CvdM-boetes voor Omroep Limburg terecht opgelegd vanwege sponsorverbod
Rechtbank Limburg 31 januari 2018, IEF 17634 ; ECLI:NL:RBLIM:2018:883 (Stichting Omroep Limburg tegen CvdM) Mediarecht. Boete, artikel 2.106 en artikel 2.108 Mediawet 2008. Media-aanbod van educatieve aard, sponsorverbod, producten of diensten van de sponsor. CvdM heeft de Stichting Omroep Limburg terecht een boete van €239.000 opgelegd voor de gezondheidsprogramma’s wegens overtreding van het sponsorverbod, nu de betreffende programma’s niet educatief maar informatief van aard zijn. Voorts heeft CvdM terecht een boete heeft opgelegd voor het programma Kunst op de Bonnefooi nu hierin een dienst van de sponsor is getoond terwijl de sponsor een bijdrage in geld heeft verstrekt. Dat voor elke aflevering van het programma Kunst op de Bonnefooi een sponsorbedrag van slechts € 375,- is ontvangen, vormt geen reden voor een boeteverlaging. Er is geen aanleiding tot (een verdere) matiging van de boetes.
Gemeente Leiden pleegt geen auteursrechtinbreuk met iconenkleed Singelpark
Rechtbank Den Haag 18 april 2018, IEF 17633 ; ECLI:NL:RBDHA:2018:4361 (Same-D tegen Gemeente Leiden) Auteursrecht. De binnenstad van de Gemeente Leiden is omringd door een zes kilometer lange singel, waar een Singelpark van wordt gemaakt. A [eigenaar van Same-D] heeft diverse ontwerpen gemaakt van logo's voor het Singelpark, waaronder een iconenkleed. Het idee om iconen in een patroon weer te geven, is niet beschermd. De iconen van de uitvoering van KesselsKramer zijn in 2D en die van Same-D in 3D. De iconen die dieren, planten en bomen weergeven zijn zo mogelijk nog duidelijker verschillend qua totaalindruk. Geen auteursrechtinbreuk of onrechtmatig handelen door Gemeente Leiden aangenomen met betrekking tot onderhandse aanbesteding voor ontwerp van beeldtaal Leidse singelpark. De vorderingen worden afgewezen.
Opzegging service- en beëindiging licentieovereenkomst CLIPS-peptides
Rechtbank Den Haag 18 april 2018, IEF 17632; 1597; ECLI:NL:RBDHA:2018:4422 (Bicycle Therapeutics tegen Pepscan) Samenwerking. BT heeft Pepscan benaderd om een licentieovereenkomst (PLA) en serviceovereenkomst (FSA) te krijgen voor de exclusieve leverantie van CLIPS-peptides. Licentienemer BT heeft FSA (waarin exclusieve leverantie CLIPS-peptides ten gunste van octrooihouder was opgenomen) opgezegd conform opzeggingsbepaling. Vervolgens heeft octrooihouder PLA beëindigd wegens wanprestatie licentienemer. In geschil is of beëindiging PLA terecht is. Uitleg artikel 3.2 PLA waarin is opgenomen dat partijen te goeder trouw moeten onderhandelen over totstandkoming FSA. Haviltex. Taalkundige uitleg: nadat FSA is gesloten, is dit artikel uitgewerkt. Geen feiten en omstandigheden aangevoerd op grond waarvan andere dan taalkundige uitleg prevaleert, te weten dat de PLA is gesloten onder de voorwaarde dat de octrooihouder exclusief leverancier zou zijn en blijven. Geen wanprestatie licentienemer op basis van dit artikel. Wel voorshands aannemelijk dat licentienemer geheimhoudingsclausule heeft geschonden en dat octrooihouder PLA op deze grond mocht beëindigen. BT wordt toegelaten tegenbewijs te leveren.
Met het kopen van een onbekende van grote partij schoenen met levering op straat en tegen 5000 euro in contanten heeft verdachte bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat de schoenen vals waren
Hof Amsterdam 24 mei 2017, IEF 17631; ECLI:NL:GHAMS:2017:5613 (240 valse paar schoenen) De verdachte heeft op 25 november 2015 tweehonderdveertig (240) paar schoenen gekocht met opdruk en uiterlijke kenmerken van het merk [naam] en vervoerde deze die dag – per paar afzonderlijk verpakt in een doos – in een bus die hij hiervoor had gehuurd. Het hof is van oordeel dat de verdachte door het kopen van een onbekend persoon – zonder dat hij van die onbekende enige legitimatie verlangt – van een grote partij nieuwe schoenen met opdruk en uiterlijke kenmerken van het merk [naam], per paar verpakt in de originele verpakking, door de levering te laten plaatsvinden ergens op straat en door voor die partij schoenen circa € 5.000,- in contanten te betalen zonder dat hiervoor een kwitantie wordt verstrekt, bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat de schoenen, zoals is komen vast te staan, vals waren. In zoverre was bij de verdachte in elk geval voorwaardelijk opzet aanwezig op de valsheid van de schoenen. Het verweer van de raadsman wordt verworpen.
