Handelsnaamrecht  

IEF 18763

Uitspraak ingezonden door Merel Rondhuis, Tjeerd Overdijk en Berber van der Wansem, Vondst Advocaten.

Indruk dat ondernemingen gelieerd zijn vormt inbreuk handelsnaamrecht

Rechtbank Midden-Nederland 10 okt 2019, IEF 18763; (Nicomax tegen Nico-Fastening), https://delex.nl/artikelen/indruk-dat-ondernemingen-gelieerd-zijn-vormt-inbreuk-handelsnaamrecht

Rechtbank Midden-Nederland 10 oktober 2019, IEF 18763; (Nicomax tegen Nico-Fastening) Nicomax en Nico-Fastening zijn allebei opgericht door dezelfde persoon en zijn dragers van zijn voornaam. Nicomax is gericht op de distributie van pneumatische gereedschappen en bevestigingsmiddelen voor de bouw. Nicomax was sinds haar oprichting agent van o.m. Max Europe en distributeur van diens producten van het merk MAX. Ook Nico-Fastening is distributeur en producent van pneumatische gereedschappen en bevestigingsmiddelen voor de bouw, en is sinds september 2019 tevens distributeur binnen de Benelux van de Max-producten. Volgens Nicomax maakt Nico-Fastening inbreuk op het handelsnaamrecht en het domeinnamenrecht van Nicomax. In het onderhavige geval is wel degelijk inbreuk gemaakt op het handelsnaamrecht en domeinnamenrecht van Nicomax, aangezien het relevante publiek niet kan weten dat beide ondernemingen niet aan elkaar gelieerd zijn.

IEF 18760

Uitspraak ingezonden door Cathy Brocklebank en Sanne Kleerebezem, Okkerse & Schop.

Inbreuk op handelsnaam en merkrecht duurzame energie

Rechtbank Midden-Nederland 20 sep 2019, IEF 18760; (SGZE tegen SGDE), https://delex.nl/artikelen/inbreuk-op-handelsnaam-en-merkrecht-duurzame-energie

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 20 september 2019, IEF 18760; (SGZE tegen SGDE) Eiser SGZE is beheerder van een garantiefonds ter ondersteuning van de markt voor zonnepanelen. SGZE gebruikt de domeinnaam www.sgze.nl. Verweerder SGDE houdt zich bezig met het beheer van een garantiefonds ter ondersteuning van de markt voor duurzame energie en is merkhouder van het Benelux-woordmerk SGDE voor de klassen 35, 36 en 45. Door de visuele en auditieve overeenstemming tussen merk en teken, de omstandigheid dat de diensten soortgelijk zijn en SGZE en SGDE zich beiden (ook) richten op de gemiddelde consument is verwarringsgevaar aannemelijk. Onder andere wordt opgemerkt dat SGDE niet bij toeval in zijn algemeenheid dicht tegen SGZE lijkt aan te schuren. De volgorde en tekstgebruik van de algemene voorwaarden van SGDE is opvallend gelijk aan dat van SGZE. Verweerder SGDE wordt veroordeeld iedere inbreuk op het merkenrecht en de handelsnaam 'SGZE' van SGZE te staken en gestaakt te houden, waaronder het gebruik van het teken 'SGDE'.

IEF 18752

Uitspraak ingezonden door Paul Maeyaert, Altius.

Geen inbreuk handelsnaamrecht wegens plaatsgebonden functie van hotels

Belgische gerechten 31 okt 2018, IEF 18752; (Morilo tegen Hotel Julien), https://delex.nl/artikelen/geen-inbreuk-handelsnaamrecht-wegens-plaatsgebonden-functie-van-hotels

Rechtbank van Koophandel Antwerpen, afdeling Antwerpen 31 oktober 2018, IEF 18752, IEFbe 2966; A/18/3581 (Morilo tegen Hotel Julien) Morilo baat een hotel uit met de naam Hotel Julien in Antwerpen. Morilo stelt dat Hotel Julien inbreuk heeft gemaakt op haar handelsnaamrecht door het gebruik van 'Hotel Julien' voor een hotel in Den Bosch. Daarnaast zou sprake zijn van oneerlijke handelspraktijken. Morilo vordert staking van het gebruik van de naam 'Hotel Julien' en de inlassing van een melding van dit verbod op de website van Hotel Julien. In casu is noch voor wat betreft de genoemde handelsnaam, noch ten aanzien van de eerlijke marktpraktijken, inbreuk gepleegd. Hotels vervullen namelijk per definitie een plaatsgebonden functie. Bijgevolg is geen sprake van verwarringsgevaar. 

