Merkenrecht  

IEF 20064

Uitspraak ingezonden door Tobias Cohen Jehoram, Renate Keijser en Geert Lokhorst, De Brauw Blackstone.

Onvoldoende bewijs voor normaal gebruik woordmerk

BBIE 28 jun 2021, IEF 20064; (De Brauw tegen Forbitex), https://delex.nl/artikelen/onvoldoende-bewijs-voor-normaal-gebruik-woordmerk

BOIP 29 juni 2021, IEF 20064, IEFbe 3244; CANC/3000225/DW (De Brauw tegen Forbitex)  De Brauw vordert in deze zaak de doorhaling van het woordmerk AMALIA. Ze voert daartoe aan dat er geen sprake is van normaal gebruik van dit woordmerk. Het woordmerk wordt volgens eiser niet vermeld op facturen van Forbitex en is ook niet op de website te vinden. Forbitex heeft daarop twee relevante facturen overlegd, waar het woordmerk AMALIA wel wordt gebruikt. Volgens het bureau is dit echter onvoldoende om aan te nemen dat de commerciële exploitatie in het zakenleven reëel is. Zodoende is er volgens het Bureau geen sprake van normaal gebruik. De vordering tot vervallenverklaring wordt toegewezen. 

IEF 20054

Conflict met Uniemerk bestaat niet meer na afloop nietigheidsprocedure

Gerecht EU (voorheen GvEA) 2 jun 2021, IEF 20054; ECLI:EU:T:2021:318 (Style & Taste tegen EUIPO), https://delex.nl/artikelen/conflict-met-uniemerk-bestaat-niet-meer-na-afloop-nietigheidsprocedure

Gerecht EU 2 juni 2021, IEF 20054, IEFbe 3242; ECLI:EU:T:2021:318 (Style & Taste tegen EUIPO)  Style & Taste heeft bij het EUIPO een nietigheidsverklaring aangevraagd voor het beeldmerk van The Polo/Lauren Company, omdat het logo te veel zou lijken op een eerder geregistreerd merk van Style & Taste. Style & Taste heeft volgens het Gerecht niet kunnen aantonen, dat het conflict met haar Uniemerk na afloop van de nietigheidsprocedure nog zal voortduren. Dit hangt samen met het feit dat de inschrijving van het oudere merk reeds in 2017 verstreken was. Het merk van Style & Taste genoot op het moment van uitspraak van het EUIPO in de nietigheidsprocedure aangespannen door Style & Taste geen bescherming meer. Het beroep wordt daarom verworpen. 

IEF 20051

Prejudiciële vragen over productaansprakelijkheid

HvJ EU 22 apr 2021, IEF 20051; (Keskinäinen tegen Philips), https://delex.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-productaansprakelijkheid

Hooggerechtshof Finland 22 april 2021, IEF 20051; C-264/21 (Keskinäinen tegen Philips)  Verzoek om een prejudiciële beslissing. Via MinBuza: Keskinäinen, een Finse verzekeringsmaatschappij, heeft als gevolg van een brand een schadevergoeding uitgekeerd. Deze brand was ontstaan door een Philips espressomachine, die in Roemenië geproduceerd is door het Italiaanse bedrijf Saeco. Saeco en Philips zijn merken van KPNV. De verzekeringsmaatschappij achtte KPNV aansprakelijk voor deze schade, maar die laatste stelt dat zij niet de producent is. De Finse rechter stelt in deze zaak een tweetal prejudiciële vragen over de uitleg van het begrip 'producent' in de zin van artikel 3 van de richtlijn 85/374 over productaansprakelijkheid. 

IEF 20044

Uitspraak ingezonden door Bert Gravendeel en Marleen Hoenink, Fruytier

Piazza onterecht als 'merkenpiraat' bestempeld

Rechtbank Rotterdam 23 jun 2021, IEF 20044; ECLI:NL:RBROT:2021:6206 (Piazza tegen Premium Bodywear), https://delex.nl/artikelen/piazza-onterecht-als-merkenpiraat-bestempeld

Vzr. Rechtbank Rotterdam 23 juni 2021, IEF 20044; KG ZA 21-303 (Piazza tegen Premium Bodywear)  Piazza is in 2013 een zakelijke niet-exclusieve in/verkooprelatie met Bodywear overeengekomen. De directeur van Premium Bodywear (mede-gedaagde) is houder van de uniemerken Olaf-Benz en Manstore. Gedaagden sommeerden tot staking en overdracht van de domeinnamen Olafbenzshop.com en Manstoreshop.com sinds augustus 2020 wegens merk/handelsnaaminbreuk. Piazza stelt dat Bodywear op de hoogte was van de verkoop van hun ondergoed via de websites. Piazza vorderde staking van de leveringsboycot, vanwege het gebrek aan een opzeggingstermijn en vorderde schadevergoeding. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat uit de gang van zaken tussen beide partijen inderdaad blijkt dat Bodywear enige tijd geen bezwaar had tegen deze wijze van verkoop. Zodoende is er volgens de voorzieningenrechter onterecht het predicaat 'merkenpiraat' op Piazza geplakt. Daarentegen oordeelt de rechtbank dat het leveringsboycot vooralsnog gehandhaafd mag blijven en dat het gebruik van de aanduidingen Olaf Benz en Manstore moeten worden gestaakt. Voor het overige wordt verwezen naar de bodemprocedure. 

