Auteursrecht  

IEF 20844

Conclusie A-G: prejudiciële vraag over 'mededeling aan publiek'

Hoge Raad 24 jun 2022, IEF 20844; ECLI:NL:PHR:2022:625 (DLZ tegen Sena en Buma), https://delex.nl/artikelen/conclusie-a-g-prejudici-le-vraag-over-mededeling-aan-publiek

HR conclusie A-G 24 juni 2022, IEF 20844; ECLI:NL:PHR:2022:625 (DLZ tegen Sena en Buma) DLZ heeft Sena en Buma in 2018 gedagvaard. Zij vorderde dat de rechtbank voor recht zou verklaren dat in de gemeenschappelijke woonkamers geen sprake is van openbaarmaking van muziek. De kantonrechter wees de vordering af en oordeelde dat er sprake was van een ‘openbaarmaking’ in de zin van de Aw en de Wnr, [IEF 17981]. Tegen dit oordeel heeft DLZ hoger beroep ingesteld. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter bekrachtigd en heeft de vorderingen DLZ afgewezen [IEF 19852]. Vervolgens is door DLZ beroep in cassatie ingesteld tegen dit arrest.

IEF 20837

Rechtstreekse vergoedingsplicht voor online platformen in België

Op 16 juni jl. heeft het Belgische parlement een nieuwe wet omtrent auteurs- en naburige rechten goedgekeurd. Een vrij uniek gegeven is dat de Belgische wet bepaalde online platformen een rechtstreekse vergoedingsverplichting oplegt. Het gaat hierbij om de volgende platformen:

- De online content-sharing platformen
- Streamingplatformen met abonnementformules, zoals Spotify, Netflix en Apple Music

Er zijn een reeks uitzonderingen voorzien. Belangrijk is bijvoorbeeld dat de platformen winst moeten nastreven. Niet-commerciële platformen zijn dus niet gevat. Ook platformen die werken met transacties vallen hier niet onder. Dat zijn bijvoorbeeld platformen waar je een som betaalt voor de aankoop of de huur van een audiovisueel werk.
Het rechtstreekse vergoedingsrecht is niet overdraagbaar en is van toepassing wanneer een auteur of uitvoerend kunstenaar het recht op mededeling aan het publiek door die online platformen heeft overgedragen. De vergoeding wordt enkel uitbetaald aan collectieve beheersvennootschappen die auteurs of uitvoerende kunstenaars vertegenwoordigen. Je moet dus lid worden om hierop recht te hebben. Ook hier zijn de modaliteiten nog niet duidelijk. Concreet zullen de beheersvennootschappen onderhandelen met de platformen om die modaliteiten af te spreken.

IEF 20832

Conclusie tot vernietiging en verwijzing in principale cassatieberoep

Hoge Raad 3 jun 2022, IEF 20832; ECLI:NL:PHR:2022:534 (Brein tegen NSE ), https://delex.nl/artikelen/conclusie-tot-vernietiging-en-verwijzing-in-principale-cassatieberoep

HR conclusie A-G 3 juni 2022, IEF 20832; ECLI:NL:PHR:2022:534 (Brein tegen NSE) Deze conclusie betreft een zaak die opnieuw bij de Hoge Raad ligt. Het gaat om een tweede nadere conclusie van P-G van Peursem. De Hoge Raad heeft bij tussenarrest van 5 april 2019 [IEF 18372] prejudiciële vragen gesteld aan het HvJ. Per brief van 29 juni 2021 werd door de griffier van het Hof gevraagd of beantwoording van de vragen van de Hoge Raad nog nodig was met het oog op het Youtube en Cyando­-arrest [IEF 20039]. Van Peursem concludeert in zijn conclusie tot vernietiging en verwijzing in het principale cassatieberoep wegens het slagen van een motiveringsklacht en tot verwerping van het incidentele cassatieberoep.

IEF 20830

Gezamenlijk auteursrecht op televisieformat

Rechtbank Amsterdam 25 mei 2022, IEF 20830; ECLI:NL:RBAMS:2022:2927 (Eiseres tegen gedaagden ), https://delex.nl/artikelen/gezamenlijk-auteursrecht-op-televisieformat

Rb. Amsterdam 25 mei 2022, IEF 20830; ECLI:NL:RBAMS:2022:2927 (Eiseres tegen Gedaagden) Eiseres heeft gewerkt voor gedaagden. Eiseres en gedaagde 1 hebben een exploitatieovereenkomst gesloten voor een bepaald televisieformat. Eiseres heeft even later ontslag genomen. De advocaat van eiseres heeft gedaagden per brief bericht dat eiseres de exploitatieovereenkomst ontbindt, dan wel vernietigt. Tussen partijen is in geschil wie het auteursrecht op het format heeft. De rechtbank oordeelt dat in de exploitatieovereenkomst weliswaar staat dat het format door eiseres is ontwikkeld, maar dat onvoldoende duidelijk is geworden dat eiseres enig maker van het format is. De rechtbank meent dat er sprake is van een gezamenlijke inspanning. De rechtbank komt tot de conclusie dat partijen medemakers zijn en dus een gezamenlijk auteursrecht op het format hebben.