IEF 18751

Uitspraak ingezonden door Andreas Reygaert, Altius.

Belgisch 'Hotel Julien' tegen Nederlands 'Hotel Julien': geen verwarringsgevaar

Belgische gerechten 12 sep 2019, IEF 18751; (Morilo tegen Hotel Julien), https://delex.nl/artikelen/belgisch-hotel-julien-tegen-nederlands-hotel-julien-geen-verwarringsgevaar

Hof van beroep Antwerpen 12 september 2019, IEF 18751, IEFbe 2965; 2018/AR/2322 (Morilo tegen Hotel Julien) Morilo baat een hotel uit Antwerpen dat grote bekendheid heeft verworven onder de naam Hotel Julien. Morilo is houdster van de domeinnaam hotel-julien.com. Het hotel is genoemd naar de zoon van de zaakvoerster van Morilo. Eind maart 2018 vernam Morilo dat in Den Bosch een nieuw hotel zou komen onder de naam Hotel Julien. Hotel Julien registreerde voor haar nieuw hotel onder meer de domeinnaam hoteljulien.nl. Zij dankt haar naam aan de voornaam van de architect van het gebouw. Tevens heeft zij het Benelux woordmerk 'Hotel Julien' gedeponeerd. Morilo acht dit een inbreuk op haar handelsnaamrecht en stelt dat sprake is van verwarring die is gecreëerd doordat het nieuwe hotel exact dezelfde naam gebruikt voor hetzelfde type hotel. In het algemeen wordt aangenomen dat het handelsnaamrecht is geschonden, indien sprake is van een gevaar voor verwarring. In het onderhavige geval is er geen sprake van verwarringsgevaar. Evenmin is er sprake van misleidende reclame. Hiermee is het vonnis in eerste aanleg bevestigd.

IEF 18745

Uitspraak mede ingezonden door Gregor Vos en Rutger Stoop, Brinkhof, en Diederik Stols, Boekx.

Geen kwade trouw bij registratie Benelux-merk RatPac

Rechtbank Den Haag 9 okt 2019, IEF 18745; ECLI:NL:RBDHA:2019:11338 (Rat Pack tegen RatPac), https://delex.nl/artikelen/geen-kwade-trouw-bij-registratie-benelux-merk-ratpac

Rechtbank Den Haag 9 oktober 2019, IEF 18745; ECLI:NL:RBDHA:2019:11338 (Rat Pack tegen RatPac) Eiseres Rat Pack is een Duitse producent van kinder- en jeugdfilms. Eiseres is opgetreden tegen het gebruik en de registratie van de handelsnaam en het merk RatPac van de Amerikaanse filmfinancier RatPac Entertainment. Er is geen sprake van kwade trouw geweest bij de registratie van het Benelux-merk van RatPac. Het enkele feit dat RatPac het gestelde eerdere gebruik van Rat Pack in de Benelux had behoren te kennen is onvoldoende om kwade trouw te kunnen aannemen. Er is evenmin sprake geweest van enig relevant gebruik van de handelsnaam Rat Pack in Nederland. Ook bestaat er geen verwarringsgevaar tussen Rat Pack en RatPac bij het relevante publiek. De vorderingen van Rat Pack zijn afgewezen.

