Merkenrecht  

IEF 17734

Uitspraak ingezonden door Charles Gielen, NautaDutilh.

Geen commissie nu toegang tot Libanese markt voor ghee actief is tegengewerkt door merkregistratie

Hof Arnhem-Leeuwarden 29 mei 2018, IEF 17734; (Aczam tegen Koninklijke VIV Buisman), https://delex.nl/artikelen/geen-commissie-nu-toegang-tot-libanese-markt-voor-ghee-actief-is-tegengewerkt-door-merkregistratie

Hof Arnhem-Leeuwarden 29 mei 2018, IEF 17734 (Aczam tegen Koninklijke VIV Buisman) Als randvermelding. VIV heeft vanaf 1973 blikke ghee naar Libanon geëxporteerd onder de naam Cow Brand, later onder de naam Gold Medal en weer later Gold Plate. Eerst via Aczam met 2% commissie over de aan die klanten gefactureerde bedragen, later is de betaling gestaakt. Aczam heeft merk Cow Brand geregistreerd. De rechtbank in Beirout oordeelt dat Cow Brand aan Aczam toekomt en VIV wordt verboden producten onder dat merk in te voeren. Het merk Gold Medal (Al Bacchara al Haloub) maakt inbreuk op het handelsmerk Cow Brand (Al Bacchara al Haloub), tot in de hoogste instantie is dit in stand gehouden. Aczam vordert betaling van commissie en 2% van verkoopopbrengsten van in Libanon verkochte ghee-producten onder de naam Cow Brand. Aczam is haar verplichting zich in te spannen tot het instandhouden van toegang voor VIV tot de Libanese markt voor ghee vanaf 2004 niet nagekomen en zelfs actief tegengewerkt, dus is er geen recht op commissie. Het Hof bekrachtigt het vonnis waarvan beroep [IEF 15290].

IEF 17729

Uitspraak ingezonden door Kriek Wille en Marjolijn Ebels, Van Doorne.

Dit vonnis heeft dezelfde kracht als een opdracht tot wijzigen handelsnaam in Handelsregister

Rechtbank Den Haag 17 mei 2018, IEF 17729; (X te Moskou tegen gedaagde Y), https://delex.nl/artikelen/dit-vonnis-heeft-dezelfde-kracht-als-een-opdracht-tot-wijzigen-handelsnaam-in-handelsregister

Vzr. Rechtbank Den Haag 17 mei 2018 , IEF 17729 (X te Moskou tegen gedaagde Y) Merkenrecht. Handelsnaamrecht. X vordert dat Y verboden wordt gebruik te maken van het teken dat overeenstemt met haar in 2001 geregistreerd EU-woordmerk en wordt gebruik voor waren en diensten die overeenstemmen. X vordert ook verwijdering van een element uit de handelsnaam in het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel. Bij verstek bepaalt de rechtbank dat bij het niet (tijdig) voldoen, dit vonnis in de plaats komt van de daartoe te verrichten handelingen. Gelet hierop bestaat geen aanleiding om een dwangsom op te leggen.

IEF 17726

Uitspraak ingezonden door Jaap Bremer, Jos Klaus en Irenah Klink, BarentsKrans.

Hof: Oppositie KPN tegen depot PN grotendeels toegewezen

Hof Den Haag 29 mei 2018, IEF 17726; ECLI:NL:GHDHA:2018:1223 (KPN tegen KPP), https://delex.nl/artikelen/hof-oppositie-kpn-tegen-depot-pn-grotendeels-toegewezen

Hof Den Haag 29 mei 2018, IEF 17726; IEFbe 2585; ECLI:NL:GHDHA:2018:1223 (KPN tegen KPP) Merkenrecht. KPN heeft zonder succes oppositie ingesteld tegen het door KPP verrichte depot van het woordmerk PN. Minst genomen is er sprake van een geringe mate van overeenstemming in visueel en auditief opzicht. Deels zijn de betrokken waren en diensten van merk en teken identiek en deels in hoge mate soortgelijk zijn. Het Hof vernietigt de beslissing en wijst de oppositie toe voor de waren en diensten in klasse 9 en 38. Het depot wordt alleen ingeschreven voor de waren in klasse 25.

