IEF 22390
25 november 2024
Artikel

Laatste plekken: Jurisprudentielunch Merken-, Modellen- en Auteursrecht op woensdag 27 november 2024

 
IEF 22393
25 november 2024
Uitspraak

Aanvraag uniebeeldmerk 'Russian Warship, Go F**k Yourself' terecht afgewezen

 
IEF 22392
25 november 2024
Artikel

Union-IP Round Table in Paris over fast fashion

 
IEF 21319

‘Red sauce made with TABASCO pepper'

Rechtbank Den Haag 15 mrt 2023, IEF 21319; ECLI:NL:RBDHA:2023:3520 (Cantina Mexicana v McIlhenny ), https://delex.nl/artikelen/red-sauce-made-with-tabasco-pepper

Rechtbank Den Haag 15 maart 2023, IEF 21319; ECLI:NL:RBDHA:2023:3520  (Cantina Mexicana tegen McIlhenny)  Cantina Mexicana produceert en verhandelt wereldwijd Tex-Mex producten. McIlhenny produceert en verkoopt wereldwijd verschillende sauzen, waaronder een rode pepersaus. Voor deze saus wordt een specifieke peper gebruikt, de tabascopeper. McIlhenny is houdster van het Beneluxwoordmerk TABASCO en het TABASCO Beneluxbeeldmerk.

McIlhenny is van mening dat het gebruik van het woord TABSCO op de verpakking van de rode pepersaus van Cantina Mexicana inbreuk maakt op de merkrechten van McIlhenny en vordert dan ook de staking van deze inbreuk. Cantina Mexicana is echter van mening dat het gebruik van de aanduiding ‘red sauce made with tabasco pepper’ geen inbreuk maakt op de Tabasco-merken. Cantina Mexicana beroept zich op de nietigheid van het merk TABASCO ex art. 2.2bis lid 1 sub c BVIE. TABASCO zou beschrijvend zijn voor alle waren waarvan de tabascopeper een ingrediënt kan zijn.

IEF 21318

Voorjaarsborrel Jong IE

Ha mede Jong IE-er,

De zeer geslaagde pubquiz bij Café Lust is al weer enige tijd geleden. De winter is ondertussen officieel voorbij en het zonnige weer is in zicht. Dat betekent dat het hoog tijd is voor een Jong IE-voorjaarsborrel!

IEF 21317

Diederik van Leeuwen nieuwe voorzitter Pictoright

Op maandag 20 maart is Diederik van Leeuwen als voorzitter van Pictoright benoemd. Hij volgt daarmee Bart Drenth op, die het voorzitterschap heeft neergelegd nadat hij directeur is geworden van kunst- en antiekbeurs TEFAF. 

Diederik van Leeuwen brengt ruime bestuurlijke ervaring binnen en buiten de culturele sector met zich mee. Momenteel is hij werkzaam als programma- en interim-directeur bij Rijksorganisatie voor Ontwikkeling, Digitalisering en Innovatie. Hij is geen onbekende in het collectief beheer van auteursrechten: eerder was hij onafhankelijk voorzitter van Stichting Leenrecht.

Pictoright is verheugd met Van Leeuwen als voorzitter, zeker gezien zijn belangstelling voor innovatie, iets wat de komende tijd alleen maar relevanter zal worden met de ontwikkelingen op het op het gebied van AI, beeldherkenningssoftware en platformaansprakelijkheid.

Tijdens de aangeslotenenvergadering van 1 juni zal afscheid genomen worden van Bart Drenth, die de afgelopen vier jaar als voorzitter een belangrijke rol binnen Pictoright heeft gespeeld.

IEF 21316

Uitspraak ingezonden door Nadiya Disveld en Anne de Laat, Bright Advocaten

Inbreuk op merkenrecht door overeenstemmend woord 'bekwaam'

Rechtbank Gelderland 21 mrt 2023, IEF 21316; (Bekwaam Intererim Management B.V. tegen Bekwaam Zorggroep B.V.), https://delex.nl/artikelen/inbreuk-op-merkenrecht-door-overeenstemmend-woord-bekwaam

