Auteursrecht  

IEF 9776

Hierbij verklaar ik

Vzr. Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen 7 juni 2011, 11/496/C (T. Claus & A. Kristel tegen Veerle de Wit & Uitgeverij De Bezige Bij B.V.) 

België. Auteursrecht en erfrecht inzake de postume publicatie "De Wolken", een verzameling van geschriften van schrijver Hugo Claus. De zonen en de weduwe van wijlen Hugo Claus strijden over al dan niet uit (laten) geven van deze publicatie. Hoogdringendheid is bewezen. Naast de weduwe is de Uitgever tweede verwerende partij. Aangezien in een wilsverklaring blijkt dat de weduwe wordt aangewezen als beheerder van de nalatenschap worden de vorderingen afgewezen. De vraag bij wie auteursrechten liggen en hoe dat zich verhoud tot het beheer van Claus' patrimonium, blijft onbeantwoord. Let op bij lezing: rechter heet eveneens Claus.

Dat wat de vorderingen ten aanzien van eerste verwerende partij betreft dient te worden opgemerkt dat door eerste verweren partij een stuk wordt overgelegd met de volgende tekst: "Hierbij verklaar ik, Hugo Claus, dat na mijn overlijden het beheer van mijn patrimonium moet gebeuren door mijn vrouw, Veerle De Wit, zoals zij dit ook tijdens mijn leven reeds deed. Ik verklaar dit zonder dwang en bij volle bewustzijn."

Dat hieruit prima facie kan opgemaakt worden dat het de wil was van de heer Hugo Claus dat eerste verwerende partij het beheer van zijn patrimonium zou waarnemen zoals zij dit deed tijdens zijn leven.

Lees de uitspraak hier (pdf)
Hoger beroep is aangetekend hier

IEF 9774

Van onbepaalde waarde

Rechtbank Haarlem 8 juni 2011, HA ZA 11-319 (Masterfile tegen V h.o.d.n. Eyeforyou)

Met dank aan Sesanne Leeuwenburg, Intellectueel Eigendom Advocaten

Voor de volledigheid. Auteursrecht. Bevoegdheidsincident inzake het gebruik van stockfoto's door een websitebouwer. In de hoofdzaak is er sprake van een vordering van 'onbepaalde waarde' ex artikel 93 aanhef en onder b Rv. De kantonrechter is daarom niet bevoegd. Proceskosten voor gedaagde €452,-. Beveelt comparitie van partijen in de zaak en aanwezigheid in persoon en dat Masterfile dan vertegenwoordigd moeten zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is.

2.3. De rechtbank overweegt als volgt. Masterfile vordert in de hoofdzaak, naast betaling van een bedrag van EUR 4.760,00 vermeerderd met de rente daarover, staking van iedere inbreuk op haar auteursrechten onder verbeurte van een dwangsom. Deze vordering tot staking van inbreuk op auteursrechten is een vordering van onbepaalde waarde als bedoeld in artikel 93, onder aanhef en sub b, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Dit artikel bepaalt dat zaken betreffende vorderingen van onbepaalde waarde alleen door de kantonrechter worden behandeld indien er duidelijke aanwijzingen bestaan dat de vordering geen hogere waarde vertegenwoordigt dan EUR 5.000,00. De rechtbank is van oordeel dat hiervan geen sprake is: er zijn geen duidelijke aanwijzingen dat de vordering tot staking van iedere inbreuk op de auteursrechten van Masterfile, onder verbeurte van een dwangsom, geen hogere waarde vertegenwoordigt dan EUR 5.000,00. Dit leidt ertoe de kantonrechter niet bevoegd is om de onderhavige zaak te behandelen en te beslissen. De incidentele vordering zal gelet op het voorgaande worden afgewezen.

2.4. V. zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van het incident worden veroordeeld.

4.4. (...) dat Masterfile dan vertegenwoordigd moeten zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en hetzij rechtens hetzij op grond van een bijzondere schriftelijke volmacht bevoegd is haar te vertegenwoordigen.

Lees het vonnis hier (pdf)
art. 93 Rv

IEF 9770

Vernietiging van de gedemonteerde meubels

Vzr. Rechtbank 's-Gravenhage 9 juni 2011, KG ZA 11-462 (New Trend Trading Company B.V. & De Bats BNA Architecten tegen Boretti B.V.)

