Afstand van dat recht
met dank aan Bjorn Schipper, Bousie advocaten
In navolging van IEF 8907 (incident). Auteursrecht. Reclamerecht. Morele rechten. Licentie en schadevergoeding.
Betreffende een voortzetting van een gebruikslicentie van fotomateriaal. Fotograaf Han Lans vordert betaling voor het gebruik van zijn auteursrechtelijk beschermde reclamefoto's door MONTA ter promotie van het straatvoetbal. Zowel materiële als immateriële schadevergoeding afgewezen: "Gezien deze houding van Lans c.s. mocht Monta er redelijkerwijs van uit gaan dat Lans c.s. (stilzwijgend) afstand van zijn recht op naamsvermelding had gedaan.". Betalen licentiekosten werkt bevrijdend.
Niet-ontvankelijkheid 4.4. Het is dan ook aan Lans c.s. om concrete, uitzonderlijke omstandigheden te stellen en te bewijzen, die de conclusie tot vereenzelviging rechtvaardigen. De enkele omstandigheden dat de directeur van NY Creatives (mede) feitelijk leidinggevende van Monta is en dat NY Creatives c.s. als ‘marketingkantoor van Monta’ opereert, zoals Lans c.s. stelt, is daarvoor onvoldoende, nog daargelaten dat een en ander door NY Creatives c.s. gemotiveerd is betwist. Evenmin kan op grond van die omstandigheden worden geconcludeerd dat NY Creatives de fotografische werken van Lans (mede) zélf (her)gebruikt. Daar komt bij dat Lans c.s. niet (voldoende) heeft weersproken dat de facturen voor het maken van de foto’s door NY Creatives, als opdrachtgever daarvoor, zijn betaald, terwijl de vergoeding van EUR 6283,20 voor het gebruik van de foto’s over de jaren 2008 en 2009 door Monta is voldaan. Dat in de eerste facturen die door NY Creatives zijn betaald (mede) een vergoeding voor het gebruik daarvan is inbegrepen, doet aan het voorgaande niet af. Dit brengt met zich dat Lans c.s. niet ontvankelijk zal worden verklaard in zijn vordering jegens NY Creatives.
Inbreuk auteursrecht 4.5. Tussen partijen is niet in geschil dat de door Lans (namens Monta) in opdracht van NY Creatives gemaakte foto’s langer zijn gebruikt dan partijen aanvankelijk op het oog hadden. Evenmin is in geschil dat de foto’s nog altijd op de website van Monta zijn te zien, zodat sprake is van openbaarmaking in de zin van artikel 12 van de Auteurswet.
4.7 (…) Naar het oordeel van de rechtbank kunnen deze onderdelen moeilijk anders worden begrepen dan dat de foto’s mochten worden gebruikt op internet en als promotiemateriaal ten behoeve van modebeurzen, welk gebruik in beginsel is beperkt tot een gebruiksperiode van één jaar. Aan dat oordeel draagt bij dat de foto’s sinds 2007 als zodanig zijn gebruikt en dat zowel NY Creatives (zij het als onderdeel van de factuur voor het maken van de foto’s) als Monta de door Lans. c.s. bedongen vergoeding voor dat (her)gebruik hebben betaald. Hieruit volgt dat partijen de tussen hen tot stand gekomen overeenkomst hebben beschouwd als een beperkte licentie en daarnaar hebben gehandeld. De rechtbank zal hiervan dan ook eveneens uitgaan.
4.8. Nu er sprake is van een (beperkte) licentie, en Monta de door Lans c.s. bedongen vergoeding voor het gebruik van de in de jaren 2010 en 2011 niet heeft voldaan, is sprake van een onrechtmatige openbaarmaking en daarmee van een inbreuk op het auteursrecht van Lans c.s. De hierboven in 3.1 onder A. weergegeven verklaring voor recht zal daarom worden toegewezen.
