IEF 22374
14 november 2024
Uitspraak

IE-klassieker: Endstra

 
IEF 22373
14 november 2024
Uitspraak

Hof oordeelt over bevoegdheid octrooigemachtigde na vertrek opdrachtnemer

 
IEF 22332
14 november 2024
Uitspraak

Geen inbreuk op persuitgeversrecht, auteursrecht en databankenrecht met nieuws-signaleringen

 
IEF 18815

Heroeping inzake afgewezen beroep nietigverklaring merk is geldig

HvJ EU 31 okt 2019, IEF 18815; ECLI:EU:C:2019:916 (Repower tegen EUIPO/repowermap.org), https://delex.nl/artikelen/heroeping-inzake-afgewezen-beroep-nietigverklaring-merk-is-geldig

HvJ EU 31 oktober 2019, IEF 18815, IEFbe 2988; ECLI:EU:C:2019:916 (Repower tegen EUIPO/repowermap.org) Repower heeft het woordmerk “Repower“ laten inschrijven bij het EUIPO. Vervolgens heeft repowermap.org als interveniënte een vordering tot nietigverklaring van het litigieuze merk ingesteld. Volgens interveniënte mist het merk onderscheidend vermogen voor alle door dit merk aangeduide waren en diensten. Het EUIPO wijst de vordering toe. Beroep tegen de nietigverklaring wordt afgewezen. Vervolgens heeft het EUIPO het besluit tot afwijzing van het beroep herroepen wegens ontoereikende motivering. De kamer van beroep beoogde daarmee om het onderscheidend vermogen van het litigieuze merk nog een keer te analyseren. Vervolgens is tegen deze herroeping is door Repower beroep ingesteld bij het Gerecht. Dit beroep is in eerste aanleg in zijn geheel verworpen, omdat aan de voorwaarden van de toepassing van het algemene rechtsbeginsel dat de intrekking van onrechtmatige bestuurshandelingen toestaat, was voldaan. De vergissing van de kamer van beroep bij de keuze van de rechtsgrondslag rechtvaardigde de vernietiging van de litigieuze beslissing niet. In het onderhavige geschil is hoger beroep ingesteld tegen de genoemde uitspraak van het Gerecht. Repower is in deze zaak in het ongelijk gesteld. Volgens het Hof is het besluit tot afwijzing namelijk geldig herroepen.

IEF 18814

Voegingsincident ex artikel 222 Rv toegewezen

Rechtbank Den Haag 23 okt 2019, IEF 18814; ECLI:NL:RBDHA:2019:11176 (Eiser tegen Formlabs), https://delex.nl/artikelen/voegingsincident-ex-artikel-222-rv-toegewezen

Rechtbank Den Haag 23 oktober 2019, IEF 18814, IT 2942; ECLI:NL:RBDHA:2019:11176 (Eiser tegen Formlabs) Eiser is een kleine ondernemer in de edelsmederij. Hij heeft ongeveer 10 jaar geleden de naam Formlabs bedacht en sindsdien gebruikt ter aanduiding van zijn eenmanszaak. Hij heeft het woordmerk met een bijbehorend beeldmerk als Beneluxmerken laten registreren. Daarna heeft hij de domeinnaam laten registreren. Formlabs heeft de domeinnaam Formlabs.com in de VS laten registreren. Formlabs heeft het woordmerk bij het WIPO laten registreren en het voeren van de door hem geregistreerde domeinnamenn aangevochten bij het WIPO Arbitration and Mediation Center. Bij arbitraal vonnis is bepaald dat eiser de domeinnamen moest overdragen aan Formlabs. Volgens eiser moet de bestreden uitspraak overeenkomstig de WIPO arbitrageregels ongedaan worden gemaakt, omdat de uitspraak tot stand is gekomen in strijd met het recht op een eerlijk proces van eiser. Er was volgens eiser geen redelijke termijn gehanteerd voor een verweer, de voertaal Engels was een beletsel voor eiser en er heeft geen mondelinge behandeling plaatsgevonden voordat de uitspraak schriftelijk is gewezen. Er is tot voeging overgegaan. De beslissing in het incident wordt aangehouden tot het eindvonnis in de hoofdzaak is gewezen.

IEF 18816

Uitspraak ingezonden door Paul Tjiam en Lotte van Schuylenburch, Simmons & Simmons.