AEBI Schmidt behield het spoedeisend belang
Hof Den Haag 23 mei 2017, IEF 17630; ECLI:NL:GHDHA:2017:4155 (Aebi Schmidt tegen Rasco) Spoedeisend belang. Octrooirecht. Aebi Schmidt is houdster van EP0995838 voor een 'vrachtwagen met een daarop afneembaar opgebouwd opzetwerktuig'. Rasco houdt zich bezig met verhandeling van wintermachines voor wegbeheer. Op de Reinigingsdemodagen in Lelystad is een vrachtwagen met een onder de beschermingsomvang van EP 838 vallend opzetstrooiwerktuig getoond. Na aanbesteding en na de schouw van werktuigen, werd de aanbesteding ingetrokken, en kwam de concrete dreiging van inbreuk door geïntimeerde te vervallen. Aebi hoefde niet af te leiden dat geïntimeerden op de markt zou komen met haar inbreukmakende werktuigen. Aebi kon onder de hiervoor weergegeven omstandigheden, waarbij slechts twee eerdere aanbiedingen en geen leveringen hebben plaatsgevonden en geïntimeerden na sommatie steeds feitelijk ieder inbreukmakend handelen heeft gestaakt, niet het verwijt worden gemaakt dat zij onvoldoende voortvarend heeft opgetreden in de periode tot medio 2015. Zij behield daarom spoedeisend belang bij een voorlopige maatregel toen medio 2015 duidelijk werd dat geïntimeerden daadwerkelijk en niettegenstaande EP 838 met inbreukmakende werktuigen in Nederland op de markt zou gaan komen. Het Hof vernietigt het vonnis [IEF 15301].
Conclusie AG: Kamer van beroep moet opnieuw onderzoeken of Kit Kat 4 fingers kan blijven bestaan
Conclusie AG 19 april 2018, IEF 17629; IEFbe 2551; C-84/17 P; C-85/17 P; C-95/17 P; ECLI:EU:C:2018:266 (Kit Kat 4 fingers) Driedimensionaal merk dat de vorm van een chocoladereep met vier vingers weergeeft – Door verzoekster ingediende vordering tot nietigverklaring – Afwijzing van de vordering tot nietigverklaring door de kamer van beroep. Uit het persbericht: Volgens advocaat-generaal Wathelet moet het Merkenbureau opnieuw onderzoeken of de driedimensionale vorm van de waar „Kit Kat 4 fingers” als Uniemerk kan blijven bestaan. Hij stelt het Hof van Justitie voor, de hogere voorzieningen van Nestlé, het EUIPO en Mondelez af te wijzen en beklemtoont daarbij dat Nestlé niet afdoende heeft bewezen dat haar merk onderscheidend vermogen heeft verkregen door het gebruik ervan in de Unie.
Vragen aan HvJ EU over portretten en huwelijksfoto’s tegen het verlaagde btw-tarief
Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 20 februari 2018, IEF 17627; IEFbe 2548; C-145/18 (Regards Photographiques) via Minbuza: Verzoekster ,de vennootschap Regards Photographiques, heeft de bestuursrechter in eerste aanleg verzocht om kwijtschelding van de btw die haar bij naheffing is opgelegd voor de periode van 01.02.2009 t/m 31.01.2012 alsook van de daarmee samenhangende boetes. Bij vonnis van 12.11.2014 heeft de bestuursrechter in eerste aanleg dit verzoek afgewezen. Bij arrest van 21.04.2016 heeft de bestuursrechter in tweede aanleg het door verzoekster ingestelde hogere beroep verworpen. De bestuursrechter in tweede aanleg heeft de toepassing van het verlaagde tarief afgewezen op grond dat de litigieuze portretten en huwelijksfoto’s ongeacht hun kwaliteit niet van de nodige originaliteit en creatieve intentie getuigden om te kunnen worden beschouwd als foto’s die door een kunstenaar zijn genomen.
Uitspraak ingezonden door Willem Timmers, Marree & Dijxhoorn.