IEF 20041

Kitcar maakt inbreuk op Ferrari-merk

Rechtbank Den Haag 2 jun 2021, IEF 20041; ECLI:NL:RBDHA:2021:6352 (Ferrari tegen gedaagde), https://delex.nl/artikelen/kitcar-maakt-inbreuk-op-ferrari-merk

Rechtbank Den Haag 2 juni 2021, IEF 20041; ECLI:NL:RBDHA:2021:6352 (Ferrari tegen gedaagde) Ferrari is een Italiaanse producent en ontwerper van sportauto’s en houder van diverse merkregistraties. Gedaagde houdt zich onder de naam Kitcar Collection bezig met het verzamelen en verkopen van zogenaamde kitcars. Kitcars zijn zelfbouwvoertuigen, waarbij eigen creaties worden gebouwd op een chassis met remmen en motoren van over het algemeen middenklasse auto’s. Ferrari stelt dat gedaagde met het te koop aanbieden van een kitcar inbreuk maakt op haar Ferrari-merken en vormgeving. Geoordeeld wordt dat er sprake is van merkinbreuk. De kitcar wordt aangeboden onder gebruikmaking van Ferrari-tekens. Auteursrechtinbreuk ontbreekt omdat de totaalindrukken verschillen. Ook wordt geen slaafse nabootsing aangenomen. De vordering tot vernietiging van het voertuig is niet proportioneel ten opzichte van het redelijk alternatief, het verwijderen van de inbreukmakende tekens, en wordt afgewezen.

IEF 20034

Uitspraak ingezonden door Bert-Jan van den Akker, Doen Legal

Plantenbox kwalificeert als model en levert onrechtmatige inbreuk op

Rechtbank Den Haag 18 jun 2021, IEF 20034; ECLI:NL:RBDHA:2021:6312 (Blomma tegen Greengifts), https://delex.nl/artikelen/plantenbox-kwalificeert-als-model-en-levert-onrechtmatige-inbreuk-op

Vzr. Rechtbank Den Haag 18 juni 2021, IEF 20034; ECLI:NL:RBDHA:2021:6312 (Blomma tegen Greengifts) Blomma heeft in 2019 een relatiegeschenk onder de naam 'Blooms out of the Box' ontwikkeld, waarbij een drietal plantjes in een houten kistje met waterreservoir worden geplaatst. Het kistje is ontwikkeld, zodat de plantjes geschikt zijn voor verzending, maar het kan ook gebruikt worden als plantenbak. Op de buitenkant van het kistje is het Uniebeeldmerk - Blomma is houder van dit merk -  'Blooms' te zien. Greengifts heeft dit beeldmerk en het model ook gebruikt voor soortgelijke relatiegeschenken, maar is gestopt met de verkoop na een sommatie van Blomma. Blomma vordert in dit kort geding onder andere inzage in de lijst met klanten die een plantenbox van Greengifts hebben gekocht en dat de rechter Greengifts beveelt om een terugroepactie van de boxen te starten. De voorzieningenrechter oordeelt dat Greengifts inbreuk heeft gemaakt op het model van Blomma, doordat het te veel gelijkenissen vertoont. Verder krijgt Blomma inzicht in de voorraad van de boxen van Greengift en heeft zij recht op afgifte van de voorraad ter vernietiging. Een terugroepactie wordt niet toegewezen, omdat particulieren niet verplicht kunnen worden om door hen gekochte producten te retourneren. 

IEF 20030

Rechthebbende op wodkamerken in diverse landen

Rechtbank Den Haag 16 jun 2021, IEF 20030; ECLI:NL:RBDHA:2021:6053 (FKP en FGUP tegen Spirits ), https://delex.nl/artikelen/rechthebbende-op-wodkamerken-in-diverse-landen

Rechtbank Den Haag 16 juni 2021, IEF 20030; ECLI:NL:RBDHA:2021:6053 (FKP en FGUP tegen Spirits) Vervolg op [IEF 16798]. Procedure over in totaal 25 nationale woord- en beeldmerken voor STOLICHNAYA en MOSKOVSKAYA in dertien landen: Italië, Zwitserland, Frankrijk, Noorwegen, Denemarken, Zweden, Spanje, Portugal, Tsjechië, Polen, het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Cyprus en het Benelux woordmerk en het Benelux beeldmerk SPI. Beoordeling resterende geschilpunten naar het recht van de betrokken landen. FKP is rechthebbende op de merken STOLICHNAYA en MOSKOVSKAYA in zes van de dertien landen: het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Cyprus, Zweden, Italië en Tsjechië. Voor het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Cyprus, Zweden en Tsjechië worden de inbreukvorderingen van FKP toegewezen. In Italië is de situatie anders dan in voornoemde landen, omdat Spirits daar wodka verhandelt onder tekens die geen inbreuk maken op de Italiaanse merken waarvan de rechtbank heeft bepaald dat FKP daarop rechthebbende is. In de overige zeven landen (Zwitserland, Frankrijk, Noorwegen, Denemarken, Spanje, Portugal en Polen), blijven de merken op naam van Spirits geregistreerd. De SPI-Beneluxmerken worden nietig verklaard.

