Naburige rechten  

IEF 4885

Dat er één beheersorganisatie ontstaat

Kamerstuk  29515, nr. 214, 2e Kamer.  Kabinetsplan aanpak administratieve lasten; Motie van de leden Smeets en Van der Burg over één beheersorganisatie voor auteurs- en naburige rechten. 

“Verzoekt de regering te bewerkstelligen dat er één beheersorganisatie ontstaat; verzoekt de regering voorts te bewerkstelligen dat ondernemers vanaf januari 2008 jaarlijks nog maar één factuur ontvangen van collectieve beheersorganisaties op het gebied van auteurs- en naburige rechten, zo nodig via aanpassing van de desbetreffende wet- en regelgeving;

verzoekt de regering tenslotte, de toezichthouder(s) voldoende bevoegdheden en instrumenten te geven om de redelijkheid van de opgelegde vergoedingen aan de ondernemers te beoordelen.

Lees de motie hier.

IEF 4753

Amerikaanse uitvoerende kunstenaars

dve.gifDick van Engelen (Ventoux): Thuiskopie v Irda & Norma: Het laatste woord over bescherming van Amerikaanse artiesten? Noot bij Gerechtshof Amsterdam, 13 september 2007, rolnr. 05/1143. Stichting de Thuiskopie tegen Norma (zie IEF 4703).

Het Hof Amsterdam komt in zijn arrest van 13 september 2007 tot de conclusie dat Amerikaanse uitvoerende kunstenaars in beginsel niet beschermd worden onder de Wet op de Naburige Rechten (‘WNR’). Die internationaal privaatrechtelijke conclusie is helder, maar bij bestudering van het arrest dringt de vraag zich op of die conclusie ook overtuigend is.

(…) Het zijn twee Nederlandse rechtspersonen, die voor uitvoerende kunstenaars de door de Stichting Thuiskopie geïncasseerde gelden verdelen onder de bij hen aangesloten artiesten. ‘Twee handen op een buik’ zou je denken, en de zaak heeft dan ook kenmerken van een proefprocedure. Bedoeling van partijen zal dan ook zijn met dit arrest richtinggevende jurisprudentie te scheppen.

Het Hof overweegt dat aan Thuiskopie kan worden toegegeven dat artikel 32(1)(c) WNR houvast biedt voor het standpunt dat een buitenlandse uitvoerend kunstenaar beschermd is wanneer zijn uitvoering is opgenomen op een fonogram waarvan de fonogrammenproducent (onderstreping auteur) krachtens het tweede lid beschermd wordt. Dat standpunt wijst het Hof vervolgens af, omdat het Hof van oordeel is dat dit er toe zou leiden dat per saldo Amerikaanse artiesten toch in veel gevallen beschermd zouden worden, terwijl dat nu juist niet de bedoelding van de wetgever zou zijn geweest. Die teleologische interpretatie overtuigt niet direct, al was het maar omdat Amerikaanse artiesten momenteel niet alleen afhankelijk zijn van het Verdrag van Rome om aanspraak op bescherming te kunnen maken, zoals hierna verder besproken wordt.

Lees de volledige noot hier.

IEF 4703

Thuiskopie tegen NORMA/IRDA (+ filmpje)

Gerechtshof Amsterdam, 13 september 2007, rolnr. 05/1143. Stichting de Thuiskopie tegen Norma.

“Nu de Verenigde Staten geen partij zijn bij het Verdrag van Rome moet het ervoor worden gehouden dat de wetgever aan Amerikaanse uitvoerende kunstenaars in beginsel geen aanspraak heeft gegeven op een thuiskopievergoeding audio op dezelfde basis als toegekend aan onderdanen van Rome-landen. In de parlementaire geschiedenis van de Wnr is geen enkel aanknopingspunt te vinden voor de opvatting dat de wetgever dat uitgangspunt heeft willen verlaten bij het formuleren van art. 32, lid 1 sub c Wnr. De in de memorie van antwoord gegeven nadere uitleg over de reikwijdte van de bescherming van (toen nog) art. 31 Wnr vormt juiat een aanwijzing voor het tegendeel. De grieven 2 tot en met 5 falen.”

