DOSSIERS
Alle dossiers

Kamerstukken & EU  

IEF 9735

Vragen over speerpuntenbrief

De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft een aantal vragen voorgelegd aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de brief van 11 april 2011 over de speerpuntenbrief Auteursrecht 20©20 (Kamerstukken II 2010/11, 29838, nr. 29), niet-dossierstuk kamerstukken II, 2011D26675. 

Om zelf te lezen, klik hier.
Uw reactie ter publicatie aanbieden? Dat kan hier.

IEF 9734

Doorgesluisde IE-opbrengsten

Antwoord op kamervragen van het lid Braakhuis (GroenLinks) over het door DNB verstrekte getal van 12,3 biljoen euro dat in totaal jaarlijks door Nederland instroomt en uitstroomt, Kamerstukken II 2010/11, 2011Z08562, p. 2-3.

3. Hoe groot zijn de in ons land geïncasseerde en vervolgens doorgesluisde opbrengsten aan intellectueel eigendom, uitgesplitst naar royalty's, auteursrechten en licentieopbrengsten van deze ondernemingen en hoeveel belasting wordt hierover afgedragen in Nederland? Hoeveel tijd zit er tussen het incasseren en het doorsluizen van deze gelden?

Het inkomende en vervolgens weer doorgesluisde bedrag aan royalty- en licentie opbrengsten bedraagt op basis van de gegevens van DNB circa € 10 miljard. Meer detail kan uit oogpunt van de vertrouwelijkheid en de mogelijke herleidbaarheid van individuele gegevens niet worden verschaft. Over de afgedragen belasting op deze stromen zijn geen betrouwbare statistische gegevens beschikbaar, evenmin als over de tijd tussen het incasseren en doorsluizen van de gelden. Bij de belastingdienst wordt deze informatie ook niet separaat bijgehouden. Wel is destijds bij de evaluatie van de Wet toezicht op trustkantoren een inschatting gemaakt door DNB en CBS wat het Nederland oplevert als knooppunt in het financiële verkeer. De toegevoegde economische waarde is naar schatting € 1,5 miljard per jaar. Ongeveer € 1 miljard in de vorm van belastingen en € 0,5 miljard in de vorm van vergoedingen voor financiële professionals3.

4. Hoe verhouden de Nederlandse belastingpercentages op royalty's, auteursrechten en licentieopbrengsten zich tot de gehanteerde percentages in de landen van bestemming en zijn er omvangrijke verschillen in de voor de belastingheffing in aanmerking te nemen grondslag? Kunt u de Kamer geruststellen dat er geen aanleiding is om te veronderstellen dat er hier sprake is van grootschalige belastingontwijking?

De ingekomen royalty’s, auteursrechten, licentieopbrengsten verhogen de belastbare winst in Nederland. De uitgaande royalty’s, auteursrechten, licentieopbrengsten verminderen de belastbare winst in Nederland. Op de belastbare winst in Nederland is het Vpb tarief van 25% van toepassing. Het gaat hier niet om een bijzonder regime met een bijzondere grondslag of een bijzonder tarief. Indien de genoemde inkomsten kwalificeren voor de innovatiebox (artikel 12b van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969) is er wel een omvangrijk verschil met de normaliter in aanmerking te nemen grondslag. Hiervoor is bewust gekozen om innovatie te stimuleren, het gaat hier niet om belastingontwijking. Verschillende landen4 kennen een soort innovatiebox. Nederland kent geen bronheffingen op uitgaande rente en royaltystromen. In de beantwoording van uw eerdere vragen5 heb ik aangeven waarom het voor de reële Nederlandse economie van belang is om een aantrekkelijk (fiscaal) vestigingsklimaat te hebben. Daarbij heb ik ook aangegeven dat belastingplichtigen kunnen profiteren van verschillen tussen belastingstelsels en dat alle landen daar mee te maken hebben zolang er geen wereldwijde geharmoniseerde belastingwetgeving bestaat. Het blijft dus van belang dat landen hun eigen belastinggrondslag kunnen beschermen. Ik begrijp uit uw eerdere vragen uw zorg dat dit voor ontwikkelingslanden een probleem zou kunnen zijn. Ontwikkelingslanden hebben mijn bijzondere aandacht dat blijkt uit de Notitie Fiscaal Verdragsbeleid en uit het feit dat Nederland een actieve rol speelt bij het OESO Taskforce Tax & Development project. Een project waarin overheden, NGO’s en bedrijfsleven samenwerken om de positie van ontwikkelingslanden op het gebied van belastingheffing te verbeteren. Een belangrijk project waar ik u eerder over heb geïnformeerd.