IEF 20010

Prejudiciële vragen aan HvJ EU over noodzakelijkheidsvereiste

HvJ EU 9 mrt 2021, IEF 20010; (SodaStream tegen MySoda Oy), https://delex.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-aan-hvj-eu-over-noodzakelijkheidsvereiste

Hooggerechtshof Finland 9 maart 2021, IEF 20010, IEFbe 3231; C-197/21 (SodaStream tegen MySoda Oy)  Deze zaak betreft de vraag of iemand die CO2-flessen, die door een merkhouder of met zijn toestemming in de handel zijn gebracht navult en verkoopt, het recht heeft om de van het merk van de merkhouder voorziene etiketten van die flessen te verwijderen en te vervangen door eigen etiketten. In Finland worden door MySoda Oy gevulde CO2-flessen verhandeld. Na ontvangst, via de distributeur, van de door de consument leeg geretourneerde, van SodaStream afkomstige CO2-flessen, heeft MySoda Oy eerst het daarop aanwezige etiket van SodaStream verwijderd. Na de navulling van de flessen heeft zij daarop haar eigen etiket op die manier aangebracht dat de graveringen op de flessen, met inbegrip van het merk SodaStream of Soda-Club, zichtbaar bleven. Het staat vast dat SodaStream hier geen toestemming voor heeft gegeven. Het Hooggerechtshof in Finland stelt in deze zaak een viertal prejudiciële vragen aan het Hof omtrent de uitleg van het noodzakelijkheidsvereiste. Het Hof wordt gevraagd om een antwoord te geven op de vraag of het noodzakelijk is, dat etiketten vervangen worden voordat de flessen weer in de handel kunnen worden gebracht. 

IEF 20009

Uitspraak ingezonden door Maarten Haak en Myrna Teeuw, Hoogenraad & Haak.

Te verschillende elementen bij modellen luchtkussens

Rechtbank Den Haag 7 jun 2021, IEF 20009; ECLI:NL:RBDHA:2021:6313 (Bagjump tegen BigAirBag), https://delex.nl/artikelen/te-verschillende-elementen-bij-modellen-luchtkussens

Vzr. Rechtbank Den Haag 7 juni 2021, IEF 20009; ECLI:NL:RBDHA:2021:6313 (BagJump tegen BigAirBag) BagJump heeft het ontwerp van het OnePiece Landing luchtkussen geregistreerd als Gemeenschapsmodel. BigAirBag heeft een landingskussen onder de naam One Piece Lander op de markt gebracht. BagJump vordert in deze zaak staking van het produceren en verhandelen van dit landingskussen. Er wordt in deze zaak ingegaan op de vraag of het model van BagJump bij de geïnformeerde gebruiker geen andere algemene indruk wekt. Op dit punt oordeelt de rechter dat de verschillen tussen de modellen zodanig zijn, dat ze bij de geïnformeerde gebruiker geen andere algemene indruk wekt. Ook op de vraag of er nog eventueel inbreuk wordt gemaakt op een auteursrecht op een gebruiksvoorwerp door BigAirBag antwoordt de rechtbank ontkennend. Ze verwijst hierbij naar de verschillen in ontwerp. Wat betreft de namen van de luchtkussens stelt de voorzieningenrechter dat het om sterk beschrijvende woorden gaat en dat het allerminst zeker is dat er sprake kan zijn van gevaar voor verwarring. De vorderingen van BagJump worden dan ook afgewezen.

IEF 19994

Uitspraak ingezonden door Evert van Gelderen en Elise Menkhorst, Clairfort Advocaten.

Geen merkinbreuk door verkoop van zwembadrobots

Hof Den Haag 2 jun 2021, IEF 19994; ECLI:NL:GHDHA:2021:1553 (ECG tegen Maytronics), https://delex.nl/artikelen/geen-merkinbreuk-door-verkoop-van-zwembadrobots

Hof Den Haag 1 juni 2021, IEF 19994; ECLI:NL:GHDHA:2021:1553 (ECG tegen Maytronics) Kort geding. Maytronics is actief op het gebied van automatische zwembadreiniging. Zij produceert zwembadrobots en verhandelt deze onder het merk DOLPHIN. ECG exploiteert diverse websites waarop zij robotproducten met verschillende toepassingen aanbiedt, waaronder een breed scala aan DOLPHIN-producten. Het vonnis in eerste aanleg wordt vernietigd [IEF 19279].  ECG koopt de door haar verhandelde DOLPHIN-producten in bij erkende distributeurs, en beroept zich terecht op uitputting van de merkrechten van Maytronics. Er is dus geen sprake van merkinbreuk door ECG. De vorderingen van Maytronics worden afgewezen.