Nakoming van naar vrij artistiek inzicht nieuw te maken werk
Rechtbank Rotterdam 23 juli 2014, IEF 14120 (gastcurator - kunstenaar)
Kunstverzamelaar/gastcurator spreekt kunstenaar en zijn galerie aan wegens het in strijd met gemaakte afspraken niet ter beschikking stellen en in eigendom overdragen van naar vrij artistiek inzicht nieuw te maken werk(en) ten behoeve van expositie in Gemeentemuseum. Bewijsopdracht ten aanzien van inhoud afspraken.
2.1.
[eiser] is kunstverzamelaar en curator van exposities. [eiser] was gastcurator van de van juni tot september 2013 in het Gemeentemuseum Den Haag (hierna: het Gemeentemuseum) gehouden expositie ‘Grensverleggend’/‘Transforming the Known’.
2.2.
[gedaagde] is kunstenaar, en maakt onder meer conceptuele kunst en performance art. [gedaagde2] is een galerie en vertegenwoordigt onder meer [gedaagde]. Indien [gedaagde2] kunstwerken van [gedaagde] verkoopt, sluit zij ter zake koopovereenkomsten in eigen naam, en rekent zij af met [gedaagde] conform de daarover tussen hen gemaakte afspraken.
4.8.
Hoewel de vordering onder III onder a) ziet op een unieke installatie en onder b) op drie genoemde werken, is ter comparitie toegelicht dat [eiser] met beide aanduidingen doelt op hetzelfde: door [gedaagde] naar zijn eigen artistieke inzicht speciaal voor de expositie in het Gemeentemuseum nieuw te vervaardigen werk, dat ruimtevullend diende te zijn, aldus dat het kon gaan om één centraal in de expositieruimte te plaatsen werk of verschillende, aan drie wanden te plaatsen werk. De in de dagvaarding genoemde namen ‘[kunstwerk1]’ en ‘[kunstwerk2]’ zijn slechts genoemd als verwijzing naar eerder werk van [gedaagde] dat [eiser] zeer aansprak, is namens [eiser] toegelicht.
De rechtbank verstaat de vordering onder III zo, dat de onder a) gevorderde verklaring voor recht ziet op de schade die is geleden als gevolg van het niet kunnen exposeren van dit beoogde nieuwe werk tijdens de expositie ‘Grensverleggend’/‘Transforming the known’, en dat de onder b) primair gevorderde nakoming en subsidiair gevorderde schadevergoeding ziet op het niet door [eiser] in eigendom hebben verkregen van dit beoogde nieuwe werk.
4.11.
Voor toewijzing van het gevorderde onder III sub b moet komen vast te staan dat tussen partijen overeenstemming is bereikt over het aan [eiser] in eigendom overdragen van het voor de expositie te vervaardigen - maar uiteindelijk niet vervaardigde - werk, zoals [eiser] stelt maar [gedaagden] betwist.
Voor zover [gedaagden] bedoelt te stellen dat [eiser] geen eigen rechten kan uitoefenen omdat hij zich als curator van het Gemeentemuseum heeft gepresenteerd, gaat de rechtbank daaraan voorbij. Uit de stukken en de verklaringen ter zitting wordt voldoende duidelijk dat [gedaagden] begrepen dat [eiser] zichzelf niet alleen als gastcurator maar ook als verzamelaar presenteerde, en niet (laat staan uitsluitend) als vertegenwoordiger van het Gemeentemuseum. Niet in geschil is dat in ieder geval tijdens het bezoek van [gedaagde] en mevrouw [gedaagde2] aan Nederland andere personen dan [eiser] namens het Gemeentemuseum optraden.
5.1.
draagt [eiser] op te bewijzen dat op 9 januari 2013 met [gedaagden], althans [gedaagde2], overeenstemming is bereikt over het na de expositie door [eiser] in eigendom verwerven van het werk dat - of de werken die - [gedaagde] voor de expositie in het Gemeentemuseum zou maken,