3. Bij de evaluatie van de Wet toezicht op trustkantoren is een inschatting gemaakt wat de positie van Nederland als financieel knooppunt oplevert, Kamerstukken II, vergaderjaar 2009/2010, 32384; evaluatie rapport blz. 6.
4. Zoals Frankrijk, België, Luxemburg, Spanje en Hongarije.
5. Betreft de Kamervragen van 2 december 2010 en 14 januari 2011.

IEF 9727

Vandaag uit Europa: ACTA en eenheidsoctrooi

Het `definitieve´ handelsverdrag voor internationale standaarden op het gebied van handhaving van intellectuele eigendomsrechten, de Anti-Counterfeiting Trade Agreement (ACTA) is vandaag door de Europese Commissie gepubliceerd, klik hier

Verder is een nota met voorstellen voor verordeningen voor invoering van een gemeenschappelijk stelsel voor octrooigeschillenbeslechting en eenheidsoctrooi.

NOTA 10630/11 van de Raad van de EU (26 mei 2011), Invoering van een gemeenschappelijk stelsel voor octrooigeschillenbeslechting - Oriënterend debat, klik hier

Uit Advies 1/09 van het HvJ-EU volgt dat deelneming van derde landen moet worden uitgesloten. De volgende mogelijkheden kunnen derhalve worden overwogen: 
• aan het HvJ-EU wordt exclusieve rechtsmacht inzake octrooigeschillen toegekend,
• de rechtsmacht berust bij nationale rechtbanken, die beslissingen kunnen geven voor het hele grondgebied van de deelnemende lidstaten, zoals voor het communautaire handelsmerk, of 
• aan een door de lidstaten in te stellen onafhankelijk gerecht wordt exclusieve rechtsmacht toegekend

NOTA 10629/11 van het voorzitterschap (26 mei 2011), COD/2011/0093 

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming, p. 8-28, klik hier.

NOTA 10629/11 van het voorzitterschap (26 mei 2011), CNS/2011/0094

Voorstel voor een verordening van de Raad tot het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming met betrekking tot de toepasselijke vertaalregelingen,  p.29-38, klik hier.

Een aantal voorstellen zijn:
Instellen van een beperkte commissie op grond van artikel 145 EOV, 
Een kostenregeling om de inkomsten te regelen van het EOB,
De verhouding tussen EOB en commissie, en 
Vertaalregelingen

IEF 9718

BSA vertoont cowboygedrag

L.de Gier en M.Heintges, 'BSA vertoont cowboygedrag', Automatisering Gids van 27 mei 2011, nr. 21/22.

Met dank aan Louise de Gier en Maarten Heintges, De Gier Stam advocaten

Is de Business Software Alliance een rücksichtsloze waakhond van de software-industrie? Regelmatig worden bedrijven opgeschrikt door een inval van deze belangenorganisatie. Gaat zij haar boekje te buiten? Het zou goed zijn, zeggen Louise de Gier en Maarten Heintges, als rechters de verzoekschriften tot beslaglegging eens kritischer zouden beoordelen. Ook moeten licenties duidelijker worden opgesteld.

