Merkenrecht  

IEF 22265

'Hinterland' merk voor gin heeft geen beschrijvend karakter

Gerecht EU (voorheen GvEA) 4 sep 2024, IEF 22265; ECLI:EU:T:2024:585 (EUIPO tegen verzoekster), https://delex.nl/artikelen/hinterland-merk-voor-gin-heeft-geen-beschrijvend-karakter

Gerecht EU 4 september 2024, IEF 22265, IEFbe 3797; ECLI:EU:T:2024:585 (EUIPO tegen verzoekster). Op 3 januari 2022 heeft Erzeugergemeinschaft Winzersekt bij het EUIPO een aanvraag ingediend tot nietigverklaring van het Uniewoordmerk Hinterland, dat was ingeschreven in 2019. Het Merk is ingeschreven voor klasse 33, oftewel voor drank anders dan bier. Het verzoek tot nietigverklaring is ingewilligd. De kamer van beroep heeft de vordering tot nietigverklaring afgewezen. Zij is van mening dat de term ‘Hinterland’ geen specifieke betekenis had met betrekking tot de waren waarop dit merk betrekking heeft en daarmee geen onderscheidend vermogen. In de tweede plaats vormt de term geen geografische aanduiding en wordt er ook geen kenmerk dat inherent is aan het product beschreven. Tot slot zou ‘Hinterland’ het publiek niet misleiden aangezien dit woord geen concrete betekenis heeft. Verzoekster verzoekt bij het Gerecht om het bestreden besluit nietig te verklaren en de beslissing van de nietigheidsafdeling te bevestigen. Het EUIPO verzoekt dat de vorderingen worden afgewezen.

IEF 22261

Rechtsgeldig gebruik domeinnaam en handelsnaam door Chesterfield bevestigd ondanks merkrechten Makorian

Rechtbank Den Haag 12 sep 2024, IEF 22261; ECLI:NL:RBDHA:2024:14527 (Makorian c.s. tegen Chesterfield c.s.), https://delex.nl/artikelen/rechtsgeldig-gebruik-domeinnaam-en-handelsnaam-door-chesterfield-bevestigd-ondanks-merkrechten-makorian

Rb. Den Haag 12 september 2024, IEF 22261; ECLI:NL:RBDHA:2024:14527 (Makorian c.s. tegen Chesterfield c.s.). Makorian Holding en Chesterfield c.s. hebben een conflict over het gebruik van de domeinnaam www.thechesterfieldbrand.com. Chesterfield c.s. gebruikt deze domeinnaam sinds 2006 voor haar meubelactiviteiten, terwijl Makorian c.s. zich richt op de productie van leren tassen. In 2009 werd Beeldmerk B.V. opgericht door beide partijen, waarbij Chesterfield c.s. een aantal merkrechten heeft ingebracht in ruil voor een lening van Makorian. In 2012 sloten de partijen een licentieovereenkomst waarin Makorian c.s. beperkte gebruiksrechten kreeg op de Chesterfield-merken. Makorian c.s. vordert nu de overdracht van de domeinnaam en stelt dat Chesterfield c.s. inbreuk maakt op haar merk- en handelsnaamrechten. Chesterfield c.s. vordert in reconventie de rechtbank voor recht te verklaren dat zij gerechtigd is tot het gebruik van het beeldmerk en het woordmerk "The Chesterfield Brand". De rechtbank oordeelt dat de handelsnaamrechten ten aanzien van The Chesterfield Brand niet zijn ingebracht in Beeldmerk B.V. De licentieovereenkomst, die oorspronkelijk tussen Beeldmerk en Chesterfield c.s. was gesloten, is voortgezet tussen Makorian Holding en Chesterfield c.s., waarbij Chesterfield c.s. het recht heeft om de Chesterfieldmerken te blijven gebruiken voor woninginrichtingsproducten. De gestelde merkinbreuk door Chesterfield c.s. wordt afgewezen, omdat Chesterfield c.s. een ouder handelsnaamrecht heeft sinds 2006 dat prevaleert boven de merkrechten van Makorian. Om deze reden wijst de rechtbank ook de vorderingen van Makorian c.s. op basis van handelsnaaminbreuk af. Chesterfield c.s. kan de domeinnaam voor de huidige doeleinden blijven gebruiken.

