Partijen reageren op het voornemen van de Hoge Raad om prejudiciële vragen te stellen over de ‘offline streaming copy’
HR 12 juli 2024, IEF 22132; ECLI:NL:HR:2024:1074 (SONT tegen HP c.s. en Stichting De Thuiskopie tegen HP c.s.). In deze zaken van SONT tegen HP c.s. en Stichting De Thuiskopie tegen HP c.s. gaat het om de vraag of het maken van een offline streaming copy (ook wel tethered download genoemd) van een auteursrechtelijk beschermd werk, zoals dat gangbaar is binnen streamingdiensten als Spotify en Netflix, moet worden aangemerkt als het maken van een zogenoemde thuiskopie als omschreven in art. 16c lid 1 Auteurswet. Een bevestigend antwoord zou betekenen dat de fabrikanten en importeurs van apparatuur waarmee dergelijke kopieën kunnen worden gemaakt, een billijke vergoeding verschuldigd zijn aan auteursrechthebbenden (art. 16c lid 2 Aw). Voor beantwoording van de vraag heeft de Hoge Raad in een tussenarrest diens voornemen geuit om een tweetal prejudiciële vragen te stellen aan het Europese Hof van Justitie [zie IEF 22051]. Partijen zijn vervolgens in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over dit voornemen en over de in dat kader geformuleerde vragen.