 Meerdere keren per maand doet de Business Software Alliance (BSA) een ‘inval’ bij een bedrijf. Opeens staat er een deurwaarder voor de deur met twee softwaredeskundigen die verlof van de rechter hebben om beslag te leggen en de computers van het bedrijf te doorzoeken. Treedt de BSA op als een rücksichtsloze waakhond van de software-industrie? Of zijn haar creatieve opsporingsmethoden en stevige optredens gerechtvaardigd? Natuurlijk zijn we van mening dat ieder bedrijf ervoor moet zorgen dat het over de juiste licenties beschikt. De vraag is of het risico volledig bij de afnemers ligt en niet ook gekeken moet worden naar de helderheid van de licenties. Een andere belangrijke vraag is of de opsporingsmethoden zoals die nu door de BSA worden gehanteerd, de juiste zijn om bedrijven te stimuleren ervoor te zorgen dat zij de juiste licenties gebruiken. Het beloven van een beloning in geld aan tipgevers, komt de reputatie van de BSA ons inziens niet ten goede. Een private opsporingsinstantie moet uiterst zorgvuldig en zeer gedegen te werk gaan en kan het zich niet veroorloven bekend te worden door cowboygedrag.

Lees het gehele artikel hier (pdf).

IEF 9716

COM/2011/288 en COM/2011/289

Observatory Namaak en Piraterij & Verordening Verweesde Werken

In navolging van IEF 9695 Blueprint IER-strategie, IEF 9701 Douane Anti-Piratij Verordening en het uitgewerkte voorstel IEF 9706.

Het OHIM belast met bepaalde taken voor het beschermen van intellectuele eigendomsrechten als Observatorium voor Namaak en Piraterij (COM/2011/288).

Article 1 Subject matter
This Regulation entrusts the Office for Harmonization in the Internal Market (hereinafter referred to as "the Office") with certain tasks related to the protection of intellectual property rights. In carrying out these tasks the Office shall regularly invite experts, authorities and stakeholders which will assemble under the name "European Observatory on Counterfeiting and Piracy"(hereinafter referred to as "the Observatory").

Daarbij ligt nu eveneens een voorstel voor de Richtlijn inzake bepaald toegestaan gebruik van Verweesde Werken (COM/2011/289), selectie van kernbepalingen:

Article 3 Diligent search
1. For the purposes of establishing whether a work is an orphan work, the organisations referred to in Article 1(1) shall ensure that a diligent search is carried out for each work, by consulting the appropriate sources for the category of works in question.
2. The sources that are appropriate for each category of works shall be determined by each Member State, in consultation with  rightholders and users, and include, the sources listed in the Annex. 
3. A diligent search is required to be carried out only in the Member State of first publication or broadcast.
4. Member States shall ensure that the results of diligent searches carried out in their territories are recorded in a publicly accessible database.

Article 4 Mutual recognition of orphan work status
A work which is considered an orphan work according to Article 2 in a Member State shall be considered an orphan work in all Member States. 

Article 5 End of orphan work status 
Member States shall ensure that a rightholder in a work considered to be orphan has, at any time, the possibility of putting an end to the orphan status.

IEF 9709

Aanhangsel Handelingen II 2010/11, nr. 2545.

Analyse veredelingsvrijstelling in drie fasen

Antwoord vragen Van Gerven over de analyse van juridische mogelijkheden voor een veredelingsvrijstelling in het octrooirecht.

3. In de genoemde brief van Verhagen wordt geschreven over nader overleg met bedrijven die gebruik maken van en belang hechten aan octrooirechtelijke bescherming; Met welke bedrijven of partijen is tot nu toe overleg gevoerd in deze? Klopt het dat gesproken is met DSM, Unilever, Akzo alsmede Monsanto en Syngenta? Wie waren hierbij verder aanwezig en wat is besproken?

Zoals in het antwoord op vraag 1 al is vermeld, is met verschillende relevante partijen gesproken. Dat zijn vooral vertegenwoordigers van branche-organisaties die opkomen voor de belangen van hun leden. Er is nog geen overleg gevoerd met bedrijven over de uitgebreide veredelingsvrijstelling in het octrooirecht, met uitzondering van RijkZwaan. Ik vind deze vorm van consultatie waardevol. Vanzelfsprekend ligt de verantwoordelijkheid voor de besluitvorming uiteindelijk geheel bij mij.

