Schuif aan bij het Reclamerechtcongres
Binnenkort vindt weer het jaarlijkse Reclamerechtcongres plaats. Omdat we weer online gaan, verdelen we programma over twee webinars op 10 december en 28 januari. Dagvoorzitters Ebba Hoogenraad en Willem Leppink zorgen voor de rode draad in het programma.
Programma op 10 december
Welke onderwerpen beheersen de reclame on- en offline? Op 10 december komt de vrijheid van meningsuiting, politieke reclame en misinformatie in reclame aan bod. Hoe staan we er nu voor, wat is toegestaan en waar liggen de grenzen? Christiaan Alberdingk Thijm licht toe.
Bjorn Schippers neemt ons mee in de wereld van entertainment, met zijn presentatie over muziekrechten in reclame. Aan de hand van praktijkvoorbeelden van zijn cliënten laat hij zien wat er juridisch komt kijken bij het realiseren van audiovisuele producties.
De ACM heeft begin 2020 een behoorlijke agenda opgesteld met aandachtspunten. Hoe is 2020 verlopen? Anne-Jel Hoelen blikt terug. En: in dit eerste blok presenteert Ebba Hoogenraad haar ongeëvenaarde overzicht van hits and misses in de rechtspraak van het afgelopen jaar.
Uitspraak ingezonden door Dirk Visser, Visser Schaap & Kreijger.
Schadevergoeding voor acteurs uit serie 'Bassie en Adriaan'
Rechtbank Rotterdam 25 november 2020, IEF 19611; ECLI:NL:RBROT:2020:10655 (Acteurs tegen Adrina en Bassie) Schadestaat. Vervangende schadevergoeding. Acteurs hebben tussen 1977 en 1992 meegewerkt aan tv-series met “Bassie en Adriaan” in de hoofdrol. Aan de acteurs dient alsnog een vergoeding te worden betaald voor het gebruik vanaf 15 februari 2002 van hun acteerprestaties in vier series met “Bassie en Adriaan” op video of DVD. De schade kan niet nauwkeurig worden vastgesteld en wordt geschat (art. 6:97 BW). Adrina c.s wordt veroordeeld tot betaling van € 15.000,00.
Geen billijke vergoeding voor fonogram in audiovisueel werk
HvJ EU 18 november 2020, IEF 19610, IEFbe 3152; ECLI:EU:C:2020:935 (Atresmedia tegen AGEDI en AIE) Naburige rechten. Prejudiciële verwijzing. Atresmedia heeft meerdere televisiezenders. Op deze zenders worden audiovisuele werken uitgezonden waarin fonogrammen zijn opgenomen. AGEDI en AIE zijn entiteiten die respectievelijk de intellectuele eigendomsrechten van producenten van fonogrammen en die van uitvoerende kunstenaars beheren. In 2010 hebben deze entiteiten een vordering ingesteld tot veroordeling van Atresmedia tot betaling van een schadevergoeding wegens de mededeling aan het publiek van voor handelsdoeleinden uitgegeven fonogrammen of van reproducties daarvan. Zij menen dat de door Atresmedia verrichte mededeling aan het publiek van audiovisuele werken recht geeft op de enkele billijke vergoeding waarin de richtlijnen betreffende bepaalde naburige rechten voorzien.
Vacature: senior advocaat IT & Privacy
Advocatenkantoor Cordemeyer & Slager is op zoek naar een ervaren advocaat op het gebied van IT en privacy (7-10 jaar relevante werkervaring).
Cordemeyer & Slager / Advocaten werkt al meer dan 35 jaar als niche kantoor in de IT, een sector die ons boeit en inspireert en waarin wij het verschil maken. C&S kenmerkt zich door lange termijn relaties met haar cliënten en straight forward adviezen. Onder onze cliënten bevinden zich internationale en nationale ondernemingen, variërend van startups tot groot MKB. Onze advocaten zijn gespecialiseerd op het gebied van IT recht, IE, privacy, arbeidsrecht, mediation, aanbestedingsrecht en ondernemingsrecht.
Lees verder.
VoetbalTV hoeft boete AP niet te betalen
Rechtbank Midden-Nederland 23 november 2020, IEF 19608, IT 3337; ECLI:NL:RBMNE:2020:5111 (VoetbalTV tegen Autoriteit Persoonsgegevens) Privacyrecht. VoetbalTV is een (inmiddels failliet) internetplatform waarop amateurvoetbalwedstrijden worden uitgezonden. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) vindt dat VoetbalTV voor het maken van opnames en het uitzenden van voetbalwedstrijden geen geldige grondslag heeft en zij verwerkt daarmee dus onrechtmatig persoonsgegevens. Volgens de AP maakt VoetbalTV door de opnames inbreuk op de privacy van een groot aantal betrokkenen, onder wie veel minderjarige voetballers en rechtvaardigt dit een boete van € 575.000,-.
Uitspraak ingezonden door Helen Maatjes, The Legal Group.
Inbreuk op delicatessenmerk
Vzr. Rechtbank Amsterdam 24 november 2020, IEF 19606; C/13/691561 / KG ZA 20-939 CdK/LO (Delicious Food c.s. tegen Enrico) Merkenrecht. Delicious Food produceert en verkoopt diverse delicatessen. Met haar producten onder de merknaam ‘Delicious’ richt zij zich voornamelijk op producenten van kerstpakketen en delicatessenwinkels. Enrico brengt eveneens delicatessen op de markt voor kerstpakketten en gebruikt de aanduiding ‘Delizioso’. Delicious Food vordert kortgezegd Enrico te veroordelen iedere inbreuk op het merkenrecht van Delicious Food te staken. Er is sprake van een met het merk overeenstemmend teken dat wordt gebruikt voor dezelfde waren. De totaalindruk van beide tekens die zowel visueel, auditief als begripsmatig gelijkenis vertoont, levert gevaar voor verwarring op. Delicious Food heeft bovendien aangetoond dat verwarring ook daadwerkelijk is opgetreden. Wel speelt het tijdsverloop tussen het moment dat Delicious Food op de hoogte raakte van het gebruik van het teken en het verzenden van de eerste sommatie een rol. Om Enrico nog te gebieden voor het kerstseizoen van 2020 haar producten uit de handel te halen, dan wel van andere etiketten te voorzien wordt disproportioneel geacht. Het verbod zal daarom pas gelden vanaf 1 maart 2021.
