Auteursrecht  

IEF 17245

Uitspraak ingezonden door Anke Heezius, LSLegal en Francis van Velsen, FISAL IP

Uiterlijk bulls-eye vloeit voort uit octrooi en valt dus niets creatiefs aan te ontwerpen

Rechtbank Amsterdam 3 nov 2017, IEF 17245; ECLI:NL:RBAMS:2017:8152 (Roxtec tegen Wallmax), https://delex.nl/artikelen/uiterlijk-bulls-eye-vloeit-voort-uit-octrooi-en-valt-dus-niets-creatiefs-aan-te-ontwerpen

Vzr. Rechtbank Amsterdam 3 november 2017, IEF 17244; LS&R 1532; ECLI:NL:RBAMS:2017:8152 (Roxtec tegen Wallmax). Merkenrecht. Octrooirecht. Auteursrecht. Roxtec is wereldwijd actief in de kabel- en pijpafdichtingsoplossingen voor de (middel)zware industrie. Zij was houdster van een, inmiddels verlopen, octrooi betreffende verpakking voor een kabeldoorvoer. Tevens is zij houdster van verschillende Uniemerkregistraties waarin het bulls-eye ontwerp vastgelegd is. Wallmax is actief in dezelfde sector als Roxtec en brengt eveneens afdichtingsmodules op de markt. OTM richt zich met name op het ontwerpen en fabriceren van kabelklemmen en heeft bij een persbericht een foto geplaatst waarop de producten van Wallmax te zien zijn. Roxtec beroept zich op de bescherming van het grafische (figuratieve) bulls-eye ontwerp en niet op de (drie dimensionale) module als zodanig. Er is onvoldoende aannemelijk gemaakt dat OTM inbreuk maakt of dreigt te maken op de IE-rechten van Roxtec. Het verweer van Wallmax dat indien een recht van intellectuele eigendom eenmaal is geëxpireerd het eerder beschermde object in beginsel vrij mag worden gekopieerd is in zijn algemeenheid juist. Door Wallmax zijn voldoende argumenten opgeworpen dat de de technische bepaaldheid van het zogenoemde bulls-eye ontwerp technisch voorgeschreven zijn zoals in het octrooi en er dus niets creatiefs is ontworpen. Ook de merkenrechtelijke vorderingen van Roxtec dienen afgewezen te worden nu zij niet zien op identieke tekens en er geen gevaar voor verwarring bij het desbetreffende publiek aangetoond of te verwachten is. Daarnaast, als al zou zijn dan Wallmax profiteert van de bekendheid en aantrekkingskracht van de Roxtecmerken, heeft te gelden dat dit een gevolg is van het feit dat Wallmax dezelfde techniek gebruikt en mag gebruiken omdat het octrooirecht van Roxtec nu eenmaal is geëxpireerd. De auteursrechtelijke vorderingen worden evenmin gevolgd.

IEF 17232

Uitspraak ingezonden door Victor Bouman, Wieringa Advocaten.

Aantasting zuidgevel brengt geen nadeel aan de eer of naam van architect als maker van kantoorpand

Hof Amsterdam 31 okt 2017, IEF 17232; ECLI:NL:GHAMS:2017:4431 (Architect tegen De Vier Jaargetijden), https://delex.nl/artikelen/aantasting-zuidgevel-brengt-geen-nadeel-aan-de-eer-of-naam-van-architect-als-maker-van-kantoorpand

Hof Amsterdam 31 oktober 2017, IEF 17232; ECLI:NL:GHAMS:2017:4431 (Architect D tegen De Vier Jaargetijden). Persoonlijkheidsrechten architect. Zie eerder: [IEF 16422]. D is als architect rechthebbende op de auteursrechtelijke persoonlijkheidsrechten in de zin van art. 25 Aw met betrekking tot het kantoorpand. D gaat in hoger beroep en vordert een staking van de sloopwerkzaamheden en de gevels terug te brengen in de oorspronkelijke toestand. Het hof is van oordeel dat de wijzigingen in de noordgevel dermate beperkt zijn dat daarmee het basisidee van het ontwerp ten aanzien van de gevelindeling gehandhaafd blijft. Het hof verwerpt het standpunt van D dat in geval van aantasting de mogelijkheid van reputatieschade reeds gegeven is, er is geen sprake van reputatieschade en de aantasting zal geen nadeel kunnen toebrengen aan de eer of goede naam. Een maker van een gebouw moet er rekening mee houden dat er in de loop van de tijd in verband met functionele wijzigingen van de bestemming veranderingen nodig zijn die zelfs tot aantasting van het werk kunnen leiden. De Vier Jaargetijden heeft aannemelijk gemaakt dat de aanpassingen aan de zuidgevel/achtergevel uitsluitend zijn gemaakt in het kader van de nieuwe woonfunctie. D heeft niet weersproken dat zijn werk goed is gedocumenteerd. De voorzieningenrechter is op basis van een objectieve toets op goede gronden tot het oordeel gekomen dat gevaar voor reputatieschade zich niet voordoet. Het hof bekrachtigt het vonnis waarvan beroep. 