Bij brief van 11 april jl. heb ik aan LTO-Nederland, Nefarma, NIABA, Plantum en VNO-NCW, als belangenbehartigers van het relevante bedrijfsleven, verzocht om medewerking bij het onderzoek naar de de beoordeling van de haalbaarheid en wenselijkheid van een uitgebreide veredelingsvrijstelling in het octrooirecht en inventarisatie van mogelijke alternatieven voor een uitgebreide veredelingsvrijstelling in het octrooirecht. Deze alternatieven zijn gericht op het voor de plantenveredeling toegankelijk houden van biologisch materiaal waarop octrooirecht rust.

Het nu gestarte onderzoek bestaat uit drie fasen:

Fase 1 betreft schriftelijke consultatie van de vijf genoemde organisaties. Zij zullen binnen zes weken antwoord geven op de gestelde vragen met betrekking tot de door hen geschatte haalbaarheid en wenselijkheid van een brede veredelingsvrijstelling in het octrooirecht, mogelijke alternatieven voor een brede veredelingsvrijstelling in het octrooirecht en een prioritering van mogelijke alternatieve oplossingen daarvoor.
In fase 2 zal een samenvattende rapportage worden opgesteld met voorlopige beleidsmatige conclusies.
Fase 3 betreft overleg met de genoemde organisaties op basis van de op te stellen rapportage uit fase 2 met als doel een zo breed mogelijk gedragen routekaart voor de verwezenlijking van na te streven oplossingen.
De Tweede Kamer zal na afloop van dit proces, dat is na het zomerreces, over de uitkomst worden geïnformeerd.

Lees de aanhangselen hier (link), 
Lees de Analyse van de juridische mogelijkheden van een veredelingsvrijstelling in het octrooirecht in het licht van internationale regelingen (OI/I/IE/11009296) hier (link)

IEF 9706

Europese Commissie, A Single Market for Intellectual Property Rights, COM/2011/278 (provisional version)

Uitgewerkt voorstel Europese Commissie

In (korte) navolging van aangekondigde Douaneverordening IEF 9701 en Blauwdruk IE-Rechten IEF 9695.

Een voorlopige uitwerking van IE-herziening. "A Single Market for Intellectual Property Rights Boosting creativity and innovation to provide economic growth, high quality jobs and first class products and services in Europe". Wat onder meer wordt vermeld: Uniforme octrooibescherming, modernisering van het merkenrechtsysteem, EU auteursrechtbeheer, technologie, user generated content, privékopie, bedrijfsgeheimen, maar ook public awareness en bi- en mulitilaterale verdragen.

Lees voorlopige uitwerking hier (link en pdf)

Inhoudsopgave
1. INTRODUCTION

2. OPPORTUNITIES AND CHALLENGES FOR A SINGLE MARKET FOR IPR

3. KEY POLICY INITIATIVES TO MEET THE CHALLENGES AHEAD
3.1. Reform of the patent system in Europe and accompanying measures
3.1.1. A unitary patent protection
3.1.2. A unified patent litigation system
3.1.3. An IPR valorisation instrument
3.2. Modernisation of the trade mark system in Europe
3.3. Creation of a comprehensive framework for copyright in the digital single market
3.3.1. European copyright governance and management
3.3.2. Technology and database management
3.3.3. User-generated content
3.3.4. Private copying levies
3.3.5. Access to Europe's cultural heritage and fostering media plurality
3.3.6. Performers' rights
3.3.7. Audiovisual works
3.3.8. Artists' resale right
3.4. The issue of complementary protection of intangible assets
3.4.1. Trade secrets and parasitic copies
3.4.2. Non-agricultural geographical indications
3.5. Enhanced fight against counterfeiting and piracy
3.5.1. Public awareness
3.5.2. A more sustainable structure for the European Observatory on Counterfeiting and
Piracy and new tasks
3.5.3. A review of the IPR Enforcement Directive
3.6. The international dimension of IPR
3.6.1. Multilateral initiatives, including co-ordination with international organisations
3.6.2. Bilateral negotiation and co-operation on IP protection with third countries
3.6.3. Enhanced IPR protection and enforcement at the EU border 

4. CONCLUSIONS

Lees voorlopige uitwerking hier (link en pdf)

IEF 9701

Proposal for a regulation of the european parliament and of the council concerning customs enforcement of intellectual property rights, COM/2011/285

Tekst nieuwe Anti-Piraterij Verordening

In navolging van de aangekondigde Blueprint voor Intellectuele Eigendomsrechten (IEF 9695) het voorstel voor de nieuwe Anti-Piraterij Verordening (EG 1383/2003). De Europese verordening inzake handhaving van intellectuele eigendomsrechten door douane (COM/2011/285), lees het voorstel hier (link).