Auteursrecht. Merkenrecht. Stukgelopen samenwerking. Na beëindiging van de samenwerking, biedt Boretti (inbouwgasfornuizen) twee eigen tuinkeukenmeubels aan, tevens middels eigen website. Uit de onthoudingsverklaring:

Boretti erkent dat de tuinkeukens “Cucina Giardino” en “Lavello Cucina” inbreuk maken op de auteursrechten van De Bats en dat het in de handel brengen daarvan onrechtmatig is jegens NTTC als licentiehouder en De Bats als auteursrechthebbende;

Boretti zegt toe zich in de toekomst te onthouden van het in de handel brengen van de tuinkeukens “Cucina Giardino” en “Lavello Cucina”, die inbreuk maken op de auteursrechten van De Bats en licentierechten van NTTC

 In conventie: Geen beroep meer op niet-geregistreerde Gemeenschapsmodelrechten vanwege verstrijken van beschermingsduur. Gevorderd inbreukverbod. Vorderingen afgewezen, ten eerste een belang gelet op is er geen belang vanwege de getekende onthoudingsverklaring met boetebeding, "feit dat niet aannemelijk is gemaakt dat Boretti deze meubels opnieuw in het verkeer dreigt te brengen" . Ten tweede zijn "hun auteursrechten uitgeput omdat het hier gaat om (weder)verkoop van door hen zelf in het verkeer gebrachte keukens" (r.o. 4.4) en tot slot dat "naar voorlopig oordeel geen sprake is van inbreuk, nu deze meubels een andere totaalindruk wekken" (.r.o. 4.5).

Geen slaafse nabootsing, geen rectificatie en geen belang bij vernietigen gedemonteerde meubels.

In reconventie: vorderingen worden toegewezen. Niet betwist: gebruik van auteursrechtelijk beschermde foto´s op de site en daarbij dat aanduiding "Luxius M-System" merkinbreuk is op het woordmerk "M-SYSTEM", dit valt niet onder de getekende onthoudingsverklaring. Naar voorlopig oordeel is de vermelding “te combineren met Boretti M-System elementen” niet onrechtmatig (r.o. 4.12) . In het vonnis staan de meer afbeeldingen. Proceskostenveroordeling ex 1019h Rv proceskosten voor eiser (€15.000,-).

niet-geregistreerd Gemeenschapsmodel 4.2. Ter zitting hebben NTT en De Bats te kennen gegeven dat zij zich in dit kort geding niet langer beroepen op de niet-geregistreerde Gemeenschapsmodelrechten op de Luxiusmeubels (vanwege het verstrijken van de beschermingsduur van 3 jaar).

Onthoudingsverklaring 4.4. NTT en De Bats hebben bij het gevorderde inbreukverbod met betrekking tot de Cucina Giardino en Lavello Cucina, gelet op de onthoudingsverklaring met boetebeding (zie r.o. 2.7.) en het feit dat niet aannemelijk is gemaakt dat Boretti deze meubels opnieuw in het verkeer dreigt te brengen, voorshands geen belang. Voor zover NTT en De Bats beogen een verbod te krijgen ten aanzien van de (weder)verkoop van de Luxiuskeukens door Boretti onder de naam Solido als bedoeld onder r.o. 2.10, hebben zij hun vordering niet deugdelijk onderbouwd nu voorop moet worden gesteld dat hun auteursrechten uitgeput zijn omdat het hier gaat om (weder)verkoop van door hen zelf in het verkeer gebrachte keukens. In zoverre zullen de vorderingen dan ook worden afgewezen. 

Uitputting 4.5. Het gevorderde inbreukverbod met betrekking tot de nieuwe, modulaire tuinkeukenmeubels (genoemd en afgebeeld onder r.o. 2.9.) zal evenmin worden toegewezen. Hiervoor is redengevend dat naar voorlopig oordeel geen sprake is van inbreuk, nu deze meubels een andere totaalindruk wekken dan de meubels uit de Luxiusserie, ook als de Borettimodules in combinatie worden beschouwd. (...) De door NTT en De Bats gestelde uiterlijke overeenkomsten tussen de Luxiusmeubels en de meubels van Boretti vloeien voor een deel voort uit technische vereisten of zijn voor een deel algemeen gebruikelijk voor deze productgroep. (...) Boretti heeft daarvan, door op belangrijke punten af te wijken zoals hiervoor aangegeven, voorshands voldoende afstand genomen.

