Weggooien van kunstwerk in bruikleen van vergankelijk materiaal levert niet al te veel schadevergoeding meer op
Rechtbank Zeeland-West-Brabant 21 juni 2017, IEF 17268; ECLI:NL:RBZWB:2017:5561 (Motel Brabant) Persoonlijkheidsrecht. Vernietiging van werk. Contractenrecht. Op verzoek van eiser heeft Motel Brabant vanaf 16 juli 2009 het door hem vervaardigd kunstwerk tentoongesteld in een voor het publiek toegankelijke ruimte; het was een houtskelet waarover papier-maché was aangebracht. In 2012 stond het kunstwerk in een hok, omdat het in de weg stond en weggegooid zou worden. Eiser gaf toen aan dat hij nog zou laten weten of hij het kunstwerk al dan niet op zou komen halen. Toen in 2014 nog geen reactie van hem was, is het kunstwerk weggegooid. Het enkele tijdsverloop is onvoldoende voor Motel Brabant om er gerechtvaardigd op te mogen vertrouwen dat de wil erop was gericht de eigendom van het kunstwerk prijs te geven. In plaats van het gevorderde €37.800, wordt slechts €250 aan schadevergoeding toegewezen.