Meer over de impact assessment en afgeronde publieke consultatieronde hier (link).

 

Proposal for a regulation of the european parliament and of the council concerning customs enforcement of intellectual property rights

Chapter I subject matter, scope and definitions
Chapter II  applications for action by the customs authorities
section 1  submission of applications for action
section 2  decisions on applications for action
Chapter III provisions governing action by the customs authorities
section 1  suspension of the release or detention of goods suspected of infringing an intellectual property right
section 2  initiation of proceedings and anticipated release of goods
section 3  counterfeit and pirated goods
Chapter IV liability, costs and penalties
Chapter V committee, delegation and final provisions

Lees het voorstel hier (link).

IEF 9695

Persbericht 'Commission sets out "blueprint" for Intellectual Property Rights to boost creativity and innovation' IP/11/630, 24 mei 2011

Europese blauwdruk IE-rechten

Persbericht. Europese Commissie zet in een "blauwdruk" IE-rechten uiteen hoe creativiteit en innovatie in EU te stimuleren.

The existing mix of European and national rules are no longer adapted and need to be modernised. That is why the Commission has adopted today a comprehensive strategy to revamp the legal framework in which IPR operate. Our objective is to enable inventors, creators, users and consumers to adapt to the new circumstances and to enhance new business opportunities. The new rules will strike the right balance between promoting creation and innovation, in part by ensuring reward and investment for creators and, on the other hand, promoting the widest possible access to goods and services protected by IPR. Getting this balance right will make a real difference to businesses (from the individual artist working alone to the big pharmaceutical companies) by encouraging investment in innovation.

  • eenvormige octrooibescherming,
  • merkenregistraties moderniseren,
  • geografische aanduidingen voor niet-agrarische producten
  • grensoverschrijdend auteursrechtelijk licentiëren van muziek en audio-visueel materiaal
  • digitale bibliotheken en 'orphan works' MEMO/11/233
  • Handhavingsrichtlijn aanpassingen
  • Handhaving door douane, nieuwe ´customs regulation´

Lees het hele persbericht hier (link)

IEF 9680

Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie, Kamerstukken II 2010/11, 22 112, nr. 1169

Unitaire octrooibescherming en vertaalregelingen

De staatssecretaris van Buitenlandse zaken heeft de Kamer Fiches toegezonden, waaronder één over Verordening versterkte samenwerking voor unitaire octrooibescherming en vertaalregelingen.

Beide voorstellen strekken ertoe invulling te geven aan de wens van de Raad om versterkte samenwerking tot stand te brengen voor unitaire octrooibescherming in de Europese Unie. Het voorstel onder A behelst een verordening waarmee die unitaire octrooibescherming wordt geëffectueerd. Met het voorstel onder B wordt het daarop betrekking hebbende
vertalingenregime vastgesteld.

  • Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel
    Subsidiariteit: positief
    Proportionaliteit: positief
  • Risico’s / implicaties/ kansen
    Nederlandse bedrijven vragen jaarlijks veel octrooien aan. Het huidige voorstel
    biedt kans op een flinke kostenbesparing en verbetering van de rechtszekerheid
    voor het Nederlandse bedrijfsleven.
  • Nederlandse positie en eventuele acties
    Nederland hecht sterk aan vooruitgang in het octrooidossier en heeft om die
    reden een leidende rol gespeeld bij de totstandkoming van de versterkte
    samenwerking. Ook met betrekking tot de onderhavige voorstellen neemt
    Nederland een positieve houding aan.

Lees kamerstuk hier (link)