Google moet recensies verwijderen en NAW-gegevens afgeven

11 nov 2019, IEF 18816; (Kleermakerij tegen Google), https://delex.nl/artikelen/google-moet-recensies-verwijderen-en-naw-gegevens-afgeven

Vzr. Rechtbank Amsterdam 11 november 2019, IEF 18816, IT 2940; (Kleermakerij tegen Google) Eiseres is een kleermakerij en heeft last van recensies die via Google Reviews worden geplaatst bij haar bedrijfsvermelding op Google Maps. Zij vermoed dat het gaat om nep recensies. De kleermakerij vordert verwijdering van de Google-recensies en vordert afgifte van de NAW-gegevens van de persoon/personen die de Google-recensies heeft/hebben geschreven. Google stelt dat zij een hoge mate van terughoudendheid betrachten ten aanzien van het verwijderen van recensies en al helemaal ten aanzien van het verstrekken van gegevens van haar gebruikers aan derden. Geoordeeld wordt dat de tien besproken recensies dezelfde kenmerken vertonen. De zeer specifieke combinatie van identificerende gegevens rechtvaardigt het vermoeden dat de recensies afkomstig zijn van dezelfde persoon of personen. De recensies beschrijven dan ook geen werkelijke gebeurtenissen en zijn schadelijk en onrechtmatig jegens de kleermakerij. De vordering tot verwijdering van de recensies wordt toegewezen. De vordering tot afgifte van NAW-gegevens wordt ook toegewezen. Aan de vereisten van het arrest HR Lycos/Pessers is voldaan. De bescherming van de eer en goede naam van de kleermakerij weegt zwaarder dan de vrijheid van Google-gebruikers om valse recensies te plaatsen, en van het internetpubliek om die recensies te kunnen ontvangen.

IEF 18813

Uitspraak ingezonden door Jacqueline Schaap en Patty de Leeuwe, Visser Schaap & Kreijger.

Facebook moet aanvullende maatregelen treffen tegen nepadvertenties

Rechtbank Amsterdam 11 nov 2019, IEF 18813; ECLI:NL:RBAMS:2019:8415 (X tegen Facebook), https://delex.nl/artikelen/facebook-moet-aanvullende-maatregelen-treffen-tegen-nepadvertenties

Vzr. Rechtbank Amsterdam 11 november 2019, IE 18813, RB 3353, IT 2939; ECLI:NL:RBAMS:2019:8415 (X tegen Facebook) Eiser is een bekende mediaondernemer en eigenaar van Talpa Network. Vanaf oktober 2018 tot in ieder geval maart 2019 verschijnen er advertenties op Facebook waarbij eiser in verband wordt gebracht met Bitcoin en Bitcoin investeringen. Gebruikers die op de advertenties ingaan raken hun geld kwijt. De totale omvang van de schade door gedupeerden is zeker 1,7 miljoen euro. Eiser stelt dat Facebook onrechtmatig handelt door niet alles te doen wat in haar vermogen ligt om dergelijke advertenties te voorkomen of spoedig te verwijderen. Facebook verweert zich door te stellen dat zij al alles doet wat redelijkerwijs van haar kan worden verwacht. Daarbij stellen ze dat een verdergaand optreden tegen dergelijke adverteerders niet hoeft, niet mag en ook technisch niet kan. Vaststaat dat het zonder toestemming gebruiken van naam en portret met als doel mensen op te lichten een inbreuk is op de persoonlijke levenssfeer en is derhalve ook onrechtmatig. Het bieden van een platform voor dergelijke advertenties, waarbij geen tegenmaatregelen worden genomen die redelijkerwijs kunnen worden verwacht, kan in beginsel ook op zichzelf als onrechtmatig handelen worden bestempeld. Facebook zal in het vervolg meer moeten doen tegen nepadvertenties. Dit is mogelijk zonder een (wettelijk verboden) algemeen filter. Verder zal Facebook ook gebruiks- en betaalgegevens van de adverteerders moeten overhandigen.

Lees ook het interview met Christaan Alberdingk Thijm in De Volkskrant over deze zaak.

IEF 18812

Data Mr. S.K Martens Academie 2020/2021 bekend

De lesdagen van de tweede editie van de Mr. S.K. Martens Academie zijn bekend. Dit zijn volgend seizoen de lesdagen: 1 oktober 2020, 5 november 2020, 3 december 2020, 14 januari 2021, 11 februari 2021, 11 maart 2021, 8 april 2021, 13 mei 2021 en 10 juni 2021.