IEF 18744

Prejudiciële vragen over interpretatie Artiestenverloning-arrest

Hof Arnhem-Leeuwarden 4 okt 2019, IEF 18744; ECLI:NL:GHARL:2019:8167 (DOC tegen Dairy Partners), https://delex.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-interpretatie-artiestenverloning-arrest

Hof Arnhem-Leeuwarden 4 oktober 2019, IEF 18744; ECLI:NL:GHARL:2019:8167 (DOC tegen Dairy Partners) Tussenbeschikking. De rechtsvraag is, kort gezegd, of de door de Hoge Raad geformuleerde regel in het Artiestenverloning-arrest, 11 december 2015, [IEF 15523] inhoudt dat het gebruik van een met een (louter) beschrijvende handelsnaam overeenstemmende aanduiding alleen onrechtmatig is indien bijkomende omstandigheden dat meebrengen, zoals is overwogen in het arrest van 19 september 2017, Parfumswinkel [IEF 17114]. De vraag is of het Artiestenverloning-arrest op deze wijze moet worden geïnterpreteerd, omdat dit arrest betrekking heeft op bescherming van een domein- en handelsnaam tegen een domeinnaam en niet op de bescherming van een handelsnaam tegen een handelsnaam.

IEF 18713

Uitspraak ingezonden door Marjolein Driessen, Legaltree.

Geen inbreuk op handelsnaam wegens ontbreken verwarringsgevaar

Rechtbank Den Haag 25 sep 2019, IEF 18713; (Van Vliet tegen Van Vliet), https://delex.nl/artikelen/geen-inbreuk-op-handelsnaam-wegens-ontbreken-verwarringsgevaar

Rechtbank Den Haag 25 september 2019, IEF 18713; (Van Vliet tegen Van Vliet) Eiseres Arjan van Vliet Hoveniersbedrijf exploiteert een hoveniersbedijf sinds 1998. Gedaagde A. van Vliet is in 2015 eenmanszaak  "A.van Vliet Hoveniers" begonnen. In 2017 heeft eiseres bij brief gedaagde gesommeerd om staking van iedere inbreuk op de handelsnaam van eiseres te bevestigen, in de toekomst geen handelsnaam te laten registreren waarvan de handelsnaam van eiseres deel uitmaakt en de oude handelsnaam aan eiseres over te dragen. Gedaagde heeft aan de sommatie gevolg gegeven en zijn handelsnaam gewijzigd in "AVV Hoveniers". Vervolgens vordert eiseres alsnog in rechte staking van de inbreuk op haar handelsnaam. Maakt gedaagde door het voeren van zijn nieuwe handelsnaam inbreuk op de handelsnaam van eiseres en/of handelt gedaagde in strijd met de maatschappelijke zorgvuldigheid? In dit geval is geen sprake van een inbreuk op de handelsnaam van eiseres door gedaagde, omdat er geen verwarringsgevaar is. Bij het gebruik voor- en achternaam in verband met het bedrijf door gedaagde, blijft steeds duidelijk dat het om de eigen naam van gedaagde gaat. Daarnaast is hij niet aansprakelijk wegens in strijd handelen met de maatschappelijke zorgvuldigheid. Eiseres lijdt immers geen schade door van de nieuwe handelsnaam van gedaagde, aangezien het aannemelijker is dat oude klanten van gedaagde bij eiseres terecht komen dan dat klanten van eiseres op grond van verwarring naar gedaagde gaan.

IEF 18679

Uitspraak is ingezonden door Yves Jansen, Huver Advocaten.

Gebruiksrecht handelsnaam Derma is niet exclusief

Rechtbank Limburg 2 sep 2019, IEF 18679; (Derma tegen Qill), https://delex.nl/artikelen/gebruiksrecht-handelsnaam-derma-is-niet-exclusief

