Goedkeuring wijziging statuten Sekam voor het in rechte mogen optreden namens rechthebbenden
CvTA-besluit 27 februari 2018, IEF 17538; kenmerk 2018037 (goedkeuring wijziging statuten Sekam) Sekam verzocht aangevuld met informatie naar aanleiding van vragen van het College, om goedkeuring van wijziging van haar statuten. Het College besloot op 27 februari 2018 deze wijziging van de statuten van Sekam goed te keuren. Het verzoek tot goedkeuring blijft voorlopig beperkt tot een wijziging van de statuten m.b.t. het (doen) voeren van gerechtelijke procedures die dienstig zijn aan de belangen van de bij Sekam aangesloten rechthebbenden. Met deze wijziging komt SEKAM tegemoet aan een verzoek van de Rechtbank Den Haag die in een door u aangespannen gerechtelijke procedure gewezen heeft op deze omissie in de statuten.
Uitspraak ingezonden door Ron Lamme, Boekx.
Afbrekende mededelingen over traplift concurrent gedaan
Rechtbank Den Haag 28 februari 2018, IEF 17537; RB 3110 (Smienk Trapliften tegen Otolift Trapliften) Mediarecht. In het kort: Smienk legt zich toe op de verkoop en montage van tweedehands trapliften. Otolift is langer bestaande producent van traplichten en verkoop ook tweedehands Otolift trapliften. Smienk gebruikt de slogan "de nr. 1 in gebruikte trapliften". Met vaststellingsovereenkomsten zijn klachten bij de RCC en een rechtbank-procedure geëindigd. In transcripten van een telefoongesprekken komt naar voren dat een (potentiële) klant van Smienk sprak over een verkoopgesprek met Otolift waarbij de laatste zich uitsprak over de onbetrouwbaarheid van Smienk. Otolift heeft onrechtmatig gehandeld jegens Smienk door in telefoongesprekken met klanten afbrekende mededelingen te doen over Smienk en dient een rectifcatie op de website te plaatsen gedurende vier weken.
Bijdrage ingezonden door Nini Blom, GreenbergTraurig.
Oostenrijkse Oberlandesgericht: Vorderingen FKP zijn naar Russisch recht verjaard
Oberlandesgericht Linz (Oostenrijk) 14 februari 2018, IEF 17536 (Spirit tegen FKP) Merkenrecht. In Nederland heeft het Gerechtshof Den Haag op 9 januari 2018 arrest gewezen [zie IEF 17411] in de procedure tussen Spirits International B.V. (“Spirits”) en de Russische staatsonderneming FKP Sojuzplodoimport (“FKP”). Dit geschil ziet op het eigendom van de Benelux wodkamerken “Stolichnaya” en “Moskovskaya”. In dit geschil is met name het volgende van belang. In 1992 is de Russische staatsvennootschap “VVO” getransformeerd naar de private onderneming “VAO” (de rechtsvoorganger van Spirits). Privatiseringen van staatsvennootschappen waren destijds gebruikelijk in Rusland. Door de transformatie zijn de merken “Stolichnaya” en “Moskovskaya” van de VVO overgedragen aan de VAO. Partijen twisten erover of de transformatie van de VVO naar de VAO destijds rechtsgeldig heeft plaatsgevonden en of de merken “Stolichnaya” en “Moskovskaya” rechtsgeldig aan de VAO zijn overgedragen. Spirits stelt onder meer dat de vordering van FKP - dat de transformatie niet rechtsgeldig heeft plaatsgevonden - naar Russisch recht inmiddels is verjaard. Het Gerechtshof Den Haag oordeelde in zijn arrest dat het beroep van FKP op een ongeldige transformatie niet wordt beperkt door een verjaringstermijn en dat geen geldige transformatie heeft plaatsgevonden.
L'Oréal maakt onvoldoende aannemelijk dat NRS haar gedecodeerde parfumproducten verhandelt
Rechtbank Den Haag 21 februari 2018, IEF 17535; ECLI:NL:RBDHA:2018:2042 (L'Oréal tegen NRS Trading Company) Merkenrecht. Parallelimport. L’Oréal heeft, na ontvangst van drie testaankopen van een parfum outlet gedreven door A, geconstateerd dat de verpakkingen van deze producten waren gedecodeerd. De verpakkingen waren geopend geweest, de oorspronkelijke (streepjes)codes waren uit de kartonnen verpakking weggesneden en vervangen door andere codes. A erkent dat hij gedecodeerde en aangetaste L'Oréal-producten heeft verhandeld. In een bodemprocedure gevoerd met A hebben partijen een vaststellingsovereenkomst gesloten waarin A de aankoopfacturen verstrekt van de door hem verkochte of op voorraad gehouden gedecodeerde producten. L'Oréal stelt dat NRS gedecodeerde parfumproducten voorzien van haar merk verhandelt en derhalve merkinbreuk maakt. L’Oréal maakt deze inbreuk onvoldoende aannemelijk tegenover het gemotiveerde verweer van NRS. De vordering wordt afgewezen.
Oppositie driestreep Adidas tegen andersgeplaatste tweestreep terecht toegewezen
Gerecht EU 1 maart 2018, IEF 17534; T-629/16 (Shoe Branding Europe tegen EUIPO) Merkenrecht. Positiemerk. De tweede kamer van beroep van het EUIPO heeft gevolgen getrokken uit het arrest van het HvJ dat de merken van Adidas en Shoe Branding Europe visueel gelijk zijn [zie IEF 15717] en de oppositie van Adidas toegewezen. Shoe Branding Europe verzoekt het Gerecht de beslissing tot toewijzing van de oppositie te vernietigen. De kamer van beroep van het EUIPO heeft geen blijk gegeven van een onjuiste opvatting door de oppositie van Adidas toe te wijzen. De grieven worden afgewezen. Het Gerecht verwerpt het beroep.