IEF 17223

Uitspraak ingezonden door Lotte Rutgers en Marga Verwoert, Leeway.

Teveel onduidelijkheden om ontwerper speaker/lamp/wijnkoeler vast te stellen

Rechtbank Noord-Holland 11 okt 2017, IEF 17223; (Nomenta tegen Nikki), https://delex.nl/artikelen/teveel-onduidelijkheden-om-ontwerper-speaker-lamp-wijnkoeler-vast-te-stellen

Vzr. Rechtbank Noord-Holland 11 oktober 2017, IEF 17223 (Nomenta tegen Nikki) Auteursrecht. Rechthebbende. Nomenta verhandelt een speaker/lamp/wijnkoeler, de Asserbo, die via een tussenpersoon bij Nikki zijn gekomen. Sinds juni 2017 koopt Nikki eenzelfde product in bij KIWA. Partijen zijn het eens dat de Lampion een verveelvoudiging van de Asserbo is. Nomenta stelt dat zij rechthebbende is nu haar werknemers ontwerper zijn. Nikki stelt echter dat haar leverancier, KIWA, ontwerper is. Nomenta heeft e-mails aan afnemers bijgevoegd, maar niet gezegd kan worden of deze bijvoorbeeld deel uitmaakten van het ontwerpproces van de Asserbo. Nikki heeft een brief overlegd van KIWA waaruit blijkt dat KIWA beschikt over technische tekeningen, terwijl niet is gebleken dat Nomenta hier over beschikt. De beschikking over technische tekeningen kan dienen ter ondersteuning van de stelling van Nikki. Aan een uitdraai waarvan Nomenta stelt dat deze afkomstig is van de Kamer van Koophandel van Hong Kong, komt maar beperkte betekenis toe nu uit niets blijkt dat dit een overzicht is van een officiële instantie. Eveneens is het onduidelijk of Ryan Leung, waarvan de brief van KIWA afkomstig is, en Ryan Liang, een ex-werknemer van Nomenta, dezelfde persoon zijn. Ook een kort voor de zitting door Nomenta ingediende onvertaalde Chinese productie bewijst niets over de leveranciers van Nomenta. De geleverde bewijsmaterialen van beider partijen bevatten te veel onduidelijkheden om het geschil te beslechten.

IEF 17222

Uitspraak ingezonden door Patty de Leeuwe en Dirk Visser, Visser Schaap & Kreijger

Het aanbieden van verkorte hyperlinks naar illegale streams is een ongeoorloofde openbaarmaking

Rechtbank Midden-Nederland 27 okt 2017, IEF 17222; (Stichting BREIN tegen Moviestreamer International), https://delex.nl/artikelen/het-aanbieden-van-verkorte-hyperlinks-naar-illegale-streams-is-een-ongeoorloofde-openbaarmaking

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 27 oktober 2017, IEF 17222; IT 2387; ECLI:NL:RBMNE:2017:5510 (Stichting BREIN tegen Moviestreamer International) Auteursrechtinbreuk door verkort hyperlinken naar beschermde werken. Moviestreamer biedt klanten tegen betaling toegang tot een online aanbod van IPTV-abonnementen. Stichting Brein vordert een staking van het aanbieden van hyperlinks die gebruikers toegang bieden tot illegale (live)streams of ander illegaal aanbod van beschermde werken. Moviestreamer voert aan dat zij slechts een rol heeft als bemiddelaar bij het tot bijeenbrengen van vraag en aanbod inzake IPTV-abonnementen, doordat zij de klant slechts een referral (verkorte url) verstrekt. Vaststaat dat de verkorte unieke hyperlink toegang geeft tot een .m3u bestand, welke toegang geeft tot andere hyperlinks. De voorzieningenrechter oordeelt dat het verstrekken van een unieke hyperlink aan klanten die leidt naar beschermde werken een 'mededeling aan het publiek' is. De content op de desbetreffende websites is aanwezig zonder toestemming van de rechthebbenden. Voldoende is komen vast te staan dat Moviestreamer van het illegale karakter weet of behoort te weten, aangezien zij daarop door Brein is gewezen. Er is sprake van een ongeoorloofde openbaarmaking in de zin van de Aw en de WNR. 

