Merkenrecht  

IEF 17369

HvJ EU: Verzet tegen import van een identiek merk uit een ander land niet mogelijk indien indruk is gewekt dat dit één wereldwijd merk is

HvJ EU 20 dec 2017, IEF 17369; ECLI:EU:C:2017:990 (Schweppes), https://delex.nl/artikelen/hvj-eu-verzet-tegen-import-van-een-identiek-merk-uit-een-ander-land-niet-mogelijk-indien-indruk-is-g

HvJ EU 20 december 2017, IEF 17369; IEFbe 2436; ECLI:EU:C:2017:990; C-291/16 (Schweppes). Uit het persbericht: Het Spaanse bedrijf Schweppes kan zich niet verzetten tegen de import van flessen tonic water dat het handelsmerk "Schweppes" draagt ​​en van oorsprong uit het Verenigd Koninkrijk komt, indien het zelf de indruk heeft gewekt dat dit merk één wereldwijd handelsmerk is. Hetzelfde is van toepassing als dat bedrijf economische banden onderhoudt met de derde partij die de rechten op dat merk heeft in het Verenigd Koninkrijk.

 

IEF 17374

HvJ EU: Champagne-sorbet mag zo heten als het de smaak heeft die voornamelijk aan Champagne is toe te schrijven

HvJ EU 20 dec 2017, IEF 17374; ECLI:EU:C:2017:991 (Champagne Sorbetijs), https://delex.nl/artikelen/hvj-eu-champagne-sorbet-mag-zo-heten-als-het-de-smaak-heeft-die-voornamelijk-aan-champagne-is-toe-te

HvJ EU 20 december 2017, IEF 17374; IEFbe 2443; ECLI:EU:C:2017:991; C-393/16 (Champagne Sorbetijs) Beschermde Oorsprongsbenaming. Uit het persbericht: Sorbet mag worden verkocht onder de naam 'Champagne-sorbet' indien het, als een van zijn essentiële eigenschappen, de smaak heeft die voornamelijk is toe te schrijven aan Champagne. Als dat het geval is, dan trekt de productnaam niet oneigenlijk voordeel van de beschermde oorsprongsbenaming 'Champagne'. Op dit moment enkel in het Duits/Frans, vrije vertaling:

1)      Artikel 118 quaterdecies moet aldus worden uitgelegd dat de strekking waarin de beschermde oorsprongsbenaming, zoals "Champagne", wordt gebruikt als onderdeel van de benaming waaronder een levensmiddel wordt verkocht, zoals "Champagner Sorbet", die niet voldoet aan de specificaties voor deze beschermde oorsprongsbenaming, maar een ingrediënt bevat dat aan de genoemde specificaties voldoet.

2) Artikel 118 quaterdecies moet aldus worden uitgelegd dat het gebruik van een beschermde oorsprongsbenaming als onderdeel van de benaming waaronder een levensmiddel dat niet voldoet aan de productspecificatie voor die benaming, wordt verkocht beschermde oorsprong, maar die een ingrediënt bevat dat aan de genoemde specificatie voldoet, zoals "Champagner-sorbet", een exploitatie van de reputatie van een beschermde oorsprongsbenaming, in de zin van die bepalingen, indien dat levensmiddel niet, als een essentieel kenmerk, een smaak die voornamelijk wordt gegenereerd door de aanwezigheid van dit ingrediënt in zijn samenstelling.

IEF 17366

Vraag aan HvJ EU: moet de Portugese term voor wijnkelder 'ADEGA' voor wijnproducten worden gezien als een zuiver beschrijvende term?