Gedemonteerde meubels 4.7. NTT en De Bats hebben niet gesteld welk (spoedeisend) belang zij hebben bij vernietiging van de gedemonteerde meubels Cucina Giardino en Lavello Cucina. Ook is niet gebleken dat deze meubels weer gemonteerd zouden (kunnen) worden teneinde de inbreukmakende meubels opnieuw in het verkeer te brengen, noch dat er een reële dreiging bestaat dat Boretti dit zal doen, gelet op de alsdan te verbeuren boete. In het licht hiervan en gelet op het definitieve karakter van een bevel tot vernietiging, waarvoor een voorziening in kort geding zich in beginsel niet leent, zal deze vordering worden afgewezen.

4.8. NTT en De Bats hebben evenmin gesteld welk (spoedeisend) belang zij na zoveel  tijd nog hebben bij een rectificatie met betrekking tot de Cucina Giardino en Lavello Cucina, te minder daar rectificatie niet reeds in augustus 2010 onderdeel van de sommatie vormde, noch onderwerp van onderhandeling over de onthoudingsverklaring is geweest. Om die reden zal ook deze vordering worden afgewezen.

4.9. Het gevorderde voorschot op schadevergoeding komt in de gegeven omstandigheden niet voor toewijzing in kort geding in aanmerking, omdat niet is voldaan aan de daaraan krachtens vaste rechtspraak te stellen eisen. (...)

In reconventie 4.12. Naar voorlopig oordeel is de vermelding “te combineren met Boretti M-System elementen” niet onrechtmatig. Voorzover deze vermelding bedoeld is om aan te geven dat er Boretti apparatuur in de betreffende tuinkeuken kan worden ingebouwd, heeft Boretti weliswaar gesteld dat het gebruik van het merk Boretti naast M-System onnodig zou zijn, maar heeft zij niet aannemelijk gemaakt dat voor de gemiddelde consument zonder meer duidelijk is wat met “M-System” bedoeld wordt en dat dit refereert aan apparatuur van Boretti. Anders gezegd, de voorzieningenrechter is er voorshands niet van overtuigd dat de enkele aanduiding “M-System” voor de consument voldoende informatie biedt om de MSystem apparatuur van Boretti aan te schaffen ter inbouw in de door NTT verkochte tuinkeukenmeubelen. Voorzover deze vermelding is te beschouwen als een aanprijzing in verband met de op zich legitieme (weder)verkoop door NTT van van Boretti afkomstige apparatuur, geldt dat de enkele stelling dat NTT de afgelopen periode geen Borettifornuizen verkocht heeft, niet maakt dat zij bij haar aanbod van die fornuizen geen gebruik van het merk Boretti of “M-Systems” mag maken.

GModVo, Uitvoeringswet GModVo, Auteurswet

IEF 9769

Heel team van ontwerpers

Hof Arnhem 7 juni 2011, LJN BR2358 (Nibe AB tegen Interfocos B.V.)

Met dank aan Sven Klos en Josine van den Berg, Klos Morel Vos Schaap.

In navolging van IEF 7209. Auteursrecht. Ongeoorloofde ontlening. Houtkachel. Vormgeving niet door gebruiksfunctie van onderdelen bepaald, voldoende creatieve keuzes. Andere tinten speksteen (terwijl driedimensionaal auteursrecht ingeroepen). Totaalindrukken weinig verschillend. Aan omkering bewijslast is voldaan door te stellen dat met een heel team van ontwerpers is doorontwikkeld. Slaafse nabootsing behoeft geen beoordeling.

Vorderingen toegewezen, o.a. uitgebreid registeraccount onderzoek, terugroepen van producten m.u.v. privé-consumenten en dwangsom.

Auteursrecht? 
4.12 Interfocus heeft ten slotte verdedigd dat functioneel bepaald zijn: de speksteen, het houtopbergcompartiment, de ronde vorm, het houtrekje, de sparing boven de deur, het schudrooster op de bodem, de opberglade, het symbool zacht-hard (schuifje) en het ovencompartiment.

Naar het oordeel van het hof hebben al deze onderdelen weliswaar een gebruiksfunctie, maar kan niet gezegd worden dat de vormgeving daarvan zozeer het resultaat is van een door technische uitgangspunten beperkte keuze dat de Contura kachel niet als een auteursrechtelijke beschermd werk kan worden aangemerkt.

4.13 Naar het voorlopige oordeel van het hof dienen de Contura 660T en de Contura 520T vanwege (de combinatie van) de daarin gemaakte en creatieve keuzes te worden beschouwd als werken in de zin van de Auteurswet als omschreven in rov. 4.3.