IEF 17220

Uitspraak ingezonden door Joost Becker en Jeroen Lubbers, Dirkzwager advocaten & notarissen

Auteursrechtinbreuk op the Wonder Weeks door overname tekst en structuur in applicatie

Rechtbank Gelderland 27 okt 2017, IEF 17220; (Kiddy World Publishing tegen JL Creations), https://delex.nl/artikelen/auteursrechtinbreuk-op-the-wonder-weeks-door-overname-tekst-en-structuur-in-applicatie

Vzr. Rechtbank Gelderland 27 oktober 2017, IEF 17220 (Kiddy World Publishing tegen JL Creations) Auteursrechtinbreuk. Verstekvonnis. Kiddy World is rechthebbende van de auteursrechten die rusten op de Wonder Weeks-werken. Kiddy World stelt dat JL Creations daarop onrechtmatig inbreuk maakt, door in de applicatie Babyleaps de structuur, opzet en tekst van de Wonder Weeks-werken zonder toestemming van Kiddy World nagenoeg volledig over te nemen. De voorzieningenrechter oordeelt dat er sprake is van auteursrechtinbreuk door het overnemen van tekst en structuur van Kiddy World. JL Creations wordt veroordeeld tot verwijdering van de inbreukmakende content en tot het plaatsen van een rectificatie op haar website, in haar app en in de App Store. Ook dient JL Creations alle inbreukmakende content te verwijderen van alle dragers waartoe JL Creations toegang heeft, en dient zij aan Kiddy World afschrift te verstrekken van het aantal downloads van haar app.

IEF 17205

Martin Senftleben - Recommendation on Measures to Safeguard Fundamental Rights and the Open Internet in the Framework of the EU Copyright Reform

M. Senftleben e.a. The Recommendation on Measures to Safeguard Fundamental Rights and the Open Internet in the Framework of the EU Copyright Reform, SSRN oktober 2017. Samenvatting vanuit het Engels vertaald: Artikel 13 van het Voorstel voor een Richtlijn inzake auteursrechten in de digitale eengemaakte markt en de begeleidende overweging 38 behoren tot de meest controversiële onderdelen van het voorstel van de Europese Commissie tot hervorming van het auteursrecht. Verschillende Lidstaten (België, Tsjechië, Finland, Hongarije, Ierland, Nederland en Duitsland) hebben vragen ingediend waarin zij om meer duidelijkheid verzoeken met betrekking tot aspecten die essentieel zijn voor de bescherming van fundamentele rechten in de EU en voor de toekomst van het internet als een open communicatie medium. Het artikel analyseert deze vragen in het licht van de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de EU. Het biedt richtsnoeren en achtergrondinformatie om de voorgestelde nieuwe wetgeving te verbeteren.

IEF 17197

Het zonder toestemming plaatsen van hyperlinks naar sportwedstrijden is een mededeling aan het publiek

Hof 's-Hertogenbosch 17 okt 2017, IEF 17197; ECLI:NL:GHSHE:2017:4524 (MyP2P tegen The Football Association Premier League Limited), https://delex.nl/artikelen/het-zonder-toestemming-plaatsen-van-hyperlinks-naar-sportwedstrijden-is-een-mededeling-aan-het-publi

Hof 's-Hertogenbosch 17 oktober 2017, IEF 17197; IT 2376; ECLI:NL:GHSHE:2017:4524 (MyP2P tegen The Football Association Premier League Limited) Auteursrecht op (live) beeldverslagen van sportwedstrijden. Zie tussenuitspraak: [IEF 15081]. In de periode van 2006 tot 19 augustus 2011 heeft MyP2P via haar website gratis live streams aangeboden van sportwedstrijden. Deze live streams waren afkomstig van niet daartoe geautoriseerde derden. Het Hof verwijst naar de uitspraak van de Hoge Raad [IEF 14835] en het HvJ EU [IEF 16226] in de GeenStijl-zaak. In het voetspoor van het GeenStijl-arrest komt het hof tot de voorlopige conclusie: MyP2P heeft op haar websites hyperlinks geplaatst naar andere websites waarop de sport-uitzendingen beschikbaar waren zonder dat Premier League en de KNVB als auteursrechthebbenden daarvoor toestemming hadden gegeven. Bij dat handelen was sprake van winstoogmerk zodat kan worden vermoed dat MyP2P kennis had of kon hebben van de omstandigheid dat de plaatsing van de hyperlinks is geschied met volledige kennis van de beschermde aard van deze werken en van het ontbreken van toestemming voor de beschikbaarstelling daarvan via hyperlinks aan een onbepaald, vrij groot, aantal internetgebruikers, welk (nieuw) publiek Premier League en de KNVB ieder niet in aanmerking had genomen toen zij voor de uitzending van de werken door de omroeporganisatie toestemming verleenden. Het zonder toestemming plaatsen van de hyperlinks moet worden aangemerkt als 'mededeling aan het publiek' in de zin van art. 3 lid 1 Auteursrechtrichtlijn en van openbaar maken in de zin van art. 12 Aw. Aangezien er sprake is van een weerlegbaar vermoeden laat het hof het aanbod van MyP2P toe tot het leveren van tegenbewijs. 