Van de inzender:

IEF 17714

Het principe van voor-voorgebruik GELDOF niet uitgebreid tot ascendenten van deposant

Belgische gerechten 5 mrt 2018, IEF 17714; https://delex.nl/artikelen/het-principe-van-voor-voorgebruik-geldof-niet-uitgebreid-tot-ascendenten-van-deposant

Hof van Beroep Gent 5 maart 2018, IEFbe 2575; IEF 17714 (Geldof tegen Engicon) Merkenrecht. Recht op gebruik eigen naam. Depot te kwader trouw. Eiseressen exploiteren een GELDOF METAALCONSTRUCTIE en vorderen met succes bij de rechtbank van koophandel [IEFbe 1612] de doorhaling van merkdepot van GELDOF door mevrouw Geldof. Het Hof bevestigt de bestreden vonnissen. Het gedeponeerde Benelux woordmerk GELDOF is nietig wegens manifest te kwader trouw. Appellante levert geen enkel bewijs dat zij voorbereidingen had getroffen om onder de eigen naam zelfstandige activiteiten te ontwikkelen. De stelling van appellante dat het principe van voor-voorgebruiker zou moeten worden uitgebreid met betrekking tot het voor-voorgebruik van ascendenten van deposant (haar vader) is juridisch nergens onderbouwd.

IEF 17719

Afstemmingsregel toegepast in paars kleurmerkzaak op partij die geen partij was in bodemzaak

Hof Arnhem-Leeuwarden 22 mei 2018, IEF 17719; ECLI:NL:GHARL:2018:4622 (GSK tegen Sandoz), https://delex.nl/artikelen/afstemmingsregel-toegepast-in-paars-kleurmerkzaak-op-partij-die-geen-partij-was-in-bodemzaak

Hof Arnhem-Leeuwarden 22 mei 2018, IEF 17719; IEFbe 2578; ECLI:NL:GHARL:2018:4622 (GSK tegen Sandoz) Beroep na IEF 15580 waarin de voorzieningenrechter de inburgering van het paarse kleurmerk onvoldoende aannemelijk acht. Toepassing afstemmingsregel op een partij die niet betrokken was in een bodemzaak, maar wel in het daarop volgende kort geding, omdat beide zaken materieel betrekking hebben op dezelfde kwestie. Het kleurmerk is geldig volgens de bodemzaak van de rechtbank van Koophandel Brussel [IEFbe 2520]. Het erga omnes-karakter van het merkrecht brengt mee dat dit ook geldt ten opzichte van Sandoz B.V., die geen partij in de Belgische bodemzaak is. In zoverre slagen de grieven van GSK. De rechtbank Brussel heeft, in strijd met vaste rechtspraak van het Hof van Justitie, de beschermingsomvang van het kleurmerk ten onrechte beperkt tot "tot die precieze kleurtint en -code die werd gedeponeerd als merk". Het beroep van GSK op artikel 2.20 lid 1 sub b en c van het BVIE is afgewezen, omdat het relevante publiek van artsen en apothekers, beslist op basis van werkzame stoffen en niet op basis van de kleur, zodat het "aanleunen van beide tinten niet relevant is voor de keuze" en dus geen verwarringsgevaar of onterechte associatie kan opleveren. Het hof beslist in lijn met het oordeel van Brussel rechtbank in het vonnis en wijst de inbreukvorderingen af. Het hof overweegt ten overvloede dat daarnaast het belang bij de gevraagde voorzieningen ontbreekt. Het Hof bekrachtigt het vonnis waarvan beroep.

IEF 17718

Uitspraak en samenvatting aangebracht door Jeroen Muyldermans & Olivier Vrins, Altius.