HvJ EU 18 okt 2017, IEF 17366; C-629/17 (Adega De Borba), https://delex.nl/artikelen/vraag-aan-hvj-eu-moet-de-portugese-term-voor-wijnkelder-adega-voor-wijnproducten-worden-gezien-als-e

Prejudicieel gestelde vraag aan HvJ EU 18 oktober 2017, IEF 17366; IEFbe 2434; C-629/17 (Adega De Borba) Merkenrecht. Via minbuza: De vraag die in de onderhavige zaak moet worden beantwoord en zoals zij aan de orde is in het stadium van het beroep in cassatie, luidt of de uitdrukking ADEGA DE BORBA, die is samengesteld uit een beschermde oorsprongsbenaming voor Borbawijn, voorafgegaan door de term ADEGA (Portugees voor wijnkelder), kan worden ingeschreven als merk voor wijn of als logo voor een wijnproducent, gelet op de criteria die zijn opgesomd in artikel 223(1)c van de Portugese wet op de industriële eigendom benamingen (CPI). Zowel de rechter in eerste aanleg als de rechter in hoger beroep, hebben die vraag beantwoord door te verklaren dat de uitdrukking ADEGA DE BORBA, wanneer zij wordt onderzocht in het licht en voor de toepassing van artikel 223(1)c CPI, in abstracto voldoende onderscheidend vermogen heeft om door een onderneming die Borbawijn produceert te kunnen worden ingeschreven als merk dat de door haar geproduceerde wijn aanduidt (of als logo/handelsnaam). 

IEF 17364

Uitspraak ingezonden door Léon Dijkman, HOYNG ROKH MONEGIER.

Geen proceskostenvergoeding omdat van dreiging met tenuitvoerlegging was geen sprake

Rechtbank Oost-Brabant 15 dec 2017, IEF 17364; ECLI:NL:RBOBR:2017:6553 (Zimmer+Rohde-ADO tegen Artex-Hunter Douglas-ADO), https://delex.nl/artikelen/geen-proceskostenvergoeding-omdat-van-dreiging-met-tenuitvoerlegging-was-geen-sprake

Vzr. Rechtbank Oost-Brabant 15 december 2017, IEF 17364; ECLI:NL:RBOBR:2017:6553 (Zimmer+Rohde-ADO tegen Artex-Hunter Douglas-ADO). Merkenrecht. Proceskostenveroordeling. In kort geding [IEF 13728; IEF 13700] is, totdat de definitieve beslissing is genomen, verboden om enige activiteit rondom goederen en diensten rondom gordijn(stoffen) te ontplooien onder het teken ADO. Z+R vordert dat Artex het vonnis niet ten uitvoer zal leggen. De ondubbelzinnige toezegging van Artex is pas verkregen na het aanhangig maken van deze procedure en Z+R vordert de volledige proceskosten ex 1019h Rv. Van enige dreiging met tenuitvoerlegging was geen sprake, zou Z+R haar vordering hebben gehandhaafd, dan zou de vordering zijn afgeween en daarom wordt Z+R als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten.

IEF 17363

Motivering van intrekking (aspirant)keurmerk is onvoldoende

Rechtbank Midden-Nederland 15 dec 2017, IEF 17363; ECLI:NL:RBMNE:2017:6218 (Maximaal Taal tegen Stichting Blik op Werk), https://delex.nl/artikelen/motivering-van-intrekking-aspirant-keurmerk-is-onvoldoende

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 15 december 2017, IEF17363 ; (Maximaal Taal tegen Stichting Blik op Werk) Maximaal Taal is een taalschool, en geeft taallessen aan statushouders die verplicht zijn een inburgeringscursus te volgen. Blik op Werk is een stichting die door middel van het verlenen van een keurmerk inzicht geeft in de kwaliteit van de organisatie en dienstverlening van haar contractspartijen. De kosten worden van de taalschool worden alleen vergoed via DUO indien het opleidingsinstituut beschikt over een Keurmerk. Taalschool is procedure begonnen vanwege schorsing en intrekking van (aspirant)keurmerk door keurmerkverlenende instantie. De motivering van de intrekking van het keurmerk is onvoldoende en de ongedaanmaking daarvan wordt toegewezen. De vordering tot opheffing van de schorsing van het keurmerk wordt afgewezen, nu op dit moment niet kan worden vastgesteld dat door de taalschool aan alle normen wordt voldaan.