Van architect of interieurontwerper mag niet verwacht worden dat wordt gewaarschuwd voor het al dan niet schenden van IE-rechten van derden
Ktr. Rechtbank Amsterdam 13 april 2018, IEF 17628 (Woensdregt Holtz tegen Beapart) Contractenrecht. IE-recht. Woensdregt exploiteert een architectenburean, Beapart is eigenaar van B-apart Hotel Kennedy. Woensdregt heeft een overeenkomst tot inrichting van het hotel overgenomen van ADP. Beapart heeft verschillende producten in China laten maken, waaronder lampen die gelijkenis vertonen met Caravaggio-lampen, waarop Lightyears de rechten heeft. Beapart wordt door Lightyears aangesproken en moet €35.000 betalen. Beapart vordert schadevergoeding van Woensdregt vanwege toerekenbare tekortkoming door haar niet voor (mogelijk) schenden van IE-rechten bij aanschaf van vergelijkbare lampen. Van een redelijk handelend en bekwaam architect of interieurontwerper mag niet verwacht worden dat hij of zij advies verstrekt over of waarschuwt voor het al dan niet schenden van IE-rechten van derden. Ten overvloede merkt de kantonrechter op dat Beapart er zelf voor heeft gekozen om de lampen neit bij Lightyears te kopen, maar in China te laten maken. De vordering wordt afgewezen.
Uitspraak ingezonden door Anniek Schalekamp & Nanda de Jongh-Ruyters, BRight Advocaten.
Staking 'KvK-uittrekselpraktijk' en opgave doen van mogelijk inbreukmakende KvK-domeinnamen
Vrz. Rechtbank Noord-Holland 5 april 2018, IEF 17626 (KvK ZBO tegen F-Touch Payrolling hodn Hethandelsregister.nl) Merkenrecht. Domeinnaamrecht. F-Touch bood onder de domeinnaam www.kavk.nl "uittreksels" aan met informatie uit het handelsregister van de KvK. F-touch maakt gebruik van de adwords KVK en Handelsregister. Deze woordmerken zijn van KvK en zij heeft geen toestemming gegeven. F-touch pleegt merkinbreuk ex sub a. Ook is voldoende aannemelijk geworden dat de uittreksel die F-Touch verstrekt geen originele uittreksels zijn, maar bewerkte uittreksels waar extra financiële informatie aan is toegevoegd. Bevel tot staking van deze praktijk, overdracht van de domeinnamen om niet en F-Touch wordt bevolen om volledig overzicht te verstrekken van alle mogelijk inbreukmakende of mogelijk onrechtmatige domeinnamen die zij in haar bezit heeft. Opgaveplicht.
Bijdrage ingezonden door Bernt Hugenholtz, IViR.
Bernt Hugenholtz - Gecombineerde noot onder vier HvJ EU-arresten over het mededelingsrecht
Gecombineerde noot gepubliceerd onder vier arresten van het HvJEU over het mededelingsrecht: The Pirate Bay (Brein/Ziggo), Filmspeler, GS Media en Svensson, NJ 2018/114, p. 1700-1705. 1.1. de introductie van het world wide web (het wereldwijde web) in het begin van de jaren negentig was een ware revolutie. Oudere NJ-lezers herinneren zich nog het internet van voor die tijd: geen mooi opgemaakte webpagina’s, maar kale tekst waar nergens op te klikken viel. Het WWW maakte het mogelijk om met behulp van een webbrowser gemakkelijk door het snel groeiende informatieaanbod van het internet te navigeren. daarbij speelde de hyperlink, een verwijzing in ‘hypertext’ naar het webadres van een document, een essentiële rol. Voortaan konden internetgebruikers door het aanklikken van een link direct naar andere pagina’s op het web worden geleid, waar deze zich ook bevonden. Zo werd de hyperlink een belangrijke bouwsteen van het moderne internet.
1.2. de hierboven afgedrukte vier arresten van het HvJ EU betreffen de vraag of en onder welke omstandigheden het zonder toestemming van de auteursrechthebbende geoorloofd is naar een document te hyperlinken. Jarenlang werd er in auteursrechtkringen voetstoots van uitgegaan dat linken gewoon is toegestaan. Een hyperlink, zo werd algemeen aan genomen, is weinig anders dan een digitale literatuurverwijzing. Voor een voetnoot is toch ook geen toestemming van de auteur vereist? Bovendien, als voor iedere hyperlink toestemming zou moeten worden gevraagd, kon het world wide web wel sluiten. de enkeling die over deze kwestie anders dacht, werd destijds nauwelijks serieus genomen (G. Brunt, ‘Is de hyperlink hyperlink?’, IT&Recht 1997‑I, p. 1‑2).