IEF 22254

ICE kledingmerk wordt doorgehaald wegens onvoldoende gebruik

EUIPO - OHIM 2 sep 2024, IEF 22254; R 307/2024-1 (Drifa ehf. tegen GILMAR S.P.A.), https://delex.nl/artikelen/ice-kledingmerk-wordt-doorgehaald-wegens-onvoldoende-gebruik

KvB 2 september 2024, IEF 22254, IEFbe 3789; R 307/2024-1 (Drifa ehf. tegen GILMAR S.P.A.). Deze zaak draait om het ICE merk van GILMAR S.P.A. (hierna: Gilmar), dat als Uniemerk staat ingeschreven met betrekking tot de verkoop van tassen en kleding. In 2022 heeft Drifa ehf. (hierna: Drifa) het EUIPO verzocht om de registratie door te halen wegens niet-gebruik (non-usus), maar dit verzoek is afgewezen. Gilmar had namelijk 2000 pagina´s aan bewijs geleverd waaruit bleek dat zij haar merk in de afgelopen jaren voldoende had gebruikt. Drifa gaat in hoger beroep tegen deze beslissing. Zij voert aan dat het ICE merk niet is gebruikt, omdat Gilmar het merk alleen in combinatie met andere merken heeft gebruikt en ¨ice¨ in die gevallen niet los te onderscheiden was als merkaanduiding. Dat laatste zou daarnaast voortvloeien uit het feit dat het merk überhaupt maar weinig onderscheidend vermogen heeft. Bovendien stelt Drifa dat het gebruik door Gilmar in de gehele relevante periode maar zeer beperkt geweest.

IEF 22246

Onder welke omstandigheden mag een bewerking zonder toestemming van de auteur worden gereproduceerd?

Overig 27 aug 2024, IEF 22246; 4Ob97/24d (Eiser tegen gedaagden), https://delex.nl/artikelen/onder-welke-omstandigheden-mag-een-bewerking-zonder-toestemming-van-de-auteur-worden-gereproduceerd

OGH 27 augustus 2024, IEF 22246; IEFbe 3785; 4Ob97/24d (Eiser tegen gedaagden). De uitgever (hierna: eiser) van de kinderboekenserie Der Räuber Hotzenplotz heeft een politieke partij in rechte aangesproken voor merk- en auteursrechtinbreuk. Gedaagden hebben haar boekomslag verwerkt in een politieke campagne, waarmee kritiek werd geuit op het beleid van een Oostenrijkse burgemeester. Volgens eiser is de reproductie in strijd met haar merk- en auteursrecht. Gedurende de behandeling in hoger beroep stellen gedaagden een beroep in bij de hoogste Oostenrijkse rechter (hierna: het OGH) met het argument dat hun afbeelding een op zichzelf staand werk is, dan wel een parodie. Het OGH verklaart het beroep niet-ontvankelijk, maar geeft desondanks een interessante analyse.

IEF 22245

Parallelimport toegestaan: Gerecht Sint Maarten houdt vast aan Diageo-rechtspraak

Antilliaanse Gerechten 28 nov 2023, IEF 22245; ECLI:NL:OGEAM:2023:98 (Hennessy c.s. tegen Penha c.s.), https://delex.nl/artikelen/parallelimport-toegestaan-gerecht-sint-maarten-houdt-vast-aan-diageo-rechtspraak

Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten 28 november 2023, IEF 22245; ECLI:NL:OGEAM:2023:98 (Hennessy c.s. tegen Penha c.s.). Deze uitspraak van het Gerecht van Sint Maarten loopt parallel aan een al eerder gepubliceerde uitspraak van het Gerecht van Curaçao [IEF 21798]. Kort gezegd stellen de merkhouders van cognac, champagne en wodka (hierna: Hennessy c.s.) dat hun rechten worden geschonden door een aantal winkeliers in Sint Maarten (hierna: Penha c.s.). Penha c.s. verkoopt namelijk flessen van Hennessy c.s. waarvan de identificatienummers zijn verwijderd. Hennessy c.s. vordert dat Penha c.s. wordt veroordeeld tot het staken en gestaakt houden van inbreuk op haar intellectuele eigendomsrechten, in het bijzonder haar merkenrecht en auteursrecht. Ook vordert zij vernietiging van de inbreukmakende flessen en opgave van de gegevens over de inkoop en verkoop van de flessen. Tot slot vordert zij schadevergoeding. Penha c.s. voert gemotiveerd verweer, met name door te stellen dat de winkeliers de flessen rechtmatig via parallelhandel hebben verkregen. 