Lees het arrest hier. Filmpje President Bush & naburige rechten (“no earthly idea”) hier.

IEF 4563

Senior onderzoek

Twee relatief nieuwe parallelle publicaties van senior onderzoeker Mireille van Eechoud, op de website van het IVIR:

Het communautair acquis voor auteursrecht en naburige rechten: zeven zonden of zestien gelukkige jaren? (Eerder gepubliceerd in AMI, 2007-4, p. 109-117).

“In dat kader achtte de Europese Commissie (DG Markt) de tijd rijp voor een kritische en integrale analyse van de zeven verschillende richtlijnen die sinds 1991 het licht zagen op het gebied van het auteursrecht en de naburige rechten. Na een openbare aanbesteding1 kreeg het Instituut voor Informatierecht de opdracht te rapporteren over ‘The Recasting of Copyright & Related Rights for the Knowledge Economy’. In deze bijdrage komen de belangrijkste bevindingen aan bod.

Lees het artikel hier. Besproken rapport IVIR hier

Noot bij Rechtbank Den Haag 17 januari 2007 (Garmin/Tomtom) (Eerder gepubliceerd in IER 2007-3, nr. 52).

“Bovenstaande casus werpt de vraag op hoe de verhouding tussen Gemeenschapsmodelverordening en EEX-Vo precies is. Een belangrijk verschil tussen de EEX-Vo en de Gemeenschapsmodelverordening is dat de EEX-Vo primair rechtsmacht ten aanzien van personen regelt, en de GmodV uitsluitend ten aanzien van zaken, namelijk geschillen over bestaan/geldigheid en omvang van een gemeenschapsmodel. De EEX-Vo bepaalt de internationale rechtsmacht over gedaagden die in een Lidstaat zijn gevestigd. De regels van het GmodV zijn van toepassing onafhankelijk van de vestigingsplaats van partijen.”

Lees de noot hier. Lees het vonnis hier.

IEF 4516

De Benelux is meer dan Nederland alleen

Joris Deene: Intellectuele rechten kroniek 2006. “De auteur geeft een overzicht, een juridische kroniek, van de voornaamste gebeurtenissen van 2006 in het domein van de intellectuele rechten. Hij behandelt zowel het auteursrecht en de naburige rechten, het tekeningen- en modellenrecht, het octrooirecht, het merkenrecht als de bescherming van de handelsnaam en domeinnaam. Hij situeert de materie binnen de wetgeving en de rechtspraak.”

Lees de kroniek (30 pagina's) hier.

IEF 4512

Een loos aanbod

adc.gifVzr. Gerechtshof ’s-Gravenhage, 22 februari 2007, LJN: BB1535. Casa Musica Musicvertrieb Wegewitz & Güldner Gmbh & Co.Kg tegen Geïntimeerde.

Executiegeschil in zaak over naburige rechten. Geen reëel aanbod via verborgen link. Geen terugwerkende kracht verklaring 260 Rv. (“De voorlopige voorziening verliest haar kracht wanneer een eis in de hoofdzaak niet binnen die termijn is ingesteld en de gedaagde een daartoe strekkende verklaring bij de griffie indient.”)

Bij vonnis in kort geding van 27 september 2005 heeft de voorzieningenrechter geïntimeerde onder meer veroordeeld   “om binnen 48 uur na betekening van dit vonnis de (verdere) exploitatie van de muziekwerken met de titels “Wabble Cha” en “Viaje Tiempo Atras”, zoals vastgelegd op de cd’s van Casa Musica getiteld: ”Agua de Coco” respectievelijk  “Macumba” te staken en gestaakt te houden op straffe van een dwangsom.