Vzr. Rechtbank Gelderland 21 maart 2023, IEF21316; C/05/414747 / KG ZA 23-35 (Bekwaam Interim Management B.V. tegen Bekwaam Zorggroep) Kort geding. Bekwaam Interim Management (hierna BIM) is een onderneming die gespecialiseerd is in detachering en arbeidsbemiddeling voor professionals, met name in de infrastructuur- en utiliteitsbouw. Het bedrijf is ingeschreven in het handelsregister en is houder van een Benelux woord-/beeldmerk waar het woord Bekwaam groot wordt afgebeeld. Bekwaam Zorggroep (hierna BZ) is een onderneming die tevens is gespecialiseerd in het aanbieden van dienste op het detachering, werving en selectie, met name in de zorgsector. Deze onderneming maakt eveneens gebruik van een logo waarbij het woord Bekwaam een duidelijke rol speelt. De merkgemachtigde van BIM heeft BZ gesommeerd het gebruik van de naam BZ en bijbehorend logo te staken. De voorzieningenrechter overweegt als volgt. Het woord-/beeldmerk van BIM is geldig, nu BZ de nietigheid hiervan niet heeft ingeroepen. Daarnaast is het niet zuiver beschrijvend. Het BVIE is van toepassing, waardoor er op grond van art. 2.20 lid 2 sub b BVIE inbreuk wordt gemaakt. Immers is het dominante bestanddeel het element 'Bekwaam'. De prominente plek van het woord in beide logo's stemt overeen en de overige elementen zijn beschrijvend. Op basis van deze feiten wordt geconcludeerd dat het woord-/beeldmerk en teken dezelfde totaalindruk maken, hetgeen tot verwarring bij het publiek zou kunnen leiden. BZ maakt met haar logo inbreuk op de merkenrechten van BIM. De vordering betreffende de handelsnaam op grond van art. 5 Hnw wordt tevens toegewezen. 

IEF 21315

Uitspraak ingezonden door Max van Oostrum en Marga Verwoert, Leeway

Wunderkind maakt inbreuk op het Wonderkind-merk

Rechtbank Den Haag 17 mrt 2023, IEF 21315; (Wonderkind tegen Wunderkind), https://delex.nl/artikelen/wunderkind-maakt-inbreuk-op-het-wonderkind-merk

Rechtbank Den Haag 17 maart 2023, IEF 21315; C/09/636431 / KG ZA 22-910 (Wonderkind tegen Wunderkind) Het Nederlandse bedrijf Wonderkind, actief in de online advertentiemarkt, is de houder van het Uniemerk WONDERKIND. Wonderkind heeft een kort geding aangespannen tegen het Amerikaans-Britse bedrijf Wunderkind, dat zich bezighoudt met performance marketing. In dit kort geding vordert Wonderkind een bevel om iedere inbreuk op het WONDERKIND-merk te staken, door ieder gebruik van het teken ‘Wunderkind’ in de gehele Europese Unie te staken op grond van art. 9 lid 2 sub b UMVo. Omdat Wunderkind een vordering tot vervallenverklaring heeft ingesteld bij het EUIPO onderzoekt de voorzieningenrechter eerst de geldigheid van het WONDERKIND-merk. Volgens de rechter is er geen serieuze kans aanwezig dat het WONDERKIND-merk in een bodemprocedure of een procedure bij het EUIPO niet geldig zal worden bevonden. Zowel visueel, auditief als begripsmatig is er volgens de rechter een grote mate van overeenstemming tussen het merk en de tekens. Daarnaast is er een zekere mate van overeenstemming tussen de diensten, nu beide bedrijven zich onder meer richten op reclame en marketingadvies. De rechter komt dan ook tot de conclusie dat Wunderkind inbreuk maakt op het WONDERKIND-merk en wijst de vorderingen toe. Wunderkind wordt als in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten.

IEF 21314

Presentaties IE Symposium

Inmiddels is het al weer een week geleden dat het jaarlijkse IE Symposium plaatsvond. Van IE en duurzaamheid tot aan de gegronde redenen in het merkenrecht: het passeerde allemaal de revue afgelopen 15 maart in Zeist. Inmiddels zijn alle presentaties gepubliceerd op de website van AIPPI. De presentaties vindt u hier.

IEF 21313

Beroepsmatig opzettelijk inbreuk maken op auteursrecht van CBR en IBKI

Hoge Raad 21 mrt 2023, IEF 21313; ECLI:NL:HR:2023:410 (De verdachte), https://delex.nl/artikelen/beroepsmatig-opzettelijk-inbreuk-maken-op-auteursrecht-van-cbr-en-ibki

Hoge Raad 21 maart 2023, IEF 21313; ECLI:NL:HR:2023:410 (de verdachte) Strafrecht. De verdachte heeft samen met een mededader inbreuk gemaakt op het auteursrecht van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) en het Instituut voor de Bevordering van de Verkeersveiligheid (IBKI). Ze hebben tijdens meerdere theorie-examens met behulp van een spybril opnames gemaakt van examenvragen en deze opnames vervolgens gebruikt voor theorielessen. Ook hebben ze de opnames ter verveelvoudiging en/of verspreiding voorhanden gehad en uit winstbejag bewaard. Verdachte en zijn mededader hebben van het plegen van voornoemd misdrijf hun beroep weten te maken. De verdachte is hiervoor veroordeeld en zijn inbeslaggenomen voorwerpen zijn verbeurd verklaard, met uitzondering van de papieren met examenvragen genoemd onder 42 en 48 in het dictum van het bestreden arrest.

