HR over het gevolg van vernietiging arbitragevonnis over executie IE-rechten
HR 22 maart 2024, IEF 21967; ECLI:NL:HR:2024:464 (Russische Federatie tegen HVY). Partijen hebben vooraf aan deze zaak in eerste aanleg geprocedeerd bij de voorzieningenrechter [zie IEF 19526]. Vervolgens is geprocedeerd bij het gerechtshof in Den Haag [zie IEF 20836]. In deze zaak is er sprake van een internationaal privaatrechtelijk executiegeschil met betrekking tot de uitvoering van een beslissing op grond van artikel 438 Rv. In cassatie komt de Russische Federatie onder andere op tegen het oordeel van het hof dat de Russische Federatie zich niet met succes kan beroepen op immuniteit. De Russische Federatie komt onder andere op tegen de huidige stand van de vernietigingsprocedure met betrekking tot de arbitrale beslissingen. Zij stelt dat dit niet meebrengt dat de tenuitvoerlegging daarvan is geschorst. De Russische Federatie heeft een verzoek tot ingediend op basis van artikel 1066 lid 2 Rv.