IEF 22242

Merkaanvraag "ELTON" afgewezen wegens verwarringsgevaar met "ELON"

EUIPO - OHIM 19 aug 2024, IEF 22242; R 2553/2023-5 (Universal Brand Group tegen Elon Group AB), https://delex.nl/artikelen/merkaanvraag-elton-afgewezen-wegens-verwarringsgevaar-met-elon

Kamer van Beroep EUIPO 19 augustus 2024; IEF 22242; R 2553/2023-5 (Universal Brand Group tegen Elon Group AB). Op 15 juni 2022 heeft Universal Brand Group Pty Limited (hierna: de aanvrager) een aanvraag ingediend voor de registratie van een figuurlijk merk, onder verwijzing naar de prioriteit van Zuid-Afrikaanse merken van april 2022. Dit merk omvatte onder meer software voor de intelligente bediening van verwarmingsapparaten en koffieapparaten (klasse 9 en 11). Elon Group AB (hierna: de opponent) diende een oppositie in tegen deze aanvraag, gebaseerd op haar Europese en Zweedse woordmerken "ELON". De oppositie was gericht tegen alle goederen waarvoor registratie was aangevraagd en was gebaseerd op artikel 8(1)(b) van de EUTMR, dat het verwarringsgevaar toetst. De opponent stelde dat er een kans op verwarring bestond tussen het aangevraagde merk "Elton" en het oudere merk "ELON", met name omdat beide merken sterk visueel en auditief overeenkwamen en identieke of soortgelijke goederen betrof. De aanvrager stelde dat de verschillen, vooral in het auditieve en conceptuele aspect, voldoende waren om een verwarring te voorkomen. In eerste instantie werd de oppositie deels gehonoreerd door de oppositieafdeling van het EUIPO.

IEF 22240

Uitspraak ingezonden door Hidde van der Kaaij & Willem Leppink, Ploum.

Geen uitputting: verkoop van parallelgeïmporteerde producten door Depo-Markt is onrechtmatig

Rechtbanken 4 sep 2024, IEF 22240; C/09/656699 / HA ZA 23-1014 (Duru Bulgur tegen Depo-Markt), https://delex.nl/artikelen/geen-uitputting-verkoop-van-parallelgeimporteerde-producten-door-depo-markt-is-onrechtmatig

Rb. Den Haag 4 september 2024, IEF 22240; C/09/656699 / HA ZA 23-1014 (Duru Bulgur tegen Depo-Markt). Duru Bulgur is een Turks levensmiddelenbedrijf en houdster van het Uniebeeldmerk met woordelement DURU. Haar producten worden geëxporteerd naar zowel EU-landen als landen buiten de EU. De verpakkingen van de producten voor de Turkse markt bevatten alleen productinformatie in het Turks, terwijl die voor de Europese markt zijn voorzien van informatie in verschillende Europese talen. Duru Bulgur procedeert tegen Depo-Markt, een groothandel in levensmiddelen en verpakkingen voor zowel ondernemingen als consumenten. Duru Bulgur is erachter gekomen dat twee van haar producten in de fysieke winkel van Depo-Markt in Den Haag onder andere in de Turkse variant worden verkocht. Zij heeft met toestemming van de voorzieningenrechter conservatoir bewijsbeslag en beslag tot afgifte gelegd onder Depo-Markt. Duru Bulgur vordert bij de rechtbank dat Depo-Markt wordt bevolen om de gehele voorraad van parallelgeïmporteerde producten te verstrekken aan Duru Bulgur en om iedere verdere verhandeling van dergelijke producten te staken. Ook vordert zij een verklaring voor recht dat Depo-Markt onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld en vordert zij opgave van de productie- en distributiekanalen van Depo-Markt ten aanzien van de producten in kwestie. Tot slot vordert Duru Bulgur een schadevergoeding voor het onrechtmatig handelen.

IEF 22237

Ingezonden door Edwin van der Velde & Paul Tjiam, Simmons & Simmons LLP.

Geen dwangsommen verbeurd door Prestige; executie door Coty is onrechtmatig

Rechtbanken 12 sep 2024, IEF 22237; ECLI:NL:RBAMS:2024:5723 (Prestige Perfumes B.V. tegen Coty Beauty Germany Gmbh), https://delex.nl/artikelen/geen-dwangsommen-verbeurd-door-prestige-executie-door-coty-is-onrechtmatig

Rb. Amsterdam 12 september 2024, IEF 22237; ECLI:NL:RBAMS:2024:5723 (Prestige Perfumes B.V. tegen Coty Beauty Germany Gmbh). Prestige houdt zich bezig met de wereldwijde handel in originele parfumflessen, waaronder parfumflessen van de merken waarvan Coty de houder is. In het verleden heeft rechtbank Den Haag geoordeeld dat Prestige de rechten van Coty heeft geschonden door een prijslijst te versturen aan een derde partij waarin demonstratiemodellen van de Coty-merken werden aangeboden, zonder dat op de prijslijst werd aangegeven of deze modellen op douanestatus T1 (buiten de EU) of douanestatus T0 (binnen de EU) werden geleverd [IEF 22053]. De uitspraak bracht mee dat Prestige inzage moest bieden aan Coty in de productie- en distributiekanalen van alle demonstratiemodellen die zij in de EU heeft aangeboden of verkregen. Coty heeft vervolgens een verzoekschrift ingediend voor het leggen van conservatoir bewijsbeslag ten laste van Prestige, dat door de voorzieningenrechter is toegewezen. Het bewijsbeslag vindt plaats op 26 juni 2024. Coty is van mening dat het bewijsbeslag onnodig traag is verlopen en dat er dwangsommen zijn verbeurd. Prestige is het daar niet mee eens en vordert in kort geding dat Coty wordt bevolen om haar executiemaatregelen te staken; ook vordert Prestige dat de in beslag genomen bescheiden aan Prestige worden geretourneerd. Coty vordert in reconventie dat haar advocaten afschriften van de in beslag genomen bescheiden ontvangen.