In het daarop volgende executiegeschil heeft de voorzieningenrechter in vonnis van 15 december 2005 waarvan beroep in conventie de executie van het inmiddels onherroepelijk geworden vonnis van 27 september 2007 geschorst totdat in een bodemprocedure tussen partijen omtrent de verschuldigdheid van de dwangsommen zal zijn beslist en de vorderingen met betrekking tot (verdere) exploitatie van de muziekwerken afgewezen . Het hof bekrachtigt i.c. het vonnis van de voorzieningenrechter

Over de voorwaardelijk incidentele grief met betrekking tot artikel 260 Rv, TRIPs en dwangsommen stelt het hof, net als het Hof Arnhem eerder dit jaar, dat er geen sprake is van terugwerkende kracht:

“5. Artikel 260 Rv., met welke bepaling is beoogd de Nederlandse wetgeving in overeenstemming te brengen met artikel 50, lid 6 van de overeenkomst inzake handelsaspecten van de intellectuele eigendom (hierna:TRIPs-Verdrag), houdt in dat een voorlopige voorziening als bedoeld in het TRIPs-Verdrag haar kracht verliest wanneer deze niet binnen een redelijke termijn wordt gevolgd door een bodemprocedure, hetgeen bij gebreke van een in het vonnis bepaalde termijn het geval is, wanneer tenminste 31 dagen, waarvan tenminste 20 werkdagen, na de dag van de uitspraak zijn verstreken en de wederpartij een daartoe strekkende verklaring ter griffie indient, zoals in casu.

Naar het oordeel van het hof is met de bewoordingen “verliest de voorlopige voorziening haar kracht” niet beoogd dat de voorlopige voorziening met terugwerkende kracht (ex tunc) vanaf de dag van de uitspraak haar werking verliest, maar werkt zij ex nunc, in het onderhavige geval vanaf de dag waarop de verklaring is ingediend. Het hof vindt hiervoor steun in de (Engelse) tekst van het TRIPs-Verdrag. Artikel 50, lid 6 TRIPs spreekt van “revoked or otherwise cease to have effect”. Naar het oordeel van het hof houden de woorden "cease to have effect” in elk geval in dat de voorlopige voorziening na verloop van de redelijke termijn niet meer van kracht zal zijn en dus niet dat dan de voorlopige voorziening met terugwerkende kracht haar werking verliest. Dit betekent dat ingeval van inbreuk in de periode van 17 oktober 2006 tot 8 november 2007 in beginsel dwangsommen zijn verschuldigd.”

Ook de principale grieven worden door het hof verworpen. Op grond van het feit dat er een (verborgen, vergeten) link is naar een bestelpagina, waar de cd’s echter feitelijk niet meer kunnen worden besteld, kan niet worden gesproken van een reëel aanbod.

“8. (…) Anders dan Casa betoogt, volgt uit het dictum noch uit de rechtsoverwegingen van het vonnis van 27 september 2005 dat geïntimeerde ervoor dient/diende te zorgen dat de verkoop en/of het te koop aanbieden van de inbreukmakende cd's via websites van derden gestaakt zou(den) worden. Naar het voorlopige oordeel van het hof moet in het licht van de eisen van de jurisprudentie de veroordeling om de (verdere) exploitatie te staken en gestaakt te houden aldus worden uitgelegd dat zij beperkt is tot de exploitatie door geïntimeerde zelf.”

In hoger beroep is namens geïntimeerde bij pleidooi verklaard dat de vader van geïntimeerde korte tijd na het uitbrengen van het exploit van 17 oktober 2005 opdracht heeft gegeven het bestelformulier en de oude nieuwsbrief van de website van geïntimeerde te verwijderen, dat kennelijk nog een verborgen pagina ("page in cache") op het internet is achtergebleven en dat de link op de website naar de bestelpagina geheel is verwijderd op 30 mei 2006, hetgeen door Casa niet meer is weersproken.
 
Naar het voorlopige oordeel van het hof kan de vermelding van de litigieuze cd's op deze verborgen bestelpagina niet worden aangemerkt als het te koop aanbieden daarvan. Dit brengt mee dat er geen plaats meer is voor een inbreukverbod als door Casa is gevorderd.”

“12. Niet weersproken is dat de bestelpagina en de nieuwsbrief kort na 17 oktober 2005 van de website van geïntimeerde zijn verdwenen. Voorts is aannemelijk geworden dat de litigieuze cd's toen niet meer te verkrijgen waren, zodat van een reëel aanbod geen sprake meer was.  Gelet hierop heeft geïntimeerde in de genoemde periode geen inbreuk op de rechten van Casa gemaakt.”