IEF 21312

Artikel ingezonden door Prof. mr. D.J.G. Visser, Visser Schaap & Kreijger

Stellingen over AI & IE

In aanvulling op een eerdere publicatie op IEF heeft Dirk Visser een lijst met een aantal stellingen over AI & IE opgesteld ten behoeve van de discussie over dit onderwerp en de vele scripties en werkstukken die er op dit moment over worden geschreven. Suggesties voor aanvulling of verbetering van deze stellingen zijn zeer welkom. Het is de bedoeling om periodiek een update van deze stellingen en reacties daarop te publiceren. Lezers van IEF worden dus ook nadrukkelijk opgeroepen op de stellingen te reageren (via d.j.g.visser@law.leidenuniv.nl en redactie@ie-forum.nl). Een selectie van deze stellingen en de aanvullingen daarop zal ook worden besproken tijdens de vergadering van de Vereniging voor Auteursrecht op 9 juni 2023.

IEF 21311

UNREAL vs unreel

BBIE 14 mrt 2023, IEF 21311; (UNREAL tegen unreel), https://delex.nl/artikelen/unreal-vs-unreel

BBIE 14 maart 2023, IEF 21311; Decision opposition 2018021 (UNREAL tegen unreel) De opposant heeft oppositie ingesteld tegen de inschrijving van het woordmerk unreel. De oppositie is gebaseerd op Uniemerkinschrijving van het woordmerk UNREAL. Het Bureau oordeelt dat het betwiste teken visueel vergelijkbaar is en auditief identiek aan het ingeroepen handelsmerk. Er is daarnaast een waarschijnlijkheid van verwarring dat de aangeboden diensten van dezelfde of economisch gekoppelde ondernemingen komen. Daarom concludeert het Bureau dat er een waarschijnlijkheid van verwarring bestaat voor de omstreden diensten in klassen 41 en 42. De opposant heeft ook oppositie ingesteld op basis van artikel 2.2ter, 3 (a) BCIP, maar het Bureau oordeelt dat er geen overeenkomst is vastgesteld in klasse 35. De aard, het doel en het publiek van de betwiste diensten in klasse 35 zijn verschillend van de diensten van het ingeroepen handelsmerk. Hoewel de tekens visueel vergelijkbaar en auditief identiek zijn, oordeelt het Bureau dat het relevante publiek geen link zal leggen tussen de tekens gezien het conceptuele verschil, de specifieke aard en het publiek van de betwiste diensten in klasse 35. Daarom wordt het bezwaar op basis van dit artikel verworpen.

IEF 21310

HvJ EU: is de litigieuze bepaling geldig?

HvJ EU 16 mrt 2023, IEF 21310; ECLI:EU:C:2023:218 (MS tegen Saatgut-Treuhandverwaltungs GmbH), https://delex.nl/artikelen/hvj-eu-is-de-litigieuze-bepaling-geldig

HvJ EU 16 maart 2023, IEF 21310; ECLI:EU:C:2023:218 (MS tegen Saatgut-Treuhandverwaltungs GmbH) Dit is een zaak tussen STV, een vereniging van houders van kwekersrechten, en MS, een landbouwer die wintergerstras heeft aangeplant. Het geschil gaat over de geldigheid van artikel 18 lid 2 van verordening (EG) nr. 1768/95, die voorziet in een forfaitaire minimumvergoeding die gelijk is aan het viervoud van de licentievergoeding. De nationale rechter heeft een prejudiciële vraag gesteld aan het Hof van Justitie van de Europese Unie over de geldigheid van deze bepaling. Het Hof oordeelt dat deze bepaling in strijd is met artikel 94, lid 2, van verordening nr. 2100/94, omdat deze niet nauwkeurig de werkelijke en zekere schade van de houder weerspiegelt en kan leiden tot een punitieve schadevergoeding. Het Hof concludeert dat de Commissie haar uitvoeringsbevoegdheid heeft overschreden bij het vaststellen van deze bepaling en dat deze daarom ongeldig is.