Vragen aan BenGH: Kan de artistieke vrijheid een geldige reden uitmaken in de zin van BVIE?

Belgische gerechten 12 apr 2018, IEF 17718; (The Damn Pérignon Collections), https://delex.nl/artikelen/vragen-aan-bengh-kan-de-artistieke-vrijheid-een-geldige-reden-uitmaken-in-de-zin-van-bvie

Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 12 april 2018, IEF 17718; IEFbe 2576(The Damn Pérignon Collection) Merkenrecht. Vrijheid van meningsuiting. Vragen aan Benelux Gerechtshof. Een kunstenaar gebruikt het teken 'Damn Pérignon' in kunst. Het gebruik van de gewraakte tekens voor kleding trekt ongerechtvaardigd voordeel uit de bekendheid van de Dom Pérignon merken. Verweerster buit het imago van chique en vintage uit dat verbonden is met deze merken, en eigent zich het recht toe van de merkhouder om te bepalen met welke ondernemingen zij samenwerkt in het kader van marketing of sponsoring.

Het gebruik van het teken “Damn Pérignon” is bovendien schadelijk voor de reputatie. Het gebruik van scheldwoorden en de ‘boudoir’ context van promotie daarvan heeft een negatieve invloed op het imago van kwaliteit, luxe, vintage en traditie waarvoor de Dom Pérignon merken garant willen staan.

IEF 17713

Uitspraak ingezonden door Bert Gravendeel, Gravendeel Advocaten.

Kwantum heeft geen spoedeisend belang bij de voorlopige voorzieningen

Rechtbank Amsterdam 9 mei 2018, IEF 17713; (Kwantum tegen Kwantex c.s.), https://delex.nl/artikelen/kwantum-heeft-geen-spoedeisend-belang-bij-de-voorlopige-voorzieningen

Rechtbank Amsterdam 9 mei 2018, IEF 17713 (Kwantum tegen Kwantex c.s.) Merkenrecht. Kwantum vordert bij wijze van voorlopige voorziening Kwantex c.s. de inbreuk op haar merken te staken. Kwantum heeft geen spoedeisend belang bij de gevraagde voorlopige voorzieningen. In de hoofdzaak, waarin door Kwantex c.s. nog een conclusie van antwoord moet worden genomen, is nog geen eindbeslissing toewijsbaar. Daarnaast heeft Kwantum onvoldoende onderbouwd dat van haar niet kan worden gevergd dat zij de eindbeslissing in de hoofdzaak afwacht. Het gevraagde wordt afgewezen.

IEF 17707

Voorgebruik moet na samenwerking wel bekend zijn met handelsnaam, merkdepot nietig

Rechtbank Gelderland 12 jun 2018, IEF 17707; ECLI:NL:RBGEL:2017:6935 (Roestvast staalindustrie Mosman tegen Drimple-t), https://delex.nl/artikelen/voorgebruik-moet-na-samenwerking-wel-bekend-zijn-met-handelsnaam-merkdepot-nietig

Rechtbank Gelderland 12 juli 2017, IEF 17707; ECLI:NL:RBGEL:2017:6935 (Roestvast staalindustrie Mosman tegen Dimple-t) Gedaagde heeft een rekenkundig model en software ontwikkeld dat bruikbaar is bij het ontwerpen van zogenaamde ‘bulk solids coolers en heaters’. Het rekenkundig model en de software zijn strikt geheim. Gedaagde is gaan samenwerken met eiseres en heeft na enige tijd de samenwerkingsovereenkomst opgezegd. Vorderingen in conventie worden afgewezen. In reconventie wordt verklaart dat gedaagde haar handelsnaam en domeinnamen mag overdragen zonder schending van enig recht van Mosman. Het door Mosman gedeponeerde woordmerk 'Dimple-t' is nietig voor alle klassen waarvoor het is ingeschreven. De rechtbank acht het niet aannemelijk dat Mosman geen wetenschap heeft gehad van voorgebruik binnen de Benelux van het merk. Integendeel, partijen hebben geruime tijd – van 1 december 2010 tot 1 april 2016 – met elkaar samengewerkt en in die periode werden facturen aan Mosman gestuurd onder de naam 'Dimple-t Bulk Solids Coolers’.  Het depot is onrechtmatig.