Vordering tot staking gebruik logo afgewezen
Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 1 oktober 2020, IEF 19605; ECLI:NL:RBMNE:2020:4154 (Kickboxing Institute tegen gedaagde) Kort geding. Merkenrecht. Auteursrecht. Kickboxing Institute heeft diverse kickboxingscholen in Nederland. Gedaagde is in het verleden franchisenemer geweest van Kickboxing Institute. Over de ontbinding van de franchiseovereenkomst loopt een geschil bij de rechtbank. Gedaagde is na de breuk een eigen onderneming gestart. Volgens Kickboxing Institute maakt gedaagde met zijn logo inbreuk op zowel haar merkenrecht als haar auteursrecht. Van een gelijk of overeenstemmend teken is echter geen sprake, zodat geen sprake is van een merkenrechtelijke inbreuk. Evenmin komt een inbreuk op het auteursrecht op het logo vast te staan. Het logo is ontworpen naar aanleiding van een soort ontwerp-competitie die gewonnen is door iemand in Indonesië. Kickboxing Institute heeft dit standpunt van gedaagde niet gemotiveerd weersproken. Subsidiair stelt Kickboxing Institute dat gedaagde het logo slaafs heeft nagebootst. Vooropgesteld wordt dat het beoordelingskader van slaafse nabootsing uitgaat van stoffelijke producten. Voor zover dit van toepassing is op logo’s, is naar het oordeel van de voorzieningenrechter te weinig gelijkenis tussen beide logo’s om van nabootsing te kunnen spreken. De vorderingen worden afgewezen.
Lancering online databank Jurisprudentie Onrechtmatige Uitingen (JUROU)
Jurisprudentie Onrechtmatige Uitingen (JUROU) is een online databank die wordt uitgegeven door deLex Media. De databank wordt dagelijks bijgehouden met jurisprudentie op het gebied van onrechtmatige uitingen. Bronnen die hiervoor worden gebruikt zijn onder meer uitspraken van het Hof van Justitie van de Europese Unie en de European Court of Human Rights, berichten van het expertisecentrum Europees Recht van het ministerie van Buitenlandse Zaken, IE-Forum.nl, het tijdschrift Mediaforum en Rechtspraak.nl.
Lees meer over JUROU en de mogelijkheden om gebruiker te worden van deze databank.
Artikel ingezonden door Paul Steinhauser, jurist IE.
Paul Steinhauser: de relatieve geldigheid van het merk
Het blijkt niet eenvoudig om met de wetgeving in de hand te beoordelen of het ene merk te dicht in de buurt komt van het andere merk. Of het nu gaat om een oppositie of een inbreukprocedure, meer dan eens wordt in hoger beroep anders geoordeeld dan in eerste aanleg. De betreffende artikelen van de UMV en de Merkenrichtlijn 2015 (hierna: MR) dienen als checklist bij het beoordelen van de criteria om de kans van slagen te beoordelen.
Wat de juiste uitleg is van de wettelijke criteria volgt met name uit de rechtspraak van het HvJ EU (hierna: het Hof). Belangrijkis dat het Hof in het kader van de uitleg van artikel 8 lid 1, onder b UMV heeft duidelijk gemaakt dat de toelaatbaarheid van een merk in het licht van een overeenstemmend ouder merk in twee fasen (of twee stappen, zo je wilt) moet worden beoordeeld.
Lees verder.
Uitspraak ingezonden door Nanda Ruyters en Anniek Schalekamp, BRight Advocaten.
Domeinnaam moet overgedragen worden aan KVK
Vzr. Rechtbank Noord-Holland 23 oktober 2020, IEF 19598, IT 3331; ECLI:NL:RBNHO:2020:8538 (Kamer van Koophandel tegen BV) Domeinnaamrecht. Handelsnaamrecht. Kort geding. Gedaagde is een BV die zich richt op het aannemen van bouwwerken. Gedaagde is houder van de domeinnaam 'zakelijkuittreksel.nl'. Op die website worden uittreksels uit het Handelsregister van de KVK aangeboden. De KVK heeft een geschillenprocedure bij het WIPO ingediend. Daarin heeft het WIPO bevolen dat KVK de domeinnaamhouder wordt. Gedaagde ontkent enige bemoeienis met de website te hebben en beroept zich in feite op identiteitsfraude. De voorzieningenrechter acht dit verweer niet als onaannemelijk. Om hierover te kunnen oordelen is echter nader bewijs nodig. Voor zover de vorderingen van KVK zien op haar merk- en handelsnaamrechten, kunnen deze niet worden toegewezen. Wat betreft de inbreukmakende domeinnaam, heeft gedaagde niet weersproken dat deze op diens naam staat geregistreerd. Gedaagde wordt veroordeeld om al hetgeen te doen wat van haar zijde nodig is om te bewerkstelligen dat de domeinnaam 'zakelijkuittreksel.nl' aan KVK wordt overgedragen. Indien gedaagde daaraan niet voldoet, treedt dit vonnis in de plaats van de voor de overdracht noodzakelijke wilsverklaring, zodat het vonnis dezelfde kracht heeft als een akte.