Over de proceskosten stelt het hof tenslotte:

13. Uit het vorenstaande vloeit voort dat in het principale beroep het vonnis zal worden bekrachtigd met veroordeling van Casa als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten van het principale beroep, dat het incidentele beroep zal worden verworpen maar dat een kostenveroordeling achterwege kan blijven nu het incidentele beroep voorwaardelijk is ingesteld en de voorwaarde niet is vervuld.

Lees het arrest hier. Genoemde arrest Hof Arnhem: IEF 3847.

IEF 4384

???a??µata t?? d?µ???????

GvEA, 12 juli 2007, zaak T-229/05, AEPI tegen Europese Commissie. (Alleen beschikbaar in het Frans en het Grieks).

Auteursrecht , naburige rechten en medediging in Griekenland.

"Dans sa plainte, la requérante souligne que la rémunération des droits voisins avait été fixée à un niveau excessif, qui allait jusqu’à 5 % des recettes brutes des stations de radio et des chaînes de télévision grecques. Ce comportement constituerait une violation des articles 81 CE et 82 CE, qui lui causerait des préjudices graves et irréparables, dans la mesure où les entreprises ne seraient pas en mesure de payer ces montants excessifs, privant ainsi la requérante de la perception des redevances qu’elle réclamait pour les droits d’auteur.

(…)Au vu de ce qui précède, il y a lieu de constater que la requérante n’a produit aucun élément concret établissant l’existence actuelle ou potentielle de dysfonctionnements importants dans le marché commun. Par conséquent, la requérante ne démontre pas que, dans la décision attaquée, la Commission a commis une erreur manifeste d’appréciation lorsqu’elle a considéré que les pratiques dénoncées par la requérante produisaient leurs effets dans une large mesure ou même intégralement dans le marché grec, et que, en conséquence, elles n’étaient pas de nature à affecter le commerce entre États membres au sens des articles 81 CE et 82 CE."

Lees het arrest hier.

IEF 4352

Voldoende bescherming

Calimero´s op de barricade. Opinie van Allon Kijl (Bousie) op BroadcastMagazine.nl. Een betoog over de lobby die makers en producenten zijn gestart voor een verbetering van het onderhandelingsklimaat over auteursrechten en naburige rechten met de NPO.

“De Dutch Directors Guild en het Netwerk Scenarioschrijvers hebben zich beklaagd bij minister Plasterk en minister Hirsch Ballin per brief over het schamele bedrag aan inkomsten dat regisseurs en scenarioschrijvers verdienen met de exploitatie van hun werken.

De Calimero´s van de Nederlandse film- en televisie-industrie beklagen zich over het beleid terzake van de Nederlandse Publieke Omroep (NPO). Volgens de makers hebben vooral de voortdurende bezuinigingen in Hilversum en de komst van platformen als Uitzendinggemist en digitale themakanalen gezorgd voor een oneerlijk onderhandelingsklimaat. (…) Maar wat ik totaal niet begrijp, is het feit dat niemand eventjes terugschreeuwt dat de huidige wet voldoende bescherming biedt aan alle makers van filmwerken.”

Lees het volledige stuk hier.

IEF 4350

Modelcontracten

mlv.gifKamerstuk 2060720480, 2e Kamer.  Vragen van het lid Vos (PvdA) aan de ministers van Economische Zaken en van Justitie over prijsafspraken in modelcontracten voor schrijvers en vertalers. (Ingezonden 10 juli 2007)

1 Uit uw brief van 3 juli 2007 (Niet-dossierstuk EZ000343, vergaderjaar 2006–2007) aan de Vaste Commissie voor Economische Zaken schrijft u dat er een oplossing tussen de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa), de Groep Algemene Uitgevers en de Vereniging van Schrijvers en Vertalers (VSenV) is gevonden voor de problematiek rond de prijsafspraken in de tussen partijen overeengekomen modelcontracten voor literaire schrijvers en vertalers. Bent u er van op de hoogte dat deze regeling door de betrokken partijen niet als structurele oplossing wordt beschouwd?