Algemene Voorwaarden 4.9. Anders dan dat Lans c.s. stelt is de rechtbank echter van oordeel dat de Algemene Voorwaarden niet van toepassing zijn op de tussen partijen gesloten overeenkomst van opdrahcht c.q. de verleende licentie. In geen van de door Lans c.s. aan NY Creatives c.s. verstuurde facturen is de toepasselijkheid van die voorwaarden bedongen, noch hebben partijen anderszins schriftelijk de toepasselijkheid ervan vastgelegd. Gezien de gemotiveerde betwisting van NY Creatives c.s. had van Lans c.s. een nadere onderbouwing - welke ontbreekt - mogen worden verwacht dat de Algemene Voorwaarden desalniettemin tóch van toepassing zijn.
Materiële schade 4.10. Zoals hiervoor reeds is overwogen, zijn de Algemene Voorwaarden op de overeenkomst c.q. licentie tussen partijen niet van toepassing. De aansluiting die Lans c.s. daarbij zoekte ter onderbouwing van de hoogte van de door hem hierboven (...) gevorderde schadevergoeding ontbreekt derhalve.Ten aanzien van het (her)gebruik van de door Monta valt Zonder nadere toelichting - die ontbreekt - dan ook niet in te zien, dat en waarom de schade die Lans c.s. heeft geleden als gevolg van het zonder zijn toestemming (her)gebruiken van zijn fotografische werken hoger zou zijn dan het bedrag dat Monta zou hebben betaald in geval toestemming voor dat (her)gebruik zou zijn verleend.
4.11. Na betaling van dit bedrag zal Monta de gebruiksvergoeding voor (2010 en) 2011 hebben voldaan, zodat de vordering als hierboven in 3.1 onder B [staken inbreuk] weergegeven slechts zal worden toegewezen met ingang van 1 januari 2012. Aangezien NY Creatives c.s. ter comparitie (onweersproken) heeft gesteld dat de website van Monta eind 2011 zal worden aangepast en het gebruik van de alsdan sowieso permanent zal worden gestaakt, acht de rechtbank het opleggen van een dwangsom op de veroordeling, zoals Lans c.s. heeft gevorderd, niet noodzakelijk en zal de vordering daartoe dan ook afwijzen.
Immateriële schade: 4.13. Lans c.s. heeft zich daarnaast beroepen op inbreuk door NY Creatives c.s. op zijn persoonlijkheidsrechten doordat zijn naam als fotograaf niet is vermeld bij de openbaarmaking door Monta. Volgens NY Creatives c.s. heeft Lans echter nimmer aanspraak gemaakt op naamsvermelding, noch bezwaar gemaakt tegen openbaarmaking van de zonder vermelding van zijn naam. Gezien deze houding van Lans c.s. mocht Monta er redelijkerwijs van uit gaan dat Lans c.s. (stilzwijgend) afstand van zijn recht op naamsvermelding had gedaan. De rechtbank volgt NY Creatives c.s. in dat verweer. Gesteld noch gebleken is dat Lans c.s. op enig moment tussen de eerste fotoshoot en het uitbrengen van de dagvaarding, welke periode een tijdsbestek van ruim 4 jaar beslaat, aanspraak heeft gemaakt op vermelding van zijn naam als fotograaf van de bewuste op de website van Monta. Daar komt bij dat Lans c.s. niet (voldoende gemotiveerd) heeft weersproken de stelling van NY Creatives c.s. dat het in de productfotografie te doen gebruikelijk is dat de naam van de fotograaf niet wordt vermeld. Nu artikel 25 Aw geen vereisten stelt aan de wijze waarop afstand van het recht op naamsvermelding kan worden gedaan, verstaat de rechtbank dat Lans c.s. afstand van dat recht heeft gedaan, althans dat zijn (eerst bij dagvaarding geuite) verzet in het onderhavige geval in strijd is met de redelijkheid.
Lees het vonnis hier (pdf).