Ongeoorloofde verveelvoudiging? 
4.20 Naar het oordeel van het hof is het inderdaad juist dat de Contura 660T aan de onderzijde een terugwijkende stenen afsluiting toont, terwijl de Eco 610 aldaar een gietijzeren deur laat zien. Dit gegeven viel echter geenszins op bij de vergelijkende bezichtiging totdat het hof daarop opmerkzaam werd gemaakt. Ook de verschillen in de tinten van het speksteen maken geen indruk noch de afwijkende afmetingen en dimensies, terwijl in het oog moet worden gehouden dat NIBVE slechts auteursrecht inroept voor de driedimensionale vorm. (...) dat de totaalindrukken die de werken (...) maken, te weinig verschillen opleveren voor het oordeel dat de eerstbedoelde werken als zelfstandige werken kunnen worden aangemerkt. Aan de daaraan verbonden omkering van de bewijslast (in kort geding: om aannemelijk te maken) van het verweer van Interfocos dat zij de Eco 600 en 610 niet heeft ontleend aan de Contura 520T en 660T, heeft Interfocos niet voldaan met haar, door NIBE bestreden, stelling dat zij aan de doorontwikkeling tot de Eco 600 en 610 op haar ontwerpafdeling met een heel team van ontwerpers heeft gewerkt.

4.21 Op grond van het voorgaande moet er voorhands van worden uitgegaan dat de Eco 600 en 610 ongeoorloofde verveelvoudigingen zijn van de Contura 520T en 660T.

Lees het arrest hier (pdf / LJN / zuivere pdf)

IEF 9768

Ter bevordering van de Nederlandse filmproductie

Algemeen Reglement van de Stichting Nederlands Fonds voor de Film, Stcrt. 2011, nr 10175 (inclusief toelichting)

Het nieuwe reglement van de Stichting Nederlands Fonds voor de Film is gisteren gepresenteerd en treedt 16 juni in werking. Ter bevordering van de kwaliteit en de diversiteit van de filmproductie in Nederland en een voor de filmkunst ontvankelijk klimaat in Nederland, verstrekt het bestuur van het Nederlands Fonds voor de film subsidies ten behoeve van filmproducties of filmactiviteiten. Beoordelingscriteria van aanvraag zijn inhoudelijke kwaliteit, basis in een solide filmplan of activiteitenplan en haalbaar en kwalitatief bereik (art. 5 en diverse deelreglementen).

Toelichting op artikel 5
1. Kwaliteit van het project – inhoudelijke kwaliteit

Bij de toepassing van het beoordelingscriterium 'inhoudelijke kwaliteit' wordt bij een filmproductie de kwaliteit van de synopsis, het treatment, het scenario, het storyboard of bij documentaire het filmplan, of een onderdeel daarvan beoordeeld. Daarbij kan worden gelet op de originaliteit, urgentie, interne consistentie, personages, dialogen, structuur en visualiteit. Ook kunnen de toelichtingen en de visies op de filmproductie van de scenarist, regisseur, producent worden meegewogen, evenals het meegeleverde viewingsmateriaal en eerder werk.
Bij een filmactiviteit wordt de kwaliteit van het activiteitenplan beoordeeld op originaliteit, beoogde uitvoering en eventueel betrokken professionals, dit aan de hand van de toelichting van de aanvrager.

– soliditeit van het filmplan of activiteitenplan 
Bij de beoordeling van de soliditeit van het filmplan of activiteitenplan wordt gekeken naar de haalbaarheid en/of soliditeit van de begroting, van het financieringsplan, van de financiële toezeggingen van en/of overeenkomsten met derden en de productionele uitvoerbaarheid. Daarbij worden ook het cultureel ondernemerschap van de aanvrager, de regievisie en de toelichting van de producent in relatie tot het filmplan meegewogen.

– haalbaarheid en kwaliteit van het bereik
Bij de beoordeling van het bereik van een filmproductie of filmactiviteit worden de voorgenomen distributie en exploitatie en de nationale en/of internationale positionering van een filmproductie op haalbaarheid en kwaliteit getoetst. De aanvraag dient een crossmediaal marketingplan te bevatten dat blijk geeft van een doordachte en realistische publieksbenadering die aangeeft hoe een filmproductie of filmactiviteit naar het (inter)nationale publiek zal worden vertaald.