De Mr. S.K. Martens Academie is een nieuwe specialisatieopleiding voor ervaren juristen. In tien dagen verdiept u uw kennis van het intellectueel eigendoms- en procesrecht aan de hand van actuele ontwikkelingen in wetgeving, rechtspraak en literatuur. Lees ook de sfeerimpressie van de allereerste bijeenkomst vorige week.

IEF 18811

Sfeerimpressie van eerste opleidingsdag Mr. S.K. Martens Academie

De specialisatieopleiding IE procesrecht van start met zestien hyperenthousiaste deelnemers

Welke beoordeling mag je niet vergeten bij de merkenrechtelijke sub a inbreukgrond? Wat zijn de praktische tips voor administratieve procedures? Welke omstandigheden zijn bij het depot te kwader trouw van belang? Deze vragen staan centraal tijdens de eerste bijeenkomst van de Mr S.K. Martens Academie op 31 oktober 2019. Met speciale aandacht voor de struikelblokken in de praktijk en het perspectief van de IP-counsel. De kick-off is in Spaces, een van de meest creatieve en inspirerende werkplekken op de Zuidas.

IEF 18810

Uitspraak ingezonden door Gino van Roeyen, LAWNCH.

Aanvulling ex artikel 31/32 Rv afgewezen

Rechtbank Den Haag 6 nov 2019, IEF 18810; (Medical Workshop tegen Sharpsight), https://delex.nl/artikelen/aanvulling-ex-artikel-31-32-rv-afgewezen

Vzr. Rechtbank Den Haag 6 november 2019, IEF 18810, LS&R 1754; (Medical Workshop tegen Sharpsight) Kort geding. Aanvullend vonnis. Medical Workshop is een totaalleverancier in oogheelkunde. De heer Gonçalves, bestuurder van Sharpsight, is oogarts en houder van een aantal octrooien waaronder het Europees octrooi EP 2 109 425 B1. Dit octrooi ziet op een hulpmiddel voor het vereenvoudigen van intra-vitreale injecties. Eind 2009 hebben Medical Workshop en Sharpsight een licentieovereenkomst gesloten m.b.t. Invitria, een product voortgekomen uit het octrooi. Eerder werd geoordeeld [IEF 18761 en LS&R 1745] dat men kon verwachten dat de naam Invitria aan het product verbonden zou blijven. Dit leidt ertoe dat (Sharpsight via Gonçalves, omdat hij de octrooihouder is en hij na afloop van de Licentieovereenkomst als enige recht heeft het product te (doen) produceren en verhandelen, ook het recht heeft de naam Invitria voor het product te gebruiken. Volgens Medical Workshop dient het vonnis op twee punten te worden aangevuld ex artikel 31/32 Rv. Dit verzoek wordt afgewezen. Er is o.a. niet verzuimd te beslissen over een onderdeel van het gevorderde. Ook bevat het vonnis geen fouten die hersteld moeten worden.

IEF 18807

Artikel ingezonden door Jacqueline Seignette, Höcker advocaten.

Noot Seignette bij Hof Dutch Film Works Ziggo

, IEF 18807; https://delex.nl/artikelen/noot-seignette-bij-hof-dutch-film-works-ziggo

Anoniem illegaal downloaden – een grondrechtelijk beschermd belang?
Reactie op Hof Arnhem-Leeuwarden 6 november 2019, ECLI:NL:GHARL:2019:9352 (Dutch Film works/Ziggo).

Het Hof Arnhem-Leeuwarden deed op 6 november uitspraak in de zaak van Dutch Film Works (DFW) tegen internet provider Ziggo [IEF 18806, IT 2935]. DFW wil  internet gebruikers aanpakken die illegaal films downloaden en uploaden met behulp van BitTorrent. Daartoe vraagt zij Ziggo om de NAW gegevens van de betreffende klanten te verstrekken. Ziggo wil deze niet geven. Het Hof Arnhem- Leeuwarden oordeelt dat Ziggo dat ook niet hoeft te doen omdat DFW onvoldoende inzichtelijk heeft gemaakt welke actie zij precies tegen welke klant gaat nemen en welke bedragen zij precies gaat vorderen. Die informatie is volgens het Hof nodig om te kunnen toetsen of de actie passend is in het licht van het grondrechtelijk verankerde privacybelang van de Ziggoklant. Het Hof vraagt zich daarbij af of schadevergoeding en kostenveroordeling wel passend zijn gezien de “zeer geringe” schade die de rechthebbende per downloader lijdt. Een vergaande uitspraak waarmee het Hof lijkt te willen zeggen: handen af van de downloadende internet consument. Maar op grond van welk grondrechtelijk belang precies?