IEF 20815

Uitspraak ingezonden door Margot van Gerwen en Charlotte Garnitsch, Taylor Wessing.

Voorzieningenrechter wijst alle vorderingen van Scopema af

Rechtbank Amsterdam 1 jul 2022, IEF 20815; ECLI:NL:RBAMS:2022:4410 (Scopema tegen gedaagde), https://delex.nl/artikelen/voorzieningenrechter-wijst-alle-vorderingen-van-scopema-af

Vzr. Rb. Amsterdam 1 juli 2022, IEF 20815; ECLI:NL:RBAMS:2022:4410 (Scopema tegen gedaagde) Een zaak over zit/slaapbanken en draaiplateaus voor in busjes. Scopema had gedaagde gedagvaard op grond van auteursrechtinbreuk, slaafse nabootsing en ongeoorloofd parasiteren. De voorzieningenrechter wijst alle vorderingen van Scopema af. Er is geen sprake van auteursrechten, omdat alle ingeroepen elementen niet origineel, ofwel banaal, ofwel functioneel bepaald zijn, of een combinatie van die drie. Aan de inbreukvraag wordt niet toegekomen. Slaafse nabootsing wordt ook afgewezen. Er is geen sprake van verwarring omdat de totaalindruk van de bank van gedaagde afwijkt van die van Scopema, en overgenomen keuzes zijn gedaan in het kader van de deugdelijkheid en bruikbaarheid van producten. Ook van een onrechtmatig profiteren van de prestatie van Scopema is geen sprake. Het enkele feit dat [naam bedrijf] distributeur is geweest is onvoldoende voor een geslaagd beroep op het leerstuk van parasiteren, waarvoor een hoge drempel geldt. De rechter weigert de door Scopema gevraagde voorzieningen. 

IEF 20808

Gedaagde kan partijen in vrijwaring dagvaarden

Rechtbank Gelderland 22 jun 2022, IEF 20808; ECLI:NL:RBGEL:2022:3082 (Eiseres tegen gedaagden), https://delex.nl/artikelen/gedaagde-kan-partijen-in-vrijwaring-dagvaarden

Rb. Gelderland 22 juni 2022, IEF 20808, IT 3980; ECLI:NL:RBGEL:2022:3082 (eiseres tegen gedaagden) Eiseres (licentiegever) en gedaagden (licentienemers) hebben voor de periode 1 maart 2011 t/m 31 december 2013 een licentieovereenkomst gesloten voor gebruik van door eiseres ontwikkelde software. Deze overeenkomst is vervolgens door gedaagden opgezegd. Eiseres vordert onder meer inzage in de in beslag genomen bescheiden. Zij stelt dat het voldoende aannemelijk is dat gedaagden inbreuk maken op een intellectueel eigendomsrecht. De rechtbank acht het wenselijk om deze incidentele vordering te bespreken met partijen en zal daarom een mondelinge behandeling gelasten. De gedaagden willen op hun beurt ECI en een medewerker van GNB (de partij die het softwarepakket aan gedaagden heeft geleverd) in vrijwaring dagvaarden. Dit kan alleen als de gedaagden menen hiertoe gronden te hebben. Indien hetgeen gedaagden hebben gesteld juist is, kunnen zij de nadelige gevolgen van een eventuele auteursrechtinbreuk (geheel of ten dele) afwentelen op ECI en/of de medewerker. Hierdoor hebben gedaagden de benodigde grond voor het in vrijwaring dagvaarden van ECI en de medewerker.

IEF 20807

Geen tekortkoming, dus geen schadevergoeding

Rechtbank Gelderland 15 jun 2022, IEF 20807; ECLI:NL:RBGEL (Uitgever tegen schrijver), https://delex.nl/artikelen/geen-tekortkoming-dus-geen-schadevergoeding

Ktr. Rb. Gelderland 15 juni 2022, IEF 20807; ECLI:NL:RBGEL:2022:2912 (Uitgever tegen schrijver) Eiser is een uitgeverij en gedaagde is schrijver. Eiser en gedaagde hebben een auteurscontract gesloten voor de uitgave van een boek. Nadat het boek in verkoop was gegaan, heeft de dochter van gedaagde zowel gedaagde als eiser gesommeerd te stoppen met de uitgave van het boek. Eiser vordert schadevergoeding van gedaagde vanwege het onverplicht uit de handel nemen van de boeken. Gedaagde betwist tekort te zijn geschoten en vordert betaling van de opbrengst van de reeds verkochte boeken. De rechter oordeelt dat uit het auteurscontract geen verplichting voor gedaagde volgt om actief op te treden. De rechter is daarom van oordeel dat gedaagde niet tekort is geschoten. Ook heeft eiser zelf besloten de verkoop van het boek (tijdelijk) op te schorten. De vordering tot schadevergoeding van eiser wordt daarom afgewezen. Eiser geeft aan dat de opbrengst van de boeken die aan de gedaagde toekomt verrekend is met zijn schadevergoeding. Nu de rechter de vordering tot schadevergoeding heeft afgewezen, kan de opbrengst niet op deze manier verrekend worden. De vordering van de gedaagde wordt toegewezen.