Indien het een mainstream film betreft ligt de nadruk op de publiekspotentie van de filmproductie waaronder wordt verstaan de grootte van het publieksbereik in samenhang met de beoogde commerciële resultaten. Bij arthouse films ligt de nadruk op de artistieke potentie van de filmproductie, waaronder wordt verstaan dat het eindresultaat van een dusdanig bijzondere kwaliteit zal zijn dat de filmproductie op die basis nationaal en/of internationaal goed ontvangen zal worden en de kans op selectie van de filmproductie voor internationale festivals en/of prijzen aannemelijk is.

Meer informatie op filmfund.nl, het algemeen reglement (link)

IEF 9762

Respect voor welverzorgde handen

Kantonrechter Rechtbank Haarlem 1 juni 2011, LJN BQ7516 (eiser tegen gedaagde & XXX)

ter illustratie van salonfrancy

Auteursrecht. Fotograaf eiser heeft foto's van handen gemaakt met medeweten en toestemming van [naam] en gebruikt voor website. Ter ondersteuning "Op deze foto's staan de handen van mevrouw [naam] afgebeeld, dus daarom kan zij ze al niet zelf gemaakt hebben." Deze foto's ziet eiser terug op. In vrijwaring: als er al auteursrechten zijn geschonden (door [xxx])is dit in opdracht en rekening van gedaagde. Foto's met soort "watermerk", maar geen bewijs wanneer dit is gebeurt. Schadeclaim komt rijkelijk overdreven voor. Geen unieke foto's voor rechtvaardiging van dergelijke schadeclaim. Vorderingen afgewezen.

zonder nummering Het ontgaat de kantonrechter daarom dat en hoe [gedaagde] had moeten begrijpen dat hij auteursrechten van [eiser] had geschonden of had laten schenden. In ieder geval is ook onbetwist dat [gedaagde] direct nadat hij door [eiser] aansprakelijk was gesteld de foto's van zijn website heeft laten halen.

Tenslotte wordt overwogen dat uit niets blijkt dat en waarom deze foto's zo uniek zijn dat zij een dergelijke schadeclaim kunnen rechtvaardigen.
Met alle respect voor [eiser] en/of [naam], de welverzorgde handen van iedere andere persoon zouden in een dergelijke houding en met een dergelijke belichting kunnen zijn gefotografeerd voor een zelfde of een vergelijkbaar doel.

Lees de uitspraak hier (link / pdf)

IEF 9753

Schorsende werking en slagingskansen

Vrz. Rechtbank 's-Gravenhage 1 juni 2011, KG ZA 11-376 (Crocs tegen Calze Del Mondo)

klik afbeelding voor vergroting, Ctrl+muiswieltje zoomen 
Paars = 'classic', blauw = 'beach' en roze = 'import'

Modelrecht. Auteursrecht. Calze del Mondo importeert kunststof schoenen, deze zijn tegengehouden door douane met toepassing van Anti-Piraterijverordening. Crocs legt conservatoir beslag. Het Crocs modelrecht is nietigverklaard, schorsende werking beroep bij HvJ EU. Onvoldoende grond voor voorlopige voorziening, omdat er zeer gerede kans van slagen van nietigheidsprocedure is. Wel inbreuk auteursrecht, te weinig verschil in totaalindruk. Geen rechtsverwerking. Niet voldoende afstand gehouden tot model.

4.3.  De gevorderde voorzieningen zijn niet toewijsbaar op grond van het ingeroepen Gemeenschapsmodel. Dit modelrecht is door het bureau nietig verklaard welke beslissing door de kamer van beroep is bevestigd. Crocs wijst er op dat haar hoger beroep van deze laatste beslissing bij het HvJEU op grond van artikel 60 lid 3 GModVo schorsende werking heeft, maar dat neemt niet weg dat het nietigheidsverweer dat ook Calze del Mondo kennelijk tegen dit recht aanvoert een zeer gerede kans van slagen heeft en daarom onvoldoende grond geeft voor de gevorderde voorlopige voorzieningen (vergelijk vzr. rechtbank ’s-Gravenhage 29 mei 2008, IEPT20080529, Crocs – De Vos / Musch, onder 4.5).