 

IEF 17359

Verwarring tussen beschrijvende handelsnamen webcamsex en webcam-sex, maar geen onrechtmatigheid

Rechtbank Noord-Nederland 8 dec 2017, IEF 17359; ECLI:NL:RBNNE:2017:4802 (PK Multimedia tegen E-Entertainment), https://delex.nl/artikelen/verwarring-tussen-beschrijvende-handelsnamen-webcamsex-en-webcam-sex-maar-geen-onrechtmatigheid

Vzr. Rechtbank Noord-Nederland 8 december 2017, IEF 17359; ECLI:NL:RBNNE:2017:4802 (PK Multimedia tegen E-Entertainment). Merkenrecht. Handelsnaamrecht. Domeinnaamrecht. PK Multimedia (PKM) handelt onder de handelsnaam webcamsex.nl, gebruikt eenzelfde domeinnaam en heeft een beeldmerk. E-Entertainment heeft de domeinnaam webcam-sex.nl geregistreerd. De totaalindrukken van het merk en het teken zijn sterk verschillend. De visuele verschillen springen in die mate in het oog dat niet gesproken kan worden van verwarringsgevaar. Webcamsex betreft een beschrijvende aanduiding voor de diensten die partijen aanbieden. De aanduiding webcam-sex is sterk verwarringwekkend met de aanduiding webcamsex. Van onrechtmatig gebruik van een beschrijvende handelsnaam is slechts sprake als er bijkomende omstandigheden worden gesteld. Nu PKM geen bijkomende omstandigheden heeft aangevoerd kan niet worden aangenomen dat het gebruik door E-Entertainment onrechtmatig is. Ten aanzien van het handelsnaamgebruik geldt hetzelfde.

IEF 17351

HvJ EU: Als situatie niet onder artikel 18 GMVo valt, dan mag nationaal recht toegepast worden

HvJ EU 23 nov 2017, IEF 17351; ECLI:EU:C:2017:889 (Salvador Benjumea Bravo de Laguna tegen Esteban Torras Ferrazzuolo), https://delex.nl/artikelen/hvj-eu-als-situatie-niet-onder-artikel-18-gmvo-valt-dan-mag-nationaal-recht-toegepast-worden

HvJ EU 23 november 2017, IEF 17351; IEFbe 2428; ECLI:EU:C:2017:889; C-381/16 (Salvador Benjumea Bravo de Laguna tegen Esteban Torras Ferrazzuolo). Merkenrecht. Torras Ferrazzuolo heeft een vordering tot revindicatie ingesteld ex artikel 18 Uniemerkverordening. De Spaanse rechter was van mening dat het in het geding zijnde feitencomplex niet viel onder artikel 18 UMVo, maar wel onder artikel 2 van de Spaanse Merkenwet. Zolang er geen sprake is van een situatie die valt onder artikel 18 UMVo, is toepassing van een nationale bepaling op een Uniemerk niet in strijd met het Unierecht.

Antwoord HvJ EU:

De artikelen 16 en 18 van verordening (EG) nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het [Uniemerk] moeten aldus worden uitgelegd dat zij niet in de weg staan aan de toepassing op een Uniemerk van een nationale bepaling als in het hoofdgeding, op grond waarvan een persoon die is benadeeld door de inschrijving van een merk waarvoor bij de aanvraag tot inschrijving werd gehandeld in strijd met zijn rechten of een wettelijke of contractuele verplichting niet werd nagekomen, het recht heeft de eigendom van het merk op te eisen, mits de betrokken situatie geen onder artikel 18 van die verordening vallende situatie is.

IEF 17348

Health & Beauty producten Albert Heijn toch niet in strijd met afspraken Etos franchisenemers

Hof Amsterdam 22 nov 2017, IEF 17348; ECLI:NL:GHAMS:2017:4972 (Etos en Albert Heijn tegen Vereniging van Etos Franchisenemers), https://delex.nl/artikelen/health-beauty-producten-albert-heijn-toch-niet-in-strijd-met-afspraken-etos-franchisenemers

