Vacature: docent recht, innovatie en technologie (Universiteit Utrecht)
Het Molengraaff Instituut voor Privaatrecht aan de Universiteit Utrecht zoekt een docent recht, innovatie en technologie.
Functiebeschrijving
U draagt bij aan het voorbereiden en verzorgen van onderwijs op het terrein van recht, innovatie en technologie in de door het departement en de faculteit aangeboden bachelor-opleiding Rechtsgeleerdheid. U draagt zorg voor kwalitatief goed onderwijs conform de daarvoor geldende universitaire en departementale richtlijnen. Daarnaast verwachten wij van u dat u afstudeerwerk van studenten begeleidt.
Lees verder.
Conclusie A-G in Montis tegen Klaver
Parket bij de HR 29 mei 2020, IEF 19295; ECLI:NL:PHR:2020:542 (Montis tegen Klaver) Auteursrecht. Zie ook [IEF 19168]. Opnieuw mag de Hoge Raad zich buigen over de vraag of de Charly fauteuil van Montis in Nederland auteursrechtelijke bescherming geniet. Waar Montis zich eerst op het Nederlandse en Duitse Auteursrecht heeft beroepen, doet Montis in deze zaak een beroep op het Franse auteursrecht. De vraag die nu centraal staat, is of het auteursrecht op stoel Charly van Montis wel herleeft op grond van art. 51 lid 1 Auteurswet wegens auteursrechtelijke bescherming in Frankrijk. De opinies hierover van de Franse advocaten van beide partijen staan tegenover elkaar. De A-G is van mening dat de vraag of een concreet werk beschermd is of was, geen zuivere rechtsvraag is.
Vernietiging conclusies octrooi wegens ontbreken inventiviteit
Rechtbank Den Haag 27 mei 2020, IEF 19293, IT 3174; ECLI:NL:RBDHA:2020:4632 (Sisvel tegen Oppo c.s. en Wiko c.s.) Octrooirecht. Sisvel beheert wereldwijd geldende intellectuele eigendomsrechten op onder meer draadloze communicatie. Sisvel stelt dat Oppo c.s. en Wiko c.s. met verschillende typen mobiele telefoons (direct of indirect) inbreuk maken of dreigen te maken op de conclusies 4 en 8 van haar octrooi EP 536. Oppo c.s. en Wiko c.s. verweren zich door te stellen dat het octrooi van Sisvel nietig is, omdat niet aan de vereisten nieuwheid en inventiviteit wordt voldaan. De rechtbank gaat hierin mee. Conclusies 4 en 8 van het octrooi zijn niet inventief, omdat het inventiviteit ontbeert ten opzichte van Eriksson.
Uitspraak ingezonden door Diederik Stols, Boekx, en Rutger de Beer, Hofhuis Alkema Groen.
Foto’s maken auteursrechtinbreuk op dekbedontwerp
Rechtbank Rotterdam 24 juni 2020, IEF 19294; ECLI:NL:RBROT:2020:5567 (Bedding House tegen Ambianzz c.s.) Bedding House stelt dat de Waves-dekbedovertrekken van Ambianzz c.s. inbreuk maken op haar auteursrecht op de Anderson-dekbedovertrekken. De Anderson-dessins kunnen worden aangemerkt als auteursrechtelijk beschermd werk, omdat Bedding House door de keuze, schikking en combinatie van kenmerkende elementen steeds op voldoende eigen wijze invulling gegeven aan de chevron- of zigzagstijl. De maker heeft persoonlijke keuzes gemaakt, waar ook vele andere keuzes mogelijk waren. Bij de beoordeling of de dekbedden verschillende totaalindrukken hebben, moet onderscheid worden gemaakt tussen de dekbedovertrekken zelf en de gebruikte afbeeldingen. De overtrekken zelf vertonen zodanig verschillende totaalbeelden, dat geen sprake is van auteursrechtinbreuk. De afbeeldingen van de Waves-dekbedovertrekken zijn daarentegen een (bijna) één-op-één-kopie van het Anderson-ontwerp. De gelijkenis tussen de afbeeldingen betreft namelijk de kenmerkende elementen van het Anderson-ontwerp. Het vermoeden van bewuste ontlening is niet ontzenuwd en derhalve maken de Waves-dekbedovertrekken van Ambianzz c.s. inbreuk op het auteursrecht van Bedding House.