Rechtbank Limburg 2 september 2019, IEF 18679; (Derma tegen Qill) Eiser heeft een onderneming met handelsnaam 'Huidkliniek Derma'. Verweerder Qill houdt zich bezig met schoonheidsverzorging en detailhandel via internet en heeft onder meer de volgende handelsnamen geregistreerd: TC Derma Roermond en Derma Huidkliniek Roermond. In 2017 moet eiseres wegens omstandigheden stoppen met het bedrijf. De inventaris verkoopt ze aan de verhuurder van de bedrijfsruimte, die op zijn beurt de invenatris doorverkoopt aan Qill. Eiseres vordert het gebruik van de handelsnaam DERMA in al haar uitingen te staken en gestaakt te houden. Dit omvat mede de uitingen op pand, bedrijfskleding en voertuigen. Ook vordert ze de handelsnaam aan te passen zodat er geen gelijkenis met de handelsnaam Derma meer bestaat. Alle vorderingen worden afgewezen. Het gebruiksrecht is niet exclusief zoals dat in het merkenrecht of het octrooirecht het geval is. De stelling van eiseres dat de handelsnaam haar eigendom is - zodat reeds daarom sprake is van een inbreuk op haar recht - is dus niet juist.

IEF 18651

Geen inbreuk Hyde Park, te weinig gelijkenis

Rechtbank Noord-Holland 23 jul 2019, IEF 18651; ECLI:NL:RBNHO:2019:6769 (Hyde Park tegen HPH), https://delex.nl/artikelen/geen-inbreuk-hyde-park-te-weinig-gelijkenis

Vzr. Rechtbank Noord-Holland 23 juli 2019, IEF 18651, ECLI:NL:RBNHO:2019:6769 (Hyde Park tegen HPH) Merkenrecht. Hyde Park houdt zich bezig met de herontwikkeling van een kantorenlocatie in Hoofddorp, deze wijk heeft zij ook Hyde Park genoemd. Zij houdt enige merkregistraties, en gebruikt voornamelijk (variaties op) de naam Hyde Park. HPH houdt zich bezig met de verhuur van onroerend goed. Zij is gevestigd in het gebied waar Hyde Park actief is met de herontwikkeling en gebruikt ook veelvuldig het teken ‘Hyde Park’. Hyde Park heeft gesommeerd elke inbreuk op haar merk- en handelsnaamrechten te staken, waarop HPH te kennen heeft gegeven dat zij geen inbreuk maakt. In aansluiting bij het Parfums-winkel-arrest kan het Artiestenverloning-arrest ook worden toegepast op de handelsnaam. Deze is beschrijvend, nu de naam ook de naam van de wijk is. Vast staat dat de merkenrechten van Hyde Park zijn ingeschreven en geldig zijn. Het is dus de vraag of HPH hierop een inbreuk maakt. Dat is niet het geval, de tekens vertonen veel verschillen. Hierdoor komen zij zowel visueel als auditief als begripsmatig niet overeen. Het beperkte onderscheidend vermogen van het merk wordt ook meegewogen. Er wordt dus geen inbreuk vastgesteld, Hyde Park wordt veroordeelt in de proceskosten.

IEF 18650

Indirect verwarringsgevaar ondanks geografische afstand Thuiszorg De Zonnestraal

Rechtbank Noord-Holland 17 jun 2019, IEF 18650; ECLI:NL:RBNHO:2019:7112 (Eiser tegen Thuiszorg De Zonnestraal), https://delex.nl/artikelen/indirect-verwarringsgevaar-ondanks-geografische-afstand-thuiszorg-de-zonnestraal

Rechtbank Noord-Holland 17 juni 2019, IEF 18650; ECLI:NL:RBNHO:2019:7112 (Eiser tegen Thuiszorg De Zonnestraal) Handelsnaamrecht. Eiser is in haar woonplaats een eenmanszaak Thuiszorg De Zonnestraal gestart. Hiervoor heeft zij visitekaartjes laten drukken met daarop het logo en de handelsnaam van de zaak. Thuiszorg is eenzelfde onderneming gestart in Hoofddorp met dezelfde handelsnaam. Het gaat in deze zaak om de vraag of het gebruik van de handelsnaam “Thuiszorg De Zonnestraal” door Thuiszorg in strijd is met artikel 5 Hnw. Eiser verzoekt Thuiszorg te bevelen haar handelsnaam en het gebruik van de domeinnaam van de website te wijzigen waarbij de woorden Zonnestraal en Thuiszorg niet meer voorkomen. De vordering wordt toegewezen.