niveau. Daarnaast onderzocht ze op basis van dossieronderzoek en interviews op welke wijze individuele merken omgezet worden in certificeringsmerken en wat de consequenties al dan niet zijn indien het individuele merk opnieuw wordt gedeponeerd. Uit het onderzoek naar 63 dossiers van BOIP en EUIPO is naar voren gekomen welke geregistreerde individuele merken in de praktijk gebruikt worden als certificeringsmerken.
Lees verder
Respecteren van elkanders merken valt ook onder overeenkomst
Hof Amsterdam 18 februari 2020, IEF 19141; ECLI:NL:GHAMS:2020:500 (Schaatsenfabriek Viking tegen Viking Outdoor) Schaatsenfabriek Viking houdt zich bezig met de productie en verkoop van schaatsen en aanverwante artikelen, zoals schaatsbroeken, mutsen en sweaters, en is houdster van een aantal Uniemerken. Viking Outdoor Footwear, althans haar rechtsvoorganger Viking Fottoy AS, brengt sinds 1920 laarzen en waterdichte schoenen op de markt. Er was tussen partijen een schikkingsovereenkomst (hierna: Overeenkomst) ter beëindiging van bestaande en voorkoming van nieuwe merkenrechtelijke geschillen opgesteld. Centraal staat de vraag hoe de Overeenkomst, mede gelet op de omstandigheden waaronder en de wijze waarop deze is tot stand gekomen, moet worden uitgelegd.
Rechtbank onbevoegd te kennisneming van vorderingen ten aanzien van Teva
Rechtbank Amsterdam 25 maart 2020, IEF 19148, LS&R 1811; ECLI:NL:RBAMS:2020:1881 (Synthon tegen Teva) De zaak gaat over de handhaving van octrooien die betrekking hadden op Teva’s Copaxone® (glatirameeracetaat), een middel dat gebruikt wordt voor de behandeling van MS. Synthon wilde haar eigen glatirameeracetaat-product op de Europese markt brengen. In Tsjechië, Kroatië, Slovenië, Estland, Letland en Slowakije had Teva verboden gekregen op basis van nationale delen van Europese octrooien die achteraf door de Kamers van Beroep van het EOB vernietigd zijn.
De octrooihouder (en tevens de partij die de octrooien in die landen handhaafde) was het Israëlisch bedrijf Teva Pharmaceuticals International Ltd (Teva Ltd). TPI Ltd is door Synthon samen met de Nederlandse Teva entiteit (Teva Pharmaceuticals Europe BV; hier: Teva B.V.) bij de rechtbank in Amsterdam gedagvaard. Teva B.V. was verantwoordelijk voor het op de markt brengen van Teva’s producten op de Europese markt.
Alexander de Koning is per 1 april bij Turnstone in dienst getreden
Per 1 april 2020 is Alexander de Koning bij Turnstone in dienst getreden. Alexander studeerde rechtsgeleerdheid in Maastricht, waarna hij als IP-counsel voor één van de grootste Nederlandse bedrijven in de fashion footwear branche werkte. Hij heeft vervolgens aan de Universiteit Tilburg een master ondernemingsrecht behaald, en zich daarbij verder gespecialiseerd in intellectueel eigendom. Voordat hij de overstap naar Turnstone maakte, was Alexander Legal Counsel bij de grootste aanbieder van kansspelen in Nederland.
Nine Bennink is sinds 1 maart advocaat-medewerker bij Köster Advocaten
Per 1 maart 2020 is Nine Bennink (30) gestart als advocaat-medewerker bij Köster Advocaten in Haarlem. Nine is ruim zes jaar advocaat en gespecialiseerd op het gebied van Intellectuele Eigendom en ICT & Privacy. Met de komst van Nine Bennink worden de praktijkgroepen Intellectuele Eigendom en Procesrecht van Köster Advocaten verder versterkt.
IE-symposium AIPPI verplaatst naar 17 maart 2021
Het bestuur van de VIE/AIPPI Nederland besloot op 10 maart het IE-symposium uit te stellen in verband met de COVID-19 pandemie. Gezien de voortdurende onzekere situatie zal het IE-symposium ook in het najaar niet plaatsvinden. Het eerstvolgende IE-symposium zal worden gehouden op woensdag 17 maart 2021 in Zeist. Indien de situatie in Nederland het toelaat, zullen wij ons best doen om in het najaar van dit jaar nog wel één of meer inhoudelijke leden-bijeenkomsten te organiseren. Hiermee hopen we u alsnog in de gelegenheid te stellen actuele IE-kennis op te doen en andere leden te ontmoeten.
Lees verder.
On Tower aansprakelijk voor schade radiozender Fresh FM
Rechtbank Den Haag 8 april 2020, IEF 19143, IT 3105; ECLI:NL:RBDHA:2020:3214 (Eisers tegen On Tower) Fresh FM nasleep. In September 2015 legde zenderexploitant Broadcast Partners (nu On Tower) 37 conservatoire beslagen op onder meer de inkomsten van radiozender Fresh FM. Er wordt voor recht verklaard dat de door On Tower ten laste van eisers gelegde conservatoire beslagen onrechtmatig zijn. On Tower is aansprakelijk voor alle door eisers geleden en te lijden schade als gevolg van de onrechtmatige conservatoire beslagen. On Tower stelt dat eisers onvoldoende hebben gedaan om hun schade te beperken. Zij hadden namelijk in reconventie of in kort geding opheffing van de beslagen kunnen vorderen, maar hebben dit nagelaten. Aan de beoordeling van dit beroep van On Tower op de eigen schuld van eisers (artikel 6:101 BW) wordt in deze procedure niet toegekomen, omdat daarvoor eerst moet worden beoordeeld of er schade is geleden en wat de omvang daarvan is. Dit debat moeten worden gevoerd in de schadestaatprocedure.