Uitspraak ingezonden door Alexander Tsoutsanis, Paul Reeskamp en Marijn van der Wal, DLA Piper.
Hof: The Sting maakt inbreuk op auteursrecht van Krakatau
Hof Arnhem-Leeuwarden 23 juni 2020, IEF 19292; 200.271.186 (The Sting tegen Krakatau c.s.) Auteursrecht. Krakatau c.s. stellen in kort geding dat The Sting met haar parka District Foxy inbreuk maakt op hun auteursrecht op de Liner Parka model Qw183. Het door Krakatau c.s. gevorderde verbod op het maken van inbreuk op hun auteursrecht op de Liner Parka werd toegewezen, maar The Sting ging hiertegen in hoger beroep. De Qw183 wordt gekwalificeerd als auteursrechtelijk beschermd werk. De door The Sting aangewezen jassen die het oorspronkelijk karakter van de Qw183 zouden wegnemen, zaaien onvoldoende twijfel met betrekking tot de aanname dat de Qw183 een werk is met een oorspronkelijk karakter en het persoonlijk stempel van Krakatau. Gezien de grote gelijkenis in de totaalindrukken van beide jassen, is er sprake van auteursrechtinbreuk op het auteursrecht van Krakatau. Het verweer van The Sting dat de District Foxy een doorontwikkeling vormt van eerdere ontwerpen, gaat niet op.
Henk Westbroek: kan niet zonder mondkapje gelezen worden
Hee de bel gaat, dacht ik toen de bel ging. Want na een intelligente vergrendeling van zeven weken werden mijn spontane gedachten er niet diepzinniger op. De hoofdredacteur van dit magazine stond op de stoep met een bosje tankstation-bloemen. Hij kwam met dit omkoopbloemetje langs met de vraag of het mogelijk zou zijn in mijn bijdrage aan dit blad het thema corona te vermijden. Om de zinnen op de voorlaatste pagina van het blad even te verzetten. Dan noem ik het “kan zonder mondkapje gelezen worden”, zei ik. Want durf in deze barre tijden als zzp’er je enig overgebleven broodheer maar eens tegen de haren in te strijken.
Lees verder.
Bovenstaande column van Henk Westbroek verscheen eerder in Sena Performers Magazine 2, 2020.
Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam, Jurian van Groenendaal en Hanneke van Lith, Van Kaam IP, Media & Privacy.
Uitzendingen EenVandaag over onveilige injectienaalden niet onrechtmatig
Hof Amsterdam 23 juni 2020, IEF 19291, LS&R 1830; ECLI:NL:GHAMS:2020:1637 (AVROTROS tegen Terumo) Hoger beroep op de uitspraken [IEF 16172] en [IEF 15860]. AVROTROS heeft niet onrechtmatig gehandeld jegens Terumo met haar uitzendingen van 23 maart en 15 april 2015 over problemen met de productie van injectienaalden bij Terumo alsmede de controle binnen het distributiecentrum. De kern van de eerste uitzending vindt voldoende steun in het feitenmateriaal ten tijde van de uitzending. AVROTROS heeft waarde mogen hechten aan de beweringen van klokkenluiders en beschikte over een grote hoeveelheid interne stukken van Terumo waaruit zij in redelijkheid heeft mogen afleiden dat er injectienaalden met lijmresten op de markt kwamen. Er is daarnaast voldoende gelegenheid geweest voor een weerwoord.
'Muziekprofessionals lopen tachtig procent van hun inkomsten mis'
Koen de Groot is onderzoeker/data-analist bij de NVPI, de brancheorganisatie van de entertainmentindustrie. De Groot coördineerde een spoedonderzoek door onderzoeksbureau IPSOS naar de gevolgen van de coronacrisis voor muziekprofessionals. Dit alles in opdracht van Sena en Buma/Stemra.
Wat was de reden van dit onderzoek?