Hof Amsterdam 22 november 2017, IEF 17348; ECLI:NL:GHAMS:2017:4972 (Etos en Albert Heijn tegen Vereniging van Etos Franchisenemers). Merkenrecht. Franchise. Zie eerder [IEF 17327]. Albert Heijn (AH) biedt haar health & beauty producten niet langer aan onder haar eigen huismerk. Het plan was om een deel van de Etos eigen merk producten, onder het Etos merk, te verkopen in de AH-winkels, maar dit is van de baan. Het gaat nu om de vraag of Etos en AH in strijd handelen met gemaakte afspraken door de verhandeling van de "Care" producten. Het uiterlijk van de verpakking vertoont gelijkenis met de verpakking van de equivalenten van het Etos eigen merk. De naam Etos en elke verwijzing naar Etos op de verpakking ontbreekt. De op deze producten vermelde naam is “Care”. Voorts staat vermeld dat deze producten zijn “gecreëerd” voor Albert Heijn. Het Hof volgt niet het oordeel van de voorzieningenrechter dat de uitrol van de "Care" producten in strijd is met de gemaakte afspraken. Het wordt onvoldoende aannemelijk geacht dat het winkelend publiek van AH de vergelijkbare “Care” producten als Etos producten, althans behorende tot het kenmerkende assortiment van Etos, zal herkennen althans daarover in verwarring zal geraken.

IEF 17339

Conclusie AG: Gebruik van voornaam Kenzo als merk vormt geen gebruik met geldige reden

HvJ EU 7 dec 2017, IEF 17339; ECLI:EU:C:2017:950 (Kenzo Estate), https://delex.nl/artikelen/conclusie-ag-gebruik-van-voornaam-kenzo-als-merk-vormt-geen-gebruik-met-geldige-reden

Conclusie AG HvJ EU 7 december 2017, IEF 17339; IEFbe 2423; ECLI:EU:C:2017:950; C-85/16p en C-86/16 P (Kenzo Estate) Merkenrecht. Hogere voorzieningen. Aanvraag tot inschrijving van een Uniemerk ‚KENZO ESTATE’ tegenover ouder Uniemerk ‚Kenzo’. Vraag of het gebruik van de voornaam van een persoon een gebruik met geldige reden vormt”. Het gebruik van Kenzo Tsujimoto's voornaam als merk vormt geen gebruik met geldige reden. Het is de houder van een Uniemerk niet toegestaan een derde te verbieden gebruik te maken van diens naam of adres. Dit strookt met artikel 7 Handvest dat privé, familie- en gezinsleven waarborgt. Wij identificeren ons door onze naam te gebruiken.

IEF 17337

Uitspraak ingezonden door Reindert van der Zaal, Nanette Janssen en Quirine Koburg, Kennedy van der Laan

Volledige proceskostenveroordeling in verstekvonnis nu proceskostenoverzicht bij exploot aan gedaagde is betekend

Rechtbank Den Haag 6 dec 2017, IEF 17337; (Tommy Hilfiger tegen Goeiemode), https://delex.nl/artikelen/volledige-proceskostenveroordeling-in-verstekvonnis-nu-proceskostenoverzicht-bij-exploot-aan-gedaagd

Rechtbank Den Haag 6 december 2017, IEF 17337 (Tommy Hilfiger tegen Goeiemode). Merkenrecht. Verstekvonnis. Tommy Hilfiger stelt inbreuk op haar merkenrechten. Goeiemode is niet op komen dagen tijdens de zitting en krijgt een pan-Europees inbreukverbod opgelegd. Er is een onthoudingsverklaring overeengekomen met Tommy Hilfiger Licensing en niet eveneens met Tommy Hilfiger Europe. De gevorderde betaling van boetebedragen is slechts toewijsbaar voor zover de tekortkoming in de nakoming van de onthoudingsverplichting vast staat en enkel jegens Tommy Hilfiger Licensing. De boete wordt toegekend voor drie kledingstukken. De veroordeling tot betaling van boetebedragen per kledingstuk in strijd met de onthoudingsverklaring, waarbij nog moet blijken om hoeveel kledingstukken het gaat, zal waarschijnlijk leiden tot executieproblemen en wordt daarom afgewezen. Tevens wordt Goeiemode veroordeeld in de volledige proceskosten, nu Tommy Hilfiger een proceskostenoverzicht bij exploot heeft betekend, waarmee het overzicht aan Goeiemode kenbaar is gemaakt.