IEF 22231

‘Champagne’ mag gebruikt worden als kleuraanduiding voor kleding, ondanks beschermde oorsprongsbenaming

Rechtbanken 9 sep 2024, IEF 22231; ECLI:NL:RBDHA:2024:14332 (CIVC tegen Ferminadaza), https://delex.nl/artikelen/champagne-mag-gebruikt-worden-als-kleuraanduiding-voor-kleding-ondanks-beschermde-oorsprongsbenaming

Rb. Den Haag 9 september 2024, IEF 22231; ECLI:NL:RBDHA:2024:14332 (CIVC tegen Ferminadaza). Het Comité interprofessionnel du vin de champagne (hierna: CIVC) is een bij Franse wet opgerichte instantie die de taak heeft om misbruik van de aanduiding ‘Champagne’ tegen te gaan. Champagne is een door de Europese Commissie beschermde regio in Noordoost-Frankrijk voor de productie van Champagne. Alleen de in die regio geproduceerde wijnen mogen onder deze naam worden aangeduid. Bovendien moet de productie voldoen aan het productdossier dat bij de oorsprongsbenaming staat geregistreerd. Ferminadaza is een dochteronderneming van de Amerikaanse rechtspersoon Cult Gaia LLC. Zij importeert en verhandelt kledingstukken, waaronder jurken, van Cult Gaia in de Europese Unie. Op 30 mei 2024 informeerde de Nederlandse douane het CIVC dat zij een zending jurken van Cult Gaia naar Ferminadaza had tegengehouden, omdat verschillende stickers op de verpakkingen en aan de labels van de jurken het woord Champagne vermeldden (als kleuraanduiding). Nadat Ferminadaza had voorgesteld het woord op zowel de verpakkingen als de labels te laten verwijderen, heeft CIVC de jurken vrijgegeven. Ferminadaza heeft zich echter niet bereid getoond om toe te zeggen dat zij vergelijkbaar gebruik van het woord in de toekomst zal nalaten. CIVC vordert daarom in kort geding dat Ferminadaza wordt veroordeeld om zich te onthouden van ieder toekomstig gebruik van het woord onder straffe van een dwangsom.

IEF 22230

Modeltekening voor bedieningspaneel van een kookfornuis is auteursrechtelijk beschermd, maar staat reproductie niet in de weg

Overig 8 jul 2024, IEF 22230; (AGA Rangemaster Group Limited tegen UK Innovations Group Limited en Michael Patrick McGinley), https://delex.nl/artikelen/modeltekening-voor-bedieningspaneel-van-een-kookfornuis-is-auteursrechtelijk-beschermd-maar-staat-reproductie-niet-in-de-weg

High Court of Justice 8 juli 2024, IEF 22230, IEFbe 3782; [2024] EWHC 1727 (IPEC) (AGA Rangemaster Group Limited tegen UK Innovations Group Limited en Michael Patrick McGinley). De Britse rechter doet in deze zaak uitspraak over een geschil tussen AGA Rangemaster Group Limited (hierna: AGA) enerzijds en UK Innovations Group Limited en Michael Patrick McGinley (hierna: gedaagden) anderzijds. AGA is de fabrikant en verkoper van de populaire Britse AGA-kookfornuizen. Gedaagden specialiseren zich in de installatie en verkoop van elektronische kooksystemen, onder andere met betrekking tot AGA-fornuizen. Met andere woorden, zij refurbishen AGA-fornuizen zodat die op stroom kunnen werken en zij verkopen de aangepaste modellen vervolgens door aan derden. AGA heeft in beginsel geen bezwaar tegen deze praktijk. Echter, AGA stelt dat gedaagden te ver gaan in hun bewerkingen en in hun marketing, wat beide inbreuk zou maken op haar merkrechten. Ook stelt zij dat het door gedaagden geïnstalleerde bedieningspaneel in de AGA-fornuizen inbreuk maakt op het auteursrecht dat AGA heeft op een modeltekening van een van haar eigen fornuizen. Gedaagden zijn het niet met de stellingen eens.