IEF 17697

HvJ EU: Het aanbrengen van een klein etiket bij parallelimport is geen ompakking

HvJ EU 17 mei 2018, IEF 17697; ECLI:EU:C:2018:322 (Junek Europ-Vertrieb tegen Lohmann & Rauscher International), https://delex.nl/artikelen/hvj-eu-het-aanbrengen-van-een-klein-etiket-bij-parallelimport-is-geen-ompakking

HvJ EU 17 mei 2018, IEF 17697; LS&R 1608; ECLI:EU:C:2018:322, (Junek Europ-Vertrieb tegen Lohmann & Rauscher International) Merkenrecht. Uitputting. Lohmann & Rauscher International is houder van het Uniemerk “Debrisoft” (nr. 8852279). Junek Europ-Vertrieb is gevestigd in Oostenrijk en verhandelt in Duitsland via parallelimport medische hulpmiddelen van Lohmann & Rauscher International. Junek Europ-Vertieb heeft op de doos een klein etiket aangebracht met hun contactgegevens, een streepjescode en een centraal farmaceutisch nummer. Het etiket maakte het merk van Lohmann & Rauscher International niet onzichtbaar. Er is geen sprake van ompakking, omdat de oorspronkelijke verpakking van het betrokken medisch hulpmiddel verder niet is geopend. De houder van een merk kan zich niet ertegen verzetten dat een medisch hulpmiddel in zijn oorspronkelijke binnen‑ en buitenverpakking verder wordt verhandeld door een parallelimporteur, wanneer deze een klein etiket heeft aangebracht. De aan het merk verbonden rechten zijn uitgeput.

Artikel 13, lid 2, van [UniemerkVo] moet aldus worden uitgelegd dat de houder van een merk zich niet ertegen kan verzetten dat een medisch hulpmiddel in zijn oorspronkelijke binnen‑ en buitenverpakking verder wordt verhandeld door een parallelimporteur, wanneer deze een extra etiket zoals het etiket dat in het hoofdgeding aan de orde is, heeft aangebracht dat gezien zijn inhoud, functie, formaat, presentatie en plaatsing geen risico vormt voor de garantie van de herkomst van het medische hulpmiddel dat van dat merk is voorzien.

IEF 17696

Ingezonden door Thierry van Innes, Van Innis & Delarue

Hema veroordeeld tot schadevergoeding van 4,5 miljoen euro wegens merkinbreuk

Belgische gerechten 14 mei 2018, IEF 17696; (Levi Strauss tegen Hema), https://delex.nl/artikelen/hema-veroordeeld-tot-schadevergoeding-van-4-5-miljoen-euro-wegens-merkinbreuk

FR Rechtbank van Koophandel Brussel 14 mei 2018, IEF 17696; IEFbe 2570 (Levi Strauss tegen Hema) Merkenrecht. Levi Strauss is houder van het zogenaamde Arcuate-beeldmerk. Hema heeft ruim 220.000 broeken verkocht met tekens die lijken op het beeldmerk van Levi’s. De tekens die door Hema worden gebruikt zijn niet identiek aan die van Levi’s. Hema gebruikt niet twee maar drie gebogen lijnen, die ook niet in het midden van een vijfhoekige tekening ontmoeten, maar iets aan de linkerkant. Aangezien de tekeningen verschillend zijn, kan er dus geen sprake zijn van het gebruik van identieke tekens. De tekens van Hema vertonen echter wel significante gelijkenissen met het Arcuate-beeldmerk. Gebruik van de tekens levert daardoor verwarringsgevaar op. Hema maakt merkinbreuk en wordt verboden de tekens te gebruiken. Hema wordt veroordeeld tot schadevergoeding van €4.432.060.