2 Vindt u het wenselijk dat er een wettelijke regeling wordt getroffen in de Auteurswet zodat auteurs zonder inbreuk te maken op de Mededingingswet (minimum)tarieven en royalties mogen afspreken? Zo ja, kunt u de Kamer informeren over het proces van totstandkoming van deze wettelijke regeling? Zo neen, waarom niet?

IEF 4339

NUV Nieuws

X-aantal (redelijk) nieuwe berichten op de websitie van het NUV, onder andere:

Toelichting op het Modelcontract. (…) De VvL en de Groep Algemene Uitgevers (GAU) hebben per 1 juni 2007 de toelichting op het Modelcontract voor de uitgave van een vertaling van literair werk op aanwijzing van de Nederlandse Mededingingsautoriteit in lijn gebracht met de Mededingingswet. (…) Het Modelcontract voor de uitgave van oorspronkelijk Nederlandstalig literair werk blijft vooralsnog ongewijzigd

Lees hier meer (incl. nieuwe modelcontract).

Het gaat goed met Reprorecht.  (…) zo bleek uit de laatstgehouden voorjaarsvergadering van het Algemeen Bestuur. Werd in 2006 een recordbedrag uitgekeerd, waarvan circa 12 miljoen euro aan Nederlandse uitgevers en auteurs, voor 2007 wordt nog een verdere stijging verwacht. Die stijging komt natuurlijk voornamelijk door de op gang komende incasso bij het bedrijfsleven.

Lees hier meer.

Gedragscode collectief beheer in wording. Binnen het samenwerkingsverband Stichting Auteursrechtbelangen wordt momenteel hard gewerkt aan de opstelling van en afstemming over een gedragscode voor collectieve beheersorganisaties (‘cbo’s’). Deze gedragscode is het antwoord van de sector op de plannen voor een verscherpte wettelijke regeling voor het overheidstoezicht op cbo’s.

Lees hier meer.

Uitkering leenrecht multimediaproducten in voorbereiding. (…) Na deze procedure en langdurige onderhandelingen met de bibliotheken is vorig jaar uiteindelijk een regeling getroffen tussen NVPI en het NUV enerzijds en de Vereniging Openbare Bibliotheken (VOB) anderzijds. In deze regeling is een onderscheid gemaakt tussen games en informatieve producten. Voor informatieve producten, dat zijn doorgaans de multimediaproducten die door de leden van het Nederlands Uitgeversverbond zijn uitgegeven, is aangesloten bij de uitleenregeling voor boeken. Uitlenen is in beginsel toegestaan tegen een billijke vergoeding. Voor multimediaproducten geldt wel een hogere vergoeding (meer rechthebbenden) en is het in beginsel mogelijk in uitzonderingssituaties een afzonderlijke regeling af te spreken.

Lees hier meer. 

Gehandicaptensite na auteursrechtgeschil weer van start. (…0 De freelance-journaliste had de website een sommatiebrief gestuurd via bureau Cozzmoss. Dit bureau speurt met behulp van software het internet af naar artikelen van aangesloten freelancers die daar zonder toestemming zijn geplaatst. Vervolgens eist het bureau schadevergoeding, waarbij het inschakelen van een incassobureau niet wordt geschuwd. In dit geval betrof het de site van de afdeling in Den Bosch van de Algemene Nederlandse Gehandicapten Organisatie (ANGO Den Bosch). (…) De gehandicaptenorganisatie verkeerde daardoor in de veronderstelling het allemaal netjes geregeld te hebben. De verbazing was dan ook groot toen de boze brief van de freelance-journaliste binnenkwam. De afspraak met de krant bleek alleen betrekking te hebben op de artikelen waarop de krant zelf het auteursrecht bezit. Dat bleek niet het geval te zijn met het artikel van de freelance-journaliste.

Lees hier meer. 

Nieuw voorbeeldcontract voor de verfilming van boeken.  (…) is het contract uit 1991 weer eens onder de loep genomen. In een speciaal daartoe samengestelde werkgroep is gewerkt aan een nieuw contract dat op basis van nieuwe ervaringen en opgedane kennis tot stand is gekomen. Dit aangepaste onderhandelingsmodel is voor het eerst gepresenteerd tijdens de NUV-bijeenkomst ‘Het multimediale boek’ op 19 juni 2007.

Lees hier meer.