“Sena en Buma/Stemra hebben een Noodfonds opgezet en wilden vooraf inzicht hebben in de omzetderving van de muziekprofessionals en hun opinie over de steunmaatregelen van de overheid. Zijn die maatregelen voldoende om op de been te blijven? We hebben specifieke vragen gesteld over de Tijdelijke Overbruggingsregeling voor Zelfstandige Ondernemers (TOZO) en de Tegemoetkoming Ondernemers Getroffen Sectoren (TOGS) omdat we willen weten in welke mate er gebruik van wordt gemaakt of waarom men er geen gebruik van maakt. Het onderzoek is uitgestuurd naar 11.460 mensen en 2035 respondenten hebben de enquête ingevuld. Dat is behoorlijk veel en grotendeels representatief voor het totaal aantal leden bij Sena en Buma/Stemra.”
Uitspraak ingezonden door Jeroen Lubbers, Dirkzwager legal & tax.
Geen mogelijkheid tot Skype-apparatuur geen reden voor aanhouden mondelinge behandeling
Vzr. Rechtbank Gelderland 3 juni 2020, IEF 19287; ECLI:NL:RBGEL:2020:1991 (Afwijzing aanhoudingsverzoek) Kort geding. Auteursrecht. Eiser stelt dat gedaagde auteursrechtelijk beschermde werken van eiser heeft overgenomen en/of bewerkt en openbaar heeft gemaakt en vordert staking van deze inbreuken. Gedaagde verzoekt een dag voor de geplande mondelinge behandeling de kort-geding-administratie een nieuwe datum te bepalen, omdat hij zelf niet beschikt over Skype-apparatuur, het niet mogelijk is om de computer van het bedrijf daarvoor te gebruiken en omdat hij koorts heeft. De voorzieningenrechter oordeelt dat de behandeling van het kort geding toch op de geplande datum zal plaatsvinden. Drie minuten voor aanvang van de mondelinge behandeling, verzoekt de advocaat van gedaagde per mail om een verzoek tot aanhouding. Dit verzoek om aanhouding wordt afgewezen, omdat gedaagde meer dan genoeg tijd heeft gehad om maatregelen te treffen om bij de mondelinge behandeling aanwezig te kunnen zijn en zich tot een advocaat te wenden. Bovendien brengt het spoedeisend belang bij de vorderingen mee dat geen uitstel kan worden verleend. De vorderingen komen de voorzieningenrechter niet onrechtmatig of ongegrond voor en worden derhalve bij verstek toegewezen.
Inzage e-mails met persoonsgegevens onterecht geweigerd
Rechtbank Midden-Nederland 15 juni 2020, IEF 19290, IT 3171; ECLI:NL:RBMNE:2020:2222 (Onterechte weigering inzage persoonsgegevens) Privacy. Verweerder heeft inzage in een aantal e-mails geweigerd, omdat het gaat om interne notities die persoonlijke gedachten van medewerkers bevatten en uitsluitend voor intern overleg en beraad zijn bedoeld. De rechtbank stelt vast dat de niet verstrekte e-mails wel persoonsgegevens van eiser bevatten en ook feitelijkheden en waarderingen van die medewerkers over persoonsgegevens van eiser. De rechtbank oordeelt dat verweerder op grond van artikel 23 lid 1 sub i van de AVG geen persoonsgegevens hoeft te verstrekken voor zover dat noodzakelijk en evenredig is ter waarborging van de rechten en vrijheden van anderen. Bij een recht of vrijheid van een ander gaat het om gewichtige belangen op grond waarvan het noodzakelijk is een uitzondering te maken op het recht van de betrokkene op kennisneming. De motivering die verweerder op dit punt in het bestreden besluit heeft gegeven, maakt echter niet duidelijk welk gewichtig belang aan de orde is op grond waarvan het noodzakelijk zou zijn om een uitzondering te maken op het recht van eiser op kennisneming van aan hem toebehorende persoonsgegevens. De conclusie is dat verweerder eiser ten onrechte, althans onvoldoende gemotiveerd, inzage heeft geweigerd. Eiser is daarmee niet in staat gesteld kennis te nemen van al zijn persoonsgegevens en te controleren of zij juist zijn en zijn verwerkt in overeenstemming met de AVG. Het beroep is daarom gegrond. Verweerder moet een nieuw besluit op het bezwaar nemen.