IEF 18806

Uitspraak ingezonden door Jens van den Brink, Kennedy Van der Laan.

Ziggo hoeft persoonsgegevens niet af te staan aan Dutch Film Works

5 nov 2019, IEF 18806; ECLI:NL:GHARL:2019:9352 (Dutch Film Works tegen Ziggo), https://delex.nl/artikelen/ziggo-hoeft-persoonsgegevens-niet-af-te-staan-aan-dutch-film-works

Hof Arnhem-Leeuwarden 5 november 2019, IEF 18806, IT 2935; ECLI:NL:GHARL:2019:9352 (Dutch Film Works tegen Ziggo) Dutch Film Works is voor de film ‘The Hitman’s Bodyguard’ in Nederland de sub-distribiteur. Tevens is zij gerechtigd om op te treden tegen inbreuken op de intellectuele eigendomsrechten. Dutch Film Works heeft Ziggo verzocht opgave te doen van bepaalde klantgegevens die zijn gekoppeld aan IP-adressen afkomstig van haar klanten. Ziggo antwoordt dat zij de gegevens, voor zover nog beschikbaar, zal bewaren maar dat zij niet vrijwillig tot afgifte van de gegevens zal overgaan. Daartoe voeren zij onder andere aan dat het verzoek te weinig informatie bevat om te concluderen dat, en welke, klanten van Ziggo inbreuk hebben gemaakt op de intellectuele eigendomsrechten. In eerste aanleg is Dutch Film Works in het ongelijk gesteld. Zie de uitspraak van 8 februari 2019, [IT 2712]. Er wordt overgegaan tot een belangenafweging van enerzijds het recht op bescherming van persoonsgegevens en anderzijds de bescherming van het intellectueel eigendomsrecht. Vast komt te staan dat Dutch Film Works onvoldoende transparant is over de gevolgen die haar acties voor de betrokken Ziggo klanten teweeg kan brengen. Hierdoor kan er niet getoetst worden of de voorgenomen maatregelen in redelijke verhouding staan tot het gevolg. Ziggo handelt zodoende niet onrechtmatig door de gevraagde klantgegevens niet af te geven. 

IEF 18805

Artikel ingezonden door Alexander Tsoutsanis, DLA Piper.

Alexander Tsoutsanis: Tous les mêmes – Vredo, octrooien, equivalentie en verleningsdossier

1. Op 19 juni jl. wees de rechtbank Den Haag een interessant vonnis in de octrooizaak Eli Lilly v. Fresenius Kabi [IEF 18534]. De zaak gaat over de vraag of een farmaceut een generiek, en dus doorgaans goedkoper, geneesmiddel kon verbieden omdat dit inbreuk zou maken op haar octrooi. Die vraag staat ook maatschappelijk in de belangstelling. De belangentegenstellingen tussen producenten van nieuwe resp. generieke medicijnen haalden in 2019 herhaaldelijk het nieuws. De zaak is in de octrooipraktijk niet onopgemerkt gebleven. De zaak is eerder besproken op diverse blogs door o.a. Hoyng en Lambers, [IEF 18547].(1)

Afgelopen week verscheen ook een commentaar van Kleemans en Drok.(2) Het is natuurlijk mooi dat auteurs een bijdrage leveren aan juridisch debat. Punt is echter dat bepaalde commentaren tamelijk onevenwichtig zijn. Zo suggereert Hoyng dat de rechtbank de ‘weg kwijt zou zijn’ en stelt Kleemans dat equivalentie in Nederland weer ‘weg’ zou zijn. Dergelijk onevenwichtig commentaar is een punt van zorg: het doet geen recht aan de afgewogen oordeelsvorming van de rechtbank in kwestie en doet ook afbreuk aan de aanvaardbaarheid van rechterlijke beslissingen in het algemeen. En dat is des te belangrijker bij thema’s die in de maatschappelijke belangstelling staan. Bij de vorige week verschenen bijdrage van Kleemans en Drok zijn in dit verband enkele kanttekeningen te plaatsen. Ik beperk me daarbij tot vier algemene thema’s: feiten, maatstaf, harmonisatie en aanvaardbaarheid.