IEF 20801

Gezamenlijk auteursrecht bij samenwerking muziekvideo

Antilliaanse Gerechten 20 jun 2022, IEF 20801; ECLI:NL:OGEAC:2022:154 (Eisers tegen gedaagde), https://delex.nl/artikelen/gezamenlijk-auteursrecht-bij-samenwerking-muziekvideo

Vzr. Gerecht van eerste aanleg van Curaçao 20 juni 2022, IEF 20801; ECLI:NL:OGEAC:2022:154 (Eisers tegen gedaagde) Eiser 1 is eigenaar van de muziekgroep Icons en eiser 2 is de manager van de groep. Binnen deze muziekgroep valt ook de groep Catipa waar gedaagde als musicus samen een nummer mee heeft gemaakt genaamd Bon Tene. Deze samenwerking is beëindigd na onenigheid over de vergoeding van gedaagde. Nadat gedaagde was vertrokken uit de samenwerking hebben Catipa en anderen het nummer Bon Tene omgezet naar het nummer Amor Real, dat in de meeste opzichten afwijkt van het origineel. Naast een gelijk klinkende intro bevat het nieuwe nummer ook twee korte samples van Bon Tene waarin de stem van gedaagde is te horen. Nadat dit nieuwe nummer is gepubliceerd op YouTube heeft gedaagde melding gemaakt van plagiaat en dit nummer tijdelijk laten blokkeren. De rechter start met de conclusie dat op het nummer Bon Tene gezamenlijk auteursrecht rust tussen Catipa en gedaagde. Aannemelijk is vervolgens, aldus de rechter, dat gedaagde ook in het nieuwe muzieknummer mede-rechthebbende is in het gemeenschappelijk auteursrecht. Hierdoor dient ook rekening te worden gehouden met de persoonlijke rechten van gedaagde en kan gedaagde aanspraak maken op toekomende financiële vergoeding.

IEF 20790

Geen auteursrechtelijke bescherming in land van oorsprong

Rechtbank Amsterdam 13 apr 2022, IEF 20790; ECLI:NL:RBAMS:2021:8068 (Coast Cycles tegen Phatfour), https://delex.nl/artikelen/geen-auteursrechtelijke-bescherming-in-land-van-oorsprong

Rb. Amsterdam 13 april 2022, IEF 20790; ECLI:NL:RBAMS:2021:8068 (Coast Cycles tegen Phatfour) Coast Cycles heeft een fiets ontworpen genaamd de Buzzraw. Op een later moment brengt Phatfour het FLB-model op de markt. Op grond van het auteursrecht en slaafse nabootsing komt Coast Cycles op tegen het produceren en verkopen van de fatbikes van Phatfour. De Amsterdamse rechter wijst de vorderingen af. Er kan in dit onderhavige geval geen beroep worden gedaan op het auteursrecht, gezien er geen auteursrechtelijke bescherming wordt toegekend aan de ontworpen fietsen van Coast Cycles in het land van oorsprong, de Verenigde Staten. Op grond van de slaafse nabootsing wordt de vordering ook verworpen, omdat de gelijkenissen tussen beide fietsen zijn gegrond in de stijl waarin deze zijn ontworpen.

IEF 20786

Vordering tot verschaffen inloggegevens toegewezen

Rechtbank Overijssel 18 mei 2022, IEF 20786; ECLI:NL:RBOVE:2022:1530 (VOF Ordermate-BRAMR tegen B), https://delex.nl/artikelen/vordering-tot-verschaffen-inloggegevens-toegewezen

Vzr. Rb. Overijssel 18 mei 2022, IEF 20786, IT 3970; ECLI:NL:RBOVE:2022:1530 (VOF Ordermate-BRAMR tegen B) Kort geding. A en B waren beiden vennoten van de VOF ORDERMATE-BRAMR, waarna B zich heeft uitgeschreven in het handelsregister per april 2022. Hierdoor blijft A als enige vennoot over. De VOF bevindt zich hierna in liquidatie, waarbij er nog een aantal baten aanwezig zijn die moeten worden verdeeld. Alhoewel er volgens de kortgedingrechter geen sprake is van auteursrechten op de software die aan de VOF of A toekomen, worden de vorderingen op grond van het auteursrecht afgewezen. De vordering inhoudende het verstrekken van de inloggegevens van de website en e-mailaccounts om te beschikken over de software, wordt wel toegewezen. De vorderingen in reconventie worden afgewezen.