 

IEF 17194

Uitspraak ingezonden door Bert-Jan van den Akker, Doen Legal

Ondanks technisch bepaalde elementen is vuurschaal op sokkel een auteursrechtelijk beschermd werk

Rechtbank Oost-Brabant 13 okt 2017, IEF 17194; (Holland Vormgevers tegen Noach Outdoor), https://delex.nl/artikelen/ondanks-technisch-bepaalde-elementen-is-vuurschaal-op-sokkel-een-auteursrechtelijk-beschermd-werk

Vzr. Rechtbank Oost-Brabant 13 oktober 2017, IEF 17194 (Holland Vormgevers tegen Noach Outdoor) Auteursrecht. Holland Vormgevers heeft een vuurschaal ontworpen op een rechthoekige stenen sokkel. Er wordt een identieke vuurschaal door Noah Outdoor geproduceerd en te koop aangeboden. Met de gekozen combinatie van de vuurschaal op de sokkel sprake is van een auteursrechtelijk beschermd werk. Hoewel de vuurschaal technisch en functioneel bepaalde elementen bevat, wijkt deze door de combinatie van specifieke elementen duidelijk af van andere vuurschalen. Nu de totaalindruk van beide vuurschalen identiek is, en de vuurschaal van Holland Vormgevers als eerste op de markt is gebracht, moet worden aangenomen dat de schaal van Noach Outdoor ontleend is aan die van Holland Vormgevers. Noach Outdoor pleegt auteursrechtinbreuk.

IEF 17187

Bijdrage ingezonden door Wouter Dammers, Lawfox

Wouter Dammers - Noot onder Rb Gelderland (WD Groep tegen Schuman Incasso)

, IEF 17187; https://delex.nl/artikelen/wouter-dammers-noot-onder-rb-gelderland-wd-groep-tegen-schuman-incasso

W.F. Dammers, Noot onder Rb Gelderland 16 augustus 2017 (WD Groep tegen Schuman Incasso); IEF 17187; IT 2372
De zaak samengevat 
Kort gezegd betreft deze zaak een geschil tussen een softwareontwikkelaar en een afnemer over het recht op gebruik van in licentie gegeven CMS-software van een derde partij. Partijen hebben de samenwerking beëindigd, waarbij de softwareontwikkelaar had bedongen dat de afnemer geen gebruik meer mocht maken van de software van derden die de ontwikkelaar had ingezet voor gebruik van haar software. Hoewel de ontwikkelaar nog een sprankje hoop tot vervolg van de samenwerking leek te hebben, lijkt ze in haar eigen voeten te schieten: de afnemer besluit het CMS terug te zetten uit een back-up, waardoor de ontwikkelaar met lege handen staat. Een rechtszaak was het gevolg. Inzet: een verbod op inbreuk op auteursrechten van de CMS-ontwikkelaar enerzijds, en een bevel tot afgifte van broncode anderzijds.

IEF 17180

Vragen aan HvJEU: Valt een kleine sample van een muziekstuk onder het citaatrecht?

HvJ EU 1 jun 2017, IEF 17180; C-476/17 (Kraftwerk), https://delex.nl/artikelen/vragen-aan-hvjeu-valt-een-kleine-sample-van-een-muziekstuk-onder-het-citaatrecht

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJEU 1 juni 2017, IEF 17180; IEFbe 2374 ; C-476/17 (Kraftwerk). Auteursrecht. Muziek. Via MinBuZa: Verzoekers zijn leden van de band ‘Kraftwerk’. De groep bracht in 1977 een fonogram uit waarop de compositie ‘Metall auf Metall’ staat. Tot de verwerende partij behoren de beide componisten van het nummer ‘Nur mir’ en Pelham GmbH, die dat nummer met zangeres opnam op fonogrammen die in 1997 werden uitgebracht. Verzoekers stellen dat verweerders ongeveer twee seconden van een ritmische sequens uit het nummer ‘Metall auf Metall’ elektronisch hebben gekopieerd (gesampled) en in een doorlopende herhaling onder het nummer ‘Nur mir’ hebben gezet, hoewel zij de gekopieerde ritmische sequens zelf hadden kunnen inspelen. Zij hebben tegen verweerders een vordering ingesteld tot staking van het gebruik, schadevergoeding en afgifte van de fonogrammen met het oog op de vernietiging ervan. Het Landgericht heeft de vorderingen toegewezen. Verweerders hebben tevergeefs hoger beroep tegen deze beslissing ingesteld. Met hun beroep in Revision concluderen verweerders nog steeds tot afwijzing van de vorderingen.