Bijdrage ingezonden door Erwin Angad-Gaur, Ntb en VCTN.
Erik Thijssen - Buma/Stemra en Muziekuitgevers Wat is een Muziekuitgever eigenlijk?
December vorig jaar publiceerden enkele bestuursleden en ex-bestuursleden van Buma/Stemra - samen met Ntb en VCTN - een oproep aan overheid en overheidstoezicht, muziekuitgevers geen plaats te geven in de nieuwe governance- structuur van Buma/Stemra. Voor een toekomstbestendig Buma/Stemra en voor een Buma/Stemra zonder ingebakken tegengestelde belangen.
Prominent vertegenwoordigster beweging tegen gebruik van het woord neger uitmaken voor negerin niet onrechtmatig
Rechtbank Amsterdam 19 februari 2018, IEF 17532; ECLI:NL:RBAMS:2018:926 (Surinamers in de Polder) Mediarecht. Persoonlijke levenssfeer. Vrijheid van meningsuiting. Gedaagde is door de schrijver van het boek "Surinamers in de Polder" geïnterviewd. In dit interview staat een aantal maal het woord neger. Nadat gedaagde het verzoek van eiser om afstand te nemen van gebruik van dit woord heeft afgeslagen, heeft eiseres demonstratief een exemplaar van het boek in brand gestoken op de Dam in Amsterdam. In een uitzending van radiostation Firi FM is een door gedaagde voor een discussiebijeenkomst opgestelde brief voorgelezen waarin gedaagde eiseres onder meer "een kennelijk gefrustreerde negerin" noemt. Gelet op het doel van de brief en de omstandigheid dat eiseres zich profileert als prominent vertegenwoordigster van de beweging die deze discussie op de kaart heeft gezet, weegt de vrijheid van meningsuiting in dit geval zwaarder dan het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer van eiseres. De vorderingen worden afgewezen.
Octrooirechtvorderingen Ono zien enkel op acties die in het buitenland moeten worden ondernomen
Vzr. Rechtbank Den Haag 27 februari 2018, IEF 17530; LS&R 1581; ECLI:NL:RBDHA:2018:2284 (Ono Pharmaceutical tegen Pfizer) Octrooirecht. Geneesmiddel. Procesrecht. Ono heeft een Europese octrooiaanvrage gedaan bij het EOB voor EP 517 met als titel 'Immunopotentiating compositions comprising anti-PD-L1 antibodies’. Pfizer heeft bij het Verwaltungsgericht München met betrekking tot EP 517 een opeisingsprocedure aanhangig gemaakt strekkende tot het verkrijgen van mede-eigendom en wordt de verleningsprocedure van EP 517 door het EOB geschorst. Ono vordert de rechtbank Pfizer te bevelen aan het EOB mee te delen dat de verleningsprocedure dient te worden hervat en de opeisingsprocedure in München in te trekken. De rechtbank verklaart zich onbevoegd tot kennisname van de vorderingen van Ono, omdat de vorderingen enkel zien op acties die in het buitenland moeten worden ondernomen.
BGH: Google is niet verplicht vooraf te filteren op "Persönlichkeitsrechtsverletzungen"
BGH 27 Februar 2018, IEF 17530; IEFbe 2489; IT 2504; VI ZR 489/16 (Google.de) Uit het persbericht: Het BGH heeft besloten dat Google niet verplicht is vóór het tonen van zoekresultaten of deze inhoud een inbreuk op persoonlijke levenssfeer vormt. De zoekmachine moet pas eerst reageren wanneer er een concrete aanwijziging is voor een duidelijk en op het eerste gezicht kenbare inbreuk op de persoonlijke levenssfeer.
Rechtbank Den Haag pas bevoegd nadat procedure in België aanhangig is gemaakt en wordt verwezen vanwege verknochtheid
Rechtbank Den Haag 28 februari 2018, IEF 15529; ECLI:NL:RBDHA:2018:2104 (Easygroup tegen Carrefour SA en Carrefour Belgium) Merkenrecht. Procesrecht. Tussenvonnis. Carrefour S.A. en dochteronderneming Carrefour Belgium hebben de Beneluxmerken EASY CADDY en EASY MARKET ingeschreven. EasyGroup is houder van meer dan 1.000 merken wereldwijd met daarin het bestanddeel EASY, waaronder EASYJET. EasyGroup vordert nietigverklaring van de Beneluxmerkinschrijvingen van Carrefour, omdat deze overeenstemmen met haar merken en zijn ingeschreven voor dezelfde, althans soortgelijke, diensten als (een deel van) de ‘EASY’-merken. De rechtbank verklaart zich ten aanzien van de vorderingen tegen Carrefour Belgium onbevoegd. Op grond van 4.6 lid 5 BVIE ontstaat pas bevoegdheid voor deze rechtbank nadat er een procedure in België aanhangig is gemaakt en de Belgische rechter heeft beslist de zaak te verwijzen, omdat naar zijn oordeel sprake is van verknochtheid. In de hoofdzaak wordt iedere verdere beslissing aangehouden.