4.9. Het voorgaande voert voorshands tot de conclusie dat – ondanks de op punten afwijkende hielband – de schoen van Calze del Mondo in zodanige mate de auteursrechtelijk beschermde trekken van het model ‘Beach’ vertoont dat de totaalindrukken die de beide schoenen maken te weinig verschillen om de schoen van Calze del Mondo als een zelfstandig werk aan te merken. Daarom is uit te gaan van ontlening en dus inbreuk op het aan Crocs toekomende auteursrecht.

4.12. Vooralsnog heeft Calze del Mondo onvoldoende gesteld om rechtsverwerking aannemelijk te maken. Of voldoende afstand is gehouden tot het model van Crocs is niet eenvoudig vast te stellen. Uit de door Calze del Mondo overgelegde foto’s van soortgelijk schoeisel dat zij op markt heeft aangetroffen kan niet zonder meer worden afgeleid dat sprake is van inbreuk waartegen Crocs met succes zou kunnen optreden, daargelaten dat het enkele gegeven dat Crocs dit heeft nagelaten onvoldoende zou zijn om rechtsverwerking aan te nemen. Overigens blijkt uit de hiervoor aangehaalde zaken al dat Crocs wel degelijk haar rechten ook tegenover anderen tracht te handhaven.

Lees het vonnis hier (pdf)
Anti-piraterijverordening (Vo 1383/2003)

IEF 9752

Persbericht: Schikking Nijntje-Cathy

Met dank aan Anne Bekema, Houthoff Buruma N.V.

In navolging van IEF 9194 Aankondiging schikking ter beëindiging van de juridische geschillen tussen Mercis B.V. en Sanrio Company, Ltd.

Overgenomen uit't persbericht; AMSTERDAM en TOKIO
Dinsdag 7 juni 2011, Amsterdam 08:30 uur en Tokio 15:30 uur - Mercis B.V (''Mercis''), het bedrijf dat de intellectuele eigendomsrechten van Dick Bruna beheert, en Sanrio Company, Ltd. (''Sanrio'') zijn verheugd aan te kondigen dat er een wereldwijde schikking is getroffen die een einde maakt aan alle juridische geschillen tussen de bedrijven met betrekking tot de characters Nijntje en Cathy.

Partijen besluiten "om de kosten die het voortzetten van de juridische procedures met zich zouden brengen, te doneren ten behoeve van de wederopbouw en het herstel van Japan."

Zie volledige persbericht hier (pdf)

IEF 9751

Indispensable tool for realizing human rights

Report of the Special Rapporteur on the promotion and protection of the right to freedom of opinion and expression, Human Rights Council (16 mei 2011) UN Doc A/HRC/17/2

Speciale VN Rapporteur Frank La Rue over toegang tot internet: 'an indispensable tool for realizing a range of human rights, combating inequality, and accelerating development and human progress, ensuring universal access to the Internet should be a priority for all States.'

Speciaal voor intermediairs als internet service providers wordt de Amerikaanse DMCA aangehaald als voorbeeld met haar zogenaamde safe harbor provisions en tegen censuur. Verder wordt het afsluiten van internetgebruikers op basis van auteursrechtschendingen (`Three Strikes Laws´) belicht vanuit een mensenrechtelijk perspectief.

43 (...) The Special Rapporteur welcomes initiatives taken in other countries to protect intermediaries, such as the bill adopted in Chile, which provides that intermediaries are not required to prevent or remove access to user-generated content that infringes copyright laws until they are notified by a court order28.  A similar regime has also been proposed in Brazil29.

D.  Disconnecting users from Internet access, including on the basis of violations of intellectual property rights law

49. While blocking and filtering measures deny access to certain content on the Internet, States have also taken measures to cut off access to the Internet entirely. The Special Rapporteur is deeply concerned by discussions regarding a centralized “on/off” control over Internet traffic33. In addition, he is alarmed by proposals to disconnect users from Internet access if they violate intellectual property rights. This also includes legislation based on the concept of “graduated response”, which imposes a series of penalties on copyright infringers that could lead to suspension of Internet service, such as the so-called “threestrikes-law” in France34 and the Digital Economy Act 2010 of the United Kingdom35.

50. Beyond the national level, the Anti-Counterfeiting Trade Agreement (ACTA) has been proposed as a multilateral agreement to establish international standards on intellectual property rights enforcement. While the provisions to disconnect individuals from Internet access for violating the treaty have been removed from the final text of December 2010, the Special Rapporteur remains watchful about the treaty’s eventual implications for intermediary liability and the right to freedom of expression. 

Conclusion and recommendations Disconnecting users from Internet access, including on the basis of intellectual property rights law.

78. (...) The Special Rapporteur considers cutting off users from Internet access, regardless of the justification provided, including on the grounds of violating intellectual property rights law, to be disproportionate and thus a violation of article 19, paragraph 3, of the International Covenant on Civil and Political Rights. 

79. The Special Rapporteur calls upon all States to ensure that Internet access is maintained at all times, including during times of political unrest. In particular, the Special Rapporteur urges States to repeal or amend existing  intellectual copyright laws which permit users to be disconnected from Internet access, and to refrain from adopting such laws. 

Lees het gehele rapport hier (link)


Voetnoten:
28 Ley No. 20435, Modifica La Ley No.17.336 Sobre Propiedad Intelectual, chap. III, art. 85-L – art. 85-U, adopted on 4 May 201
29 “New Draft Bill Proposition: Available for Download”, Marco Civil da Internet, 21 May 2010.
33 “Reaching for the kill switch”, The Economist, 10 February 2011.
34Decision 2009-580, Act furthering the diffusion and protection of creation on the Internet, (original: Loi favorisant la diffusion et la protection de la création sur internet), Conseil Constitutionnel, 10 June 2010. Available from:
https://www.conseil-constitutionnel.fr/conseilconstitutionnel/root/bank_mm/anglais/2009_580dc.pdf.
35 Digital Economy Act 2010, sections 3-16
IEF 9742

Dubbele woordwaarde

Rechtbank Amsterdam, sector kanton 3 februari 2011, CV 10-28325 (Cozzmoss B.V. tegen Stichting El Tawheed)
 
Met dank aan Maarten Rijks en Thomas Berendsen, BANNING advocaten.

Auteursrecht. Persoonlijkheidsrechten. Collectief beheer. Stichting El Tawheed heeft inbreuk op de auteursrechten van De Volkskrant gemaakt door het plaatsen van diverse krantenartikelen op de website www.eltawheed.nl. Het beroep van El Tawheed op art. 10 EVRM en de persexceptie van art. 15 althans 15a Aw faalt. Kantonrechter wijst twee keer de economische waarde per overgenomen woord uit de artikelen toe als schadevergoeding, mede ter compensatie van de uitgeholde exclusiviteit van de werken.

9. Met betrekking tot het door gedaagde gedane beroep op de persexceptie als bedoeld in artikel 15 Aw overweegt de kantonrechter als volgt. Volgens dit artikel staat het de pers vrij persberichten uit nieuwsmedia over te nemen in andere nieuwsmedia mits aan een aantal vereisten als genoemd in dat artikel is voldaan, waaronder het vereiste dat de bron met de naam van de maker op duidelijke wijze wordt vermeld. Vaststaat dat gedaagde heeft nagelaten de naam van de maker/verslaggever bij alle drie de artikelen te vermelden. Dit betekent dat er niet is voldaan aan het vereiste van artikel 15 lid 1 sub 3 Aw. Het beroep op de persexceptie gaat derhalve niet op. Dat gedaagde heeft aangeboden een rectificatie te plaatsen over het niet vermelden van de makers, maakt dit niet anders.

15. Eiseres heeft de schade begroot op € 880,56 in totaal. Zij stelt dat indien gedaagde vooraf toestemming van de Volkskrant had gevraagd en gekregen, de Volkskrant een bedrag van € 0,36 per overgenomen woord in rekening zou hebben gebracht. Dit komt volgens haar neer op € 440,28 in toaal. Gedaagde heeft dat niet weersproken. Eiseres heeft hiermee voldoende onderbouwd dat zij deze schade heeft geleden, zodat dit bedrag voor toewijzing in aanmerking komt."
 
16. Eiseres stelt dat dit bedrag met 100% moet worden verhoogd omdat de exclusiviteit van haar werk is uitgehold. Voorts stelt zij dat gedaagde moet worden ontmoedigd inbreuk te plegen op auteursrechten. De kantonrechter volgt deze stelling. Anders dan gedaagde aanvoert wordt ervan uitgegaan dat de inbreuk op de auteursrechten van eiseres schade oplevert. De aard van de schade brengt met zich mee dat deze - behoudens uitzonderingen die zich hier niet voordoen - geschat mag worden. De door eiseres gehanteerde systematiek is niet ondredelijk. Dit betekent dat de schade wordt begroot op € 880,56.

Lees de beschikking hier (